De feiten
a. Bij akte van 5 augustus 1994 is gesplitst een perceel grond met aanhorigheden en een daarop op te richten appartementsgebouw in vijf appartementsrechten.
b. In de splitsingsakte is van toepassing verklaard het modelreglement van splitsing in appartementsrechten, op 2 januari 1992 verleden voor een plaatsvervanger van notaris mr. J.W. Klinkenberg te Rotterdam en onder meer ingeschreven in de openbare registers van de Dienst van het kadaster te Amsterdam op 8 januari 1992 in deel 10777 nummer 49, met in de splitsingsakte aangegeven aanvullingen en wijzigingen.
c. [verzoekers] zijn eigenaar van een appartementsrecht bestaande uit 176/756 aandeel van de in de splitsingsakte omschreven gemeenschap. Dit appartementsrecht geeft recht op het uitsluitend gebruik van de flatwoning aan het [adres] te [woonplaats].
d. De flatwoning van [verzoekers] bevindt zich op de bovenste etage van het flatgebouw, direct onder het platte dak van het gebouw.
e. Op het platte dak van het gebouw is, ten tijde van de oprichting van het gebouw, een glazen dakopbouw (gelijkend op een kas) aangebracht die behoort bij het aan [verzoekers] toebehorende appartementsrecht. Vanuit de flatwoning hebben uitsluitend [verzoekers] toegang tot die dakopbouw die als wintertuin is bestemd.
f. In de splitsingsakte is voor zover van belang bepaald:
Artikel 2 lid 3 (bijdrage in de schulden en kosten)
Het breukdeel voor de bijdrage in de kosten, (…) van: (…) het groot onderhoud, waaronder begrepen het onderhoud van de funderingen, dragende muren en kolommen, het geraamte van het gebouw met ondergrond, het ruwe metselwerk, de buitengevels, het dak, het buitenschilderwerk, de riolering en de isolerende buitenbeglazing, is gelijk aan de hiervoor omschreven aandelen van ieder appartementsrecht in de gemeenschap. (…)
Artikel 9 lid 1 (vervanging van de opsomming gemeenschappelijke gedeelten en zaken) (…)
1. Tot de gemeenschappelijk gedeelten worden onder meer gerekend:
a. de funderingen, dragende muren en kolommen, vloeren, het geraamte van het gebouw met de ondergrond, het ruwe metselwerk alsmede de vloeren, de buitengevels, waaronder begrepen raamkozijnen, deuren, balkonconstructies, borstweringen, gangen, daken, schoorstenen en ventilatiekanalen, de trappenhuizen, lift, meterkasten, alsmede het hek- en traliewerk. (…)
Artikel 14 (toevoeging wijziging architectonisch uiterlijk of constructie van opbouw op daken.)
De constructie en het architectonisch uiterlijk van de opbouw te realiseren op het dak van het bij de splitsing betrokken gebouw, mag niet zonder toestemming van de vergadering worden gewijzigd. Onder wijziging van de constructie wordt ondermeer begrepen de vervanging van de transparante glazen buitenwand door andersoortig materiaal.
Artikel 17 lid 4 (vaststelling bestemming appartementsrechten)
b. Het privé-gedeelte voor zover zich bevindend op het dak van het bij de splitsing betrokken gebouw, welke blijkens het aan deze akte gehechte plan gebruikt wordt als “wintertuin”, dient deze bestemming te behouden, tenzij de vergadering toestemming verleent voor een afwijkende bestemming.
g. In het onder b. genoemde modelreglement is voor zover van belang bepaald:
“Artikel 1.
In het reglement wordt verstaan onder:
d. “gemeenschappelijke gedeelten”: die gedeelten van het gebouw alsmede de daarbij behorende grond die blijkens de akte niet bestemd zijn of worden om als afzonderlijk geheel te worden gebruikt;
e. “gemeenschappelijke zaken”: alle zaken die bestemd zijn of worden om door alle eigenaars of een bepaalde groep van eigenaars gebruikt te worden voor zover niet vallende onder d;
f. “privé gedeelte”: het gedeelte of de gedeelten van het gebouw en de daarbij behorende grond dat/die blijkens de akte bestemd is/zijn of wordt/worden om als afzonderlijk geheel te worden gebruikt. (…)
Artikel 10.
Indien er twijfel bestaat of een gedeelte van het gebouw of een zaak al dan niet tot de gemeenschappelijke gedeelten en/of de gemeenschappelijke zaken behoort, wordt hierover beslist door de vergadering.”
h. In de notulen van de op 26 oktober 2011 gehouden vergadering van de VvE is opgenomen: “Dakopbouw. Zeer uitgebreid wordt eveneens opnieuw gesproken over de kosten voor de Dakopbouw van de 5e etage. Na alle argumenten vóór de stelling om de Dakopbouw van de 5e etage te laten vallen onder de “algemene zaken”en alle tegenargumenten te hebben gehoord, wordt de vergadering gevraagd een definitief besluit te nemen over deze zaak. Dhr. [verzoeker 1] geeft aan zich te zullen neerleggen bij dit besluit. De VVE besluit, dat de “Dakopbouw van de 5e etage niet behoort tot de algemene zaken. Er zullen dus, behoudens de kosten waarover met de VVE reeds consensus is bereikt ten aanzien van de betaling, geen aanvullende kosten ten laste van de VVE kunnen worden gebracht.”
i. Bij e-mail van 21 november 2011 heeft [verzoeker 1] naar aanleiding van voormelde notulen aan de voorzitter van de VvE geschreven: “Het blijft mijn overtuiging dat ik nimmer gezegd heb wat in de notulen vermeld staat. Ook op andere punten zijn den notulen, zoals ik je al eerder meldde, onjuist. Zo is op de vergadering nimmer ter sprake geweest of “dakopbouw tot de algemene zaken zou behoren” maar wel: of het dak van de dakopbouw tot de algemene zaken zou behoren”. En over dat laatste is een beslissing genomen. Daarover is besloten dat het dak van de dakopbouw niet tot de algemen zaken zou behoren.”