ECLI:NL:RBHAA:2012:BW4767

Rechtbank Haarlem

Datum uitspraak
2 mei 2012
Publicatiedatum
5 april 2013
Zaaknummer
191944 - KG ZA 12-213
Instantie
Rechtbank Haarlem
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Voorlopige voorziening
Rechters
  • A.J. van der Meer
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Afwijzing vordering tot opschorting van reconstructie Julianalaan te Haarlem

In deze zaak heeft de Vereniging Spoorwegkwartier een voorlopige voorziening aangevraagd om de Gemeente Haarlem te verplichten de werkzaamheden aan de reconstructie van de Julianalaan op te schorten. De Vereniging vorderde dit omdat zij van mening was dat de Gemeente onrechtmatig handelde door geen onafhankelijk onderzoek te laten verrichten naar de veiligheid van de nieuwe fietspaden. De Gemeente had een ontwerp gepresenteerd dat vrijliggende fietspaden omvatte, wat volgens de Vereniging onveilig zou zijn. De voorzieningenrechter heeft de vordering van de Vereniging afgewezen. De rechter overwoog dat de Gemeente niet onrechtmatig handelde, omdat er geen bewijs was dat de nieuwe situatie onveiliger zou zijn dan de bestaande situatie. De Gemeente had bovendien aangegeven de normen van CROW te volgen, die stellen dat vrijliggende fietspaden over het algemeen veiliger zijn dan fietsstroken. De rechter concludeerde dat de Vereniging onvoldoende aannemelijk had gemaakt dat de reconstructie een onveilige situatie zou creëren. De Vereniging werd als in het ongelijk gestelde partij veroordeeld in de proceskosten, die op € 1.391,00 werden begroot. Het vonnis werd uitgesproken op 2 mei 2012 door de voorzieningenrechter.

Uitspraak

vonnis
RECHTBANK HAARLEM
Sector civiel recht
zaaknummer / rolnummer: 191944 / KG ZA 12-213
Vonnis in kort geding van 2 mei 2012
in de zaak van
de vereniging
VERENIGING SPOORWEGKWARTIER,
gevestigd te Haarlem,
eiseres,
advocaat mr. L.J.L. Heukels,
tegen
de publiekrechtelijke rechtspersoon
DE GEMEENTE HAARLEM,
zetelend te Haarlem,
gedaagde,
advocaat mr. M.E. Biezenaar.
Partijen zullen hierna de Vereniging en de Gemeente genoemd worden.
1. De procedure
1.1. Het verloop van de procedure blijkt uit:
- de conceptdagvaarding
- twee faxberichten van 2 mei 2012 van mr. Heukels met van de zijde van de Vereniging in het geding gebrachte producties
- het faxbericht van 2 mei 2012 van mr. Biezenaar met van de zijde van de Gemeente in het geding gebrachte producties
- de mondelinge behandeling
- de pleitnota van de Vereniging.
1.2. Ten slotte is vonnis bepaald.
2. De feiten
2.1. In overleg met de Vereniging, de Fietsersbond en de Haarlemse Bomenwachters heeft de Gemeente een voorlopig ontwerp gemaakt voor de reconstructie van – onder meer – de Julianalaan in Haarlem. Dit ontwerp (hierna te noemen: “plan 1”) hield onder andere in het optimaliseren van de parkeervakken en de aanleg van fietsstroken op de rijbaan.
2.2. Bij brief van 6 juli 2011 heeft de Gemeente de bewoners, ondernemers en omwonenden van de Julianalaan, Emmalaan en Prinsesselaan laten weten dat het eerdere ontwerp (“ontwerp 1”) in verband met bezuinigingen zal worden aangepast. De belangrijkste wijziging betreft het aanleggen van vrijliggende fietspaden op de Julianalaan, waarvoor de Provincie Noord-Holland een omvangrijke subsidie beschikbaar stelt. Als gevolg van de aanpassing blijft er minder ruimte over voor parkeerplaatsen.
2.3. De belanghebbenden zijn uitgenodigd voor een tweetal inspraakbijeenkomsten over het gewijzigde voorlopige ontwerp Julianalaan (hierna: “ontwerp 2”) in juli en augustus 2011. Schriftelijke inspraak was mogelijk tot 5 augustus 2011.
2.4. Op 22 september 2011 heeft de Vereniging kennis genomen van het besluit van de Gemeente om de Julianalaan te reconstrueren overeenkomstig plan 2. Dit plan houdt puntsgewijs gezegd – onder meer – in:
• het plaatsen van een vluchtheuvel in het midden van de Julianalaan nabij de Zijlweg;
• de eerste 30 meter vanaf de Zijlweg aan beide zijden van de Julianalaan fietsstroken op de rijbaan;
• na 30 meter gaan de fietsstroken aan beide zijden over in vrijliggende fietspaden;
• aan de vanaf de Zijlweg gezien rechterzijde van de Julianalaan eindigt het vrijliggende fietspad kort voor het benzinepompstation. Fietsers rijden daar verder over de rijbaan. Na het benzinepompstation vangt het vrijliggende fietspad weer aan;
• tussen de rijbaan en het fietspad komt een 10 centimeter hoge trottoirband met een breedte van 75 centimeter;
• op diverse plaatsen aan beide zijden van de Julianalaan worden tussen het vrijliggende fietspad en de rijbaanparkeervakken aangelegd.
2.5. Op de Verspronckweg in Haarlem zijn recentelijk eveneens vrijliggende fietspaden aangelegd. De parkeervakken bevinden zich op die weg tussen het voetpad en het vrijliggende fietspad.
2.6. Op 23 april 2012 heeft op de Verspronckweg een ongeval plaatsgevonden tussen een auto en een fietsster, waarbij de fietsster om het leven is gekomen.
2.7. Naar aanleiding van het ongeval is op 26 april 2012 een artikel verschenen in het Haarlems Dagblad getiteld ‘Met een paar afritten ben je er niet’. Het artikel houdt – voor zover hier van belang – het volgende in:
“[…] Volgens de bond [voorzieningenrechter: de Haarlemse Fietsersbond] ontstaat het grootse veiligheidsprobleem uit het feit dat er op de Verspronckweg nu geen ruimte is tussen de verhoogde fietsstrook en de rijbaan. […] René Rood van de Fietsersbond: “Het verschil zit hem in het feit dat de auto’s nu tussen trottoir en fietsstrook worden geparkeerd in plaats van tussen fietspad en rijweg, waar wij steeds voor hebben gepleit. Dat betekent in de praktijk dat je bij het oversteken direct van een fietsstrook op de rijbaan terecht komt. Terwijl je in de andere situatie de volle breedte van een geparkeerde auto zou hebben om je – náást het fietspad – te oriënteren op het juiste moment van oversteken.”
De fietsersbond heeft bij de voorbereidingen op de herinrichting van de Verspronckweg meermalen gehamerd op de aanleg van vrij liggende fietspaden. Daarbij is ook gewezen op de nadelen van de schuine trottoirband waarmee de verhoogde strook nu is afgebiesd. Die is ‘eng’ aldus de bond, je schiet bij een kleine stuurfout zo de weg op. […]”.
2.8. Op 28 april 2012 is wederom een artikel in het Haarlems Dagblad verschenen. In dit artikel met de titel ‘Geen maatregelen op Verspronckweg’ wordt de Haarlemse verkeerswethouder Rob van Doorn als volgt geciteerd:
“[…] Ik vind het natuurlijk vreselijk wat daar is gebeurd. Ik laat nu dingen uitzoeken. Het heeft geen zin om allerlei ad hoc-maatregelen te nemen als we de feiten niet kennen […] Ik weet niet wat de aanleiding voor het ongeluk was, ik weet niet of de auto te hard reed. Of het onveilig is weet ik ook niet, […]”.
2.9. De Vereniging heeft een aantal (delen uit) publicaties van de Stichting Wetenschappelijk Onderzoek Verkeersveiligheid (hierna: SWOV) in het geding gebracht. Over het veiligheidseffect van vrijliggende fietspaden schrijft SWOV onder meer:
“Verschillende bronnen (onder andere Jensen, 2005; SWOV, 2008) melden dat het veiligheidseffect van vrijliggende fietspaden ten opzichte van geen fietsvoorzieningen binnen de bebouwde kom niet aantoonbaar is. Over het algemeen reduceert een fietspad het aantal ongevallen op wegvakken, maar stijgt het aantal ongevallen op kruispunten als er daar geen speciale voorzieningen worden getroffen. Wel zijn fietspaden over het algemeen veiliger dan fietsstroken. […]”.
2.10. Op 3 mei 2012 vangen de voorbereidende werkzaamheden op de Julianalaan aan, waarbij het trottoir op een gedeelte van de Julianalaan tijdelijk zal worden versmald. Op 7 mei 2012 begint de herinrichting van de Julianalaan.
2.11. De Vereniging heeft de Gemeente bij brief gesommeerd de werkzaamheden aan de Julianalaan in Haarlem op te schorten totdat de uitkomst van het politieonderzoek van het ongeval aan de Verspronckweg bekend is, alsmede onafhankelijk onderzoek is gedaan naar de meest veilige oplossing voor het fietsverkeer op de Julianalaan. De gemeente heeft geen gehoor gegeven aan het verzoek uiterlijk op 2 mei 2012 om 12.00 uur antwoord te geven op deze brief.
3. De vorderingen
3.1. De Vereniging vordert, na vermindering van eis, in die zin dat het eveneens gedagvaarde, maar niet verschenen, College van burgemeester en wethouders van de Gemeente, toch niet als gedaagde heeft te gelden, dat de voorzieningenrechter bij vonnis, uitvoerbaar bij voorraad,
1. de Gemeente veroordeelt de voorgenomen werkzaamheden tot uitvoering van de reconstructie van de Julianalaan Haarlem en de uitvoering daarvan zelf op te schorten en opgeschort te houden totdat ten eerste het politierapport van het onderzoek naar de oorzaak van het ongeval op de Verspronckweg te Haarlem aan de Vereniging overhandigd is, waarbij zij voldoende tijd en gelegenheid moet hebben dit rapport te kunnen bestuderen en voorts totdat er in gezamenlijkheid van de Vereniging met de Gemeente een onafhankelijk onderzoek is geweest of de door de Gemeente gewenste oplossing van vrijliggende fietspaden op de Julianalaan de meest veilige oplossing aldaar voor fietsers is;
2. dit alles onder een onmiddellijk opeisbare dwangsom van € 100.000 per dag zolang de Gemeente nalatig is om aan dit vonnis uitvoering te geven;
3. de Gemeente veroordeelt in de kosten van dit geding.
3.2. Ter zitting heeft de advocaat van de Vereniging aangegeven de eis te willen aanvullen in die zin dat tussen 1 en 2 wordt toegevoegd:
“Verzoekt de voorzieningenrechter de stichting SWOV te Leidschendam op koste van de gemeente te benoemen tot deskundige om onderzoek te doen of de door de gemeente gewenste oplossing van vrij liggende fietspaden op de Julianalaan de meest veilig oplossing aldaar voor fietsers is.”
3.3. De voorzieningenrechter honoreert het door de Gemeente gemaakte bezwaar tegen deze wijziging van eis. Ter zitting heeft de voorzitster van de Vereniging verklaard dat de Vereniging sinds september 2011 bekend is met het besluit van de Gemeente om in plaats van fietsstroken vrijliggende fietspaden aan te leggen op de Julianalaan en dat zij zich sindsdien heeft bezig gehouden met het bestuderen van rapporten van SWOV over de veiligheid/onveiligheid van vrijliggende fietspaden. De Vereniging heeft daags voor aanvang van de aanleg van de werkzaamheden aan de Julianalaan het onderhavige kort geding aanhangig gemaakt. Dat kan nog geaccepteerd worden, maar dat geldt niet voor het ter zitting indienen van een wijziging van eis waarop de Gemeente zich op geen enkele wijze heeft kunnen voorbereiden. Dit betekent dat de wijziging van eis niet wordt toegestaan.
3.4. De Gemeente voert verweer tegen de vorderingen van de Vereniging. Op de stellingen van partijen wordt hierna, voor zover van belang, nader ingegaan.
4. De beoordeling
4.1. De Vereniging heeft aan haar vorderingen ten grondslag gelegd dat de Gemeente onrechtmatig handelt jegens de Vereniging door geen gevolg te geven aan de sommatie om het politieonderzoek af te wachten en onafhankelijk onderzoek naar de meest veilige oplossing voor fietsers te laten doen door een afhankelijke derde. De Gemeente laat door haar weigering na op te treden als een zorgvuldige wegbeheerder en als belangenbehartiger voor de veiligheid van bewoners en weggebruikers.
4.2. De voorzieningenrechter overweegt het volgende.
Uitgangspunt is dat het handelen van een wegbeheer, in dit geval de Gemeente, slechts onrechtmatig is jegens belanghebbenden als de wegbeheerder daarmee een onveilige situatie creëert of laat voortbestaan. Gesteld noch gebleken is dat de Gemeente een onveilige situatie laat voortbestaan. Dat in het onderhavige geval sprake is van het creëren van een onveilige situatie in de Julianalaan door het aanleggen van vrijliggende fietspaden in plaats van fietsstroken op de rijbaan, is door de Vereniging volstrekt onvoldoende aannemelijk gemaakt. Gesteld noch gebleken is dat vrijliggende fietspaden in het algemeen onveilig of minder veilig dan fietsstroken zijn. De Gemeente heeft op dit punt onweersproken gesteld dat zij bij reconstructie van wegen de normen van CROW, een kennisplatform voor infrastructuur, verkeer, vervoer en openbare ruimte, hanteert en dat die normen onder meer inhouden dat vrijliggende fietspaden veiliger zijn dan fietsstroken. Volgens de Vereniging is in de Julianalaan echter sprake van een bijzondere situatie door de smalheid en het bochtige karakter van de weg en de aanwezigheid van een benzinepompstation waardoor vrijliggende fietspaden in dit geval wel onveilig zijn. Uit de door de Gemeente ter zitting overgelegde definitieve ontwerptekening blijkt echter dat rekening is gehouden met het bochtige karakter van de weg en de aanwezigheid van het benzinepompstation door de parkeervakken zodanig tussen de rijbaan en de vrijliggende fietspaden te situeren dat verkeer komende vanaf de Zijlweg ter hoogte van het benzinepompstation onbelemmerd zicht heeft op fietsers. Hetzelfde geldt voor verkeer komende uit de richting Overveen, nu ook de bocht onder het spoorviaduct vrij zal zijn van geparkeerde auto’s.
4.3. Het feit dat de de Gemeente de aanvankelijk voorziene fietsstroken heeft gewijzigd in vrijliggende fietspaden wil evenmin niet zeggen dat vrijliggende fietspaden onveilig zijn. De Gemeente heeft op dit punt voldoende aannemelijk gemaakt dat de keuze om fietsstroken aan te leggen voornamelijk was ingegeven door de wens van de belanghebbenden om voldoende parkeerplaatsen te behouden en niet door het gegeven dat fietsstroken veiliger zouden zijn dan vrijliggende fietspaden.
4.4. Het ongeval op de Verspronckweg en de naar aanleiding daarvan door wethouder Van Doorn gedane uitspraak dat hij niet kan zeggen of de situatie op de Verspronckweg onveilig is, kunnen geenszins tot het oordeel leiden dat de Gemeente met het definitieve ontwerp van de Julianalaan een onveilige situatie creëert, nu de situatie op de Verspronckweg een geheel andere is dan op de Julianalaan en bovendien niet vaststaat dat de Verspronckweg onveilig is.
4.5. Het vorenstaande brengt mee dat niet aannemelijk is geworden dat de Gemeente onrechtmatig handelt jegens de Vereniging door een onveilige situatie in de Julianalaan te creëren. De vorderingen van de Vereniging zullen dan ook worden afgewezen
4.6. De Vereniging zal als de in het ongelijk te stellen partij in de proceskosten worden veroordeeld. De kosten aan de zijde van de Gemeente worden begroot op:
- griffierecht € 575,00
- salaris advocaat 816,00
Totaal € 1.391,00
5. De beslissing
De voorzieningenrechter
5.1. weigert de gevraagde voorzieningen,
5.2. veroordeelt de Vereniging in de proceskosten, aan de zijde van de Gemeente tot op heden begroot op € 1.391,00,
5.3. verklaart dit vonnis wat betreft de kostenveroordeling uitvoerbaar bij voorraad.
Dit vonnis is gewezen door mr. A.J. van der Meer en in het openbaar uitgesproken in tegenwoordigheid van de griffier mr. M.C.C. Kaal op 2 mei 2012.?