RECHTBANK HAARLEM
Sector strafrecht
Parketnummers: 15/700875-11 en 15/700023-12 (ttz. gev.)
Uitspraakdatum: 21 maart 2012
Tegenspraak
Dit vonnis is gewezen naar aanleiding van het onderzoek op de openbare terechtzitting van 7 maart 2012 in de zaak tegen:
[verdachte]
geboren op [geboortedatum] 1978 te [geboorteplaats],
wonende te [adres].
1. Tenlastelegging
Aan verdachte is ten laste gelegd dat:
Parketnummer 15/700875-11:
feit 1
zij op of omstreeks 17 mei 2011 te Assendelft, gemeente Zaanstad, ter uitvoering van het door verdachte voorgenomen misdrijf om met het oogmerk om zich en/of (een) ander(en) wederrechtelijk te bevoordelen door het aannemen van een valse naam en/of van een valse hoedanigheid en/of door een of meer listige kunstgrepen en/of door een samenweefsel van verdichtsels, [aangever 1] (geboren [geboortedatum] 1973) te bewegen tot de afgifte van een geldbedrag, in elk geval van enig goed, met vorenomschreven oogmerk - zakelijk weergegeven - valselijk en/of listiglijk en/of bedrieglijk en/of in strijd met de waarheid
aan die [aangever 1] heeft verteld dat zij, verdachte, een buurtbewoonster was en/of dat zij, verdachte, de dochter van [naam] (zijnde een bekende van die [aangever 1]) was en/of aan die [aangever 1] heeft verteld dat zij, verdachte, geld nodig had voor haar, verdachtes, vader die met autopech in Haarlem stond en dat haar, verdachtes, vader geen geld zou hebben om de ANWB te betalen (pagina 60 e.v.), terwijl de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet is voltooid;
zij op één of meer tijdstip(pen) in of omstreeks de periode van 1 januari 2010 tot en met 15 november 2011 te Assendelft, gemeente Zaanstad en/of te Wormer, gemeente Wormerland en/of te Zaandam, gemeente Zaanstad en/of elders in Nederland, met het oogmerk om zich en/of (een) ander(en) wederrechtelijk te bevoordelen door het aannemen van een valse naam en/of van een valse hoedanigheid en/of door een of meer listige kunstgrepen en/of door een samenweefsel van verdichtsels,
- [aangever 2] (geboren op [geboortedatum] 1926) en/of
- [aangever 3] (geboren op [geboortedatum] 1930) en/of
- [aangever 4] (geboren op [geboortedatum] 1925)
heeft bewogen tot de afgifte van Euro 320,- en/of Euro 450,- en/of Euro 480,-, althans (een) geldbedrag(en), in elk geval van enig goed, hebbende verdachte met vorenomschreven oogmerk - zakelijk weergegeven - valselijk en/of listiglijk en/of bedrieglijk en/of in strijd met de waarheid
- aan die [aangever 2] verteld dat zij, verdachte, een buurtbewoonster was en/of in het verste huis (van de straat) woonde en/of dat zij, verdachte, geld nodig had omdat haar, verdachtes, vader (auto)pech had (pagina 135 e.v.) en/of
- aan die [aangever 3] verteld dat zij een bekende van die [aangever 3] was (te weten [naam], de vriendin van de kleinzoon van die [aangever 3]) en/of dat haar, verdachtes, vader autopech had en/of dat de Wegenwacht bij haar vader stond en de Wegenwacht geld wilde hebben (p. 188 e.v.) en/of
- aan die [aangever 4] verteld dat haar, verdachtes, vader (auto)pech had en Euro 480,- nodig had en/of de buurman ([naam]) van die [aangever 4] tegen haar, verdachte, had gezegd dat die [aangever 4] haar, verdachte, wel wilde helpen (pagina 208 e.v.),
waardoor die [aangever 2] en/of die [aangever 3] en/of die [aangever 4] werd(en) bewogen tot bovenomschreven afgifte;
feit 2
zij op één of meer tijdstip(pen) in of omstreeks de periode van 1 januari 2010 tot en met 15 november 2011 te Assendelft, gemeente Zaanstad en/of Koog aan de Zaan, gemeente Zaanstad en/of elders in Nederland, ter uitvoering van het door verdachte voorgenomen misdrijf om met het oogmerk om zich en/of (een) ander(en) wederrechtelijk te bevoordelen door het aannemen van een valse naam en/of van een valse hoedanigheid en/of door een of meer listige kunstgrepen en/of door een samenweefsel van verdichtsels,
- [aangever 5] (geboren op [geboortedatum] 1922) en/of
- [aangever 6] (geboren op [geboortedatum] 1942) en/of
- [aangever 7] (geboren op [geboortedatum] 1950),
te bewegen tot de afgifte van een geldbedrag, in elk geval van enig goed, met vorenomschreven oogmerk - zakelijk weergegeven - valselijk en/of listiglijk en/of bedrieglijk en/of in strijd met de waarheid
- aan die [aangever 5] heeft verteld dat zij, verdachte, een buurtbewoonster was en/of dat zij, verdachte, bij [naam] (zijnde een bekende van die [aangever 5]) woonachtig was en/of dat zij, verdachte, autopech had, dat de auto weggesleept moest worden en dat zij, verdachte, (daarvoor) geld nodig had (pagina 89 e.v.) en/of
- aan die [aangever 6] heeft verteld dat zij, verdachte, de kleindochter van een buurtbewoonster van die [aangever 6] was en/of dat zij, verdachte, pech had met haar auto en/of geld nodig had om de Wegenwacht te betalen (pagina 183 e.v.) en/of
- aan die [aangever 7] heeft verteld dat zij, verdachte, de kleindochter van mevrouw [naam] (zijnde een buurtbewoonster van die [aangever 7]) was en/of pech had met haar auto en/of de ANWB moest betalen en/of (daarvoor) geld nodig had (pagina 217 e.v.)
terwijl de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet is voltooid;
zij op één of meer tijdstip(pen) in of omstreeks de periode van 1 januari 2010 tot en met 15 november 2011 te Assendelft, gemeente Zaanstad en/of te Wormer, gemeente Wormerland en/of te Zaandam, gemeente Zaanstad en/of te Koog aan de Zaan, gemeente Zaanstad, en/of elders in Nederland, met het oogmerk om zich en/of (een) ander(en) wederrechtelijk te bevoordelen door het aannemen van een valse naam en/of van een valse hoedanigheid en/of door een of meer listige kunstgrepen en/of door een samenweefsel van verdichtsels,
- [aangever 8] (geboren op [geboortedatum] 1921) en/of
- [aangever 9] (geboren op [geboortedatum] 1929) en/of [aangever 10] (geboren op [geboortedatum] 1929) en/of
- [aangever 11] (geboren op [geboortedatum] 1938) en/of
- [aangever 12] (geboren op [geboortedatum] 1925) en/of
- [aangever 13] (geboren op [geboortedatum] 1941) en/of [aangever 14] (geboren op [geboortedatum] 1938),
heeft bewogen tot de afgifte van een pinpas en/of de (daarbij behorende) pincode en/of Euro 600,- en/of Euro 155,- en/of Euro 150,- en/of Euro 220,-, althans (een) geldbedrag(en), in elk geval van enig goed, hebbende verdachte met vorenomschreven oogmerk - zakelijk weergegeven - valselijk en/of listiglijk en/of bedrieglijk en/of in strijd met de waarheid
- aan die [aangever 8] verteld dat zij, verdachte, de kleindochter van [naam] (zijnde een buurtbewoonster van die [aangever 8]) was en/of dat zij, verdachte, autopech had en/of (daarvoor) geld nodig had om de auto te laten maken en/of aan die [aangever 8] gevraagd of die [aangever 8] een pinpas (en bijbehorende pincode) had (zodat zij, verdachte, geld kon gaan pinnen voor de reparatie van de auto) (pagina 45 e.v.) en/of
- aan die [aangever 9] en/of die [aangever 10] verteld dat zij, verdachte, de buurvrouw van twee huizen verderop was en/of dat zij, verdachte, de vrouw van [naam] (zijnde een buurtbewoner van die [aangever 9] en [aangever 10]) was en/of dat zij, verdachte, pech met haar auto had en/of de ANWB en de verkeerspolitie bij haar auto stonden en/of dat zij, verdachte, (daarvoor) geld nodig had (pagina 122 e.v.) en/of
- zich voorgedaan als zijnde een bekende van die [aangever 11] en/of aan die [aangever 11] verteld dat zij inderdaad de vriendin van [naam] (zijnde de buurman van die [aangever 11]) was en/of dat zij, verdachte, pech had met haar auto en geen lid was van de ANWB en/of geld nodig had om de man van de ANWB te betalen (pagina 167 e.v.) en/of
- zich voorgedaan als zijnde een bekende van die [aangever 12] en/of aan die [aangever 12] verteld dat zij, verdachte, bij haar tante langs kwam om geld te lenen voor de auto (pagina 197 e.v.) en/of
- aan die [aangever 13] en/of [aangever 14] verteld dat zij, verdachte, de kleindochter van mevrouw [naam] (zijnde een buurtbewoonster van die [aangever 13] en [aangever 14]) was en/of dat zij, verdachte, motorpech had gehad en/of dat de ANWB haar, verdachte, had geholpen en/of dat zij, verdachte, de ANWB nu moest betalen en/of (daarvoor) geld nodig had (pagina 212 e.v.),
waardoor die [aangever 8] en/of die [aangever 9] en/of die [aangever 10] en/of die [aangever 11] en/of die [aangever 12] en/of die [aangever 13] en/of die [aangever 14] werd(en) bewogen tot bovenomschreven afgifte;
feit 3
zij op één of meer tijdstip(pen) in of omstreeks de periode van 17 maart 2011 tot en met 19 maart 2011 te Krommenie, gemeente Zaanstad, met het oogmerk om zich en/of (een) ander(en) wederrechtelijk te bevoordelen door het aannemen van een valse naam en/of van een valse hoedanigheid en/of door een of meer listige kunstgrepen en/of door een samenweefsel van verdichtsels,
- [aangever 15] (geboren op [geboortedatum] 1920) en/of
- [aangever 16] (geboren op [geboortedatum] 1961)
heeft bewogen tot de afgifte van Euro 25,- en/of Euro 50,-, althans (een) geldbedrag(en), in elk geval van enig goed, hebbende verdachte met vorenomschreven oogmerk - zakelijk weergegeven - valselijk en/of listiglijk en/of bedrieglijk en/of in strijd met de waarheid
- zich voorgedaan als zijnde een bekende van die [aangever 15] (en daarbij de straat in gewezen) en/of aan die [aangever 15] verteld dat zij, verdachte, een nieuwe keuken kreeg en/of (daarvoor) een aanbetaling moest doen en/of geen geld had (pagina 97 e.v.) en/of
- zich voorgedaan als zijnde een bekende van die [aangever 16] en/of aan die [aangever 16] verteld dat zij, verdachte, een keuken had aangeschaft en/of dat zij, verdachte, bij nader inzien deze keuken niet zou kunnen betalen en/of (daarom) geld nodig had (pagina 102 e.v.),
waardoor die [aangever 15] en/of die [aangever 16] werd bewogen tot bovenomschreven afgifte;
zij op of omstreeks 19 maart 2011 te Krommenie, gemeente Zaanstad, ter uitvoering van het door verdachte voorgenomen misdrijf om met het oogmerk om zich en/of (een) ander(en) wederrechtelijk te bevoordelen door het aannemen van een valse naam en/of van een valse hoedanigheid en/of door een of meer listige kunstgrepen en/of door een samenweefsel van verdichtsels, [aangever 17] (geboren op [geboortedatum] 1927) te bewegen tot de afgifte van een geldbedrag, in elk geval van enig goed, met vorenomschreven oogmerk - zakelijk weergegeven - valselijk en/of listiglijk en/of bedrieglijk en/of in strijd met de waarheid
aan die [aangever 17] heeft verteld dat haar, verdachtes, oma bij die [aangever 17] om die hoek woont en/of dat oma een nieuwe keuken kreeg waarvoor aanbetaald moest worden en/of dat oma geen geld in huis had en/of aan die [aangever 17] gevraagd of die [aangever 17] geld aan haar, verdachte, kon lenen (pagina 94 e.v.),
terwijl de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet is voltooid;
feit 4
zij op of omstreeks 28 april 2011 te Assendelft, gemeente Zaanstad, opzettelijk een hoeveelheid benzine (ter waarde van 30 Euro), in elk geval een hoeveelheid brandstof, in elk geval enig goed, geheel of ten dele toebehorende aan [naam tankstation], in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte, welk(e) goed(eren) verdachte anders dan door misdrijf, te weten onder toezegging van het de volgende dag zullen betalen voor de getankte hoeveelheid benzine, althans voor die getankte hoeveelheid brandstof, onder zich had, wederrechtelijk zich heeft toegeëigend.
Parketnummer 15/700023-12:
feit 1
zij op of omstreeks 09 januari 2012 (te 09:30 uur) te Assendelft, gemeente Zaanstad, ter uitvoering van het door verdachte voorgenomen misdrijf om met het oogmerk om zich en/of (een) ander(en) wederrechtelijk te bevoordelen door het aannemen van een valse naam en/of van een valse hoedanigheid en/of door een of meer listige kunstgrepen en/of door een samenweefsel van verdichtsels, [aangever 18] (geboren op [geboortedatum] 1923) te bewegen tot de afgifte van een geldbedrag, in elk geval van enig goed, met vorenomschreven oogmerk - zakelijk weergegeven - valselijk en/of listiglijk en/of bedrieglijk en/of in strijd met de waarheid aan die [aangever 18] heeft verteld dat zij, verdachte, de dochter van de overburen was en/of die [aangever 18] om parkeergeld en/of geld voor de Wegenwacht heeft gevraagd, terwijl de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet is voltooid;
feit 2
zij op of omstreeks 09 januari 2012 (te 09:45 uur) te Assendelft, gemeente Zaanstad, ter uitvoering van het door verdachte voorgenomen misdrijf om met het oogmerk om zich en/of (een) ander(en) wederrechtelijk te bevoordelen door het aannemen van een valse naam en/of van een valse hoedanigheid en/of door een of meer listige kunstgrepen en/of door een samenweefsel van verdichtsels, [aangever 19] (geboren op [geboortedatum] 1931) te bewegen tot de afgifte van een geldbedrag en/of een pinpas, in elk geval van enig goed, met vorenomschreven oogmerk - zakelijk weergegeven - valselijk en/of listiglijk en/of bedrieglijk en/of in strijd met de waarheid aan die [aangever 19] heeft verteld dat haar, verdachtes, man autopech had en/of aan die [aangever 19] (vervolgens) om geld voor de Wegenwacht heeft gevraagd en/of (nadat die [aangever 19] had aangegeven geen geld te hebben) die [aangever 19] om dier pinpas heeft gevraagd, terwijl de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet is voltooid;
feit 3
zij op of omstreeks 09 januari 2012 (te 10:00 uur) te Assendelft, gemeente Zaanstad, ter uitvoering van het door verdachte voorgenomen misdrijf om met het oogmerk om zich en/of (een) ander(en) wederrechtelijk te bevoordelen door het aannemen van een valse naam en/of van een valse hoedanigheid en/of door een of meer listige kunstgrepen en/of door een samenweefsel van verdichtsels, [aangever 20] (geboren op [geboortedatum] 1922) te bewegen tot de afgifte van een geldbedrag, in elk geval van enig goed, met vorenomschreven oogmerk - zakelijk weergegeven - valselijk en/of listiglijk en/of bedrieglijk en/of in strijd met de waarheid aan die [aangever 20] heeft verteld dat zij, verdachte, een bekende van die [aangever 20] was, althans getracht heeft die [aangever 20] te doen geloven dat zij, verdachte, een bekende van die [aangever 20] was en/of aan die [aangever 20] heeft verteld dat zij, verdachte, pech had met de auto en/of die [aangever 20] (vervolgens) om geld voor de Wegenwacht heeft gevraagd, terwijl de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet is voltooid.
2. Voorvragen
De rechtbank heeft vastgesteld dat de dagvaarding geldig is, dat zijzelf bevoegd is tot kennisneming van de zaak, dat het Openbaar Ministerie ontvankelijk is in zijn vervolging en dat er geen redenen zijn voor schorsing van de vervolging.
3. Vordering van de officier van justitie
De officier van justitie heeft gerekwireerd tot bewezenverklaring van de ten laste gelegde feiten en gevorderd dat:
- verdachte ter zake daarvan zal worden veroordeeld tot:
o een gevangenisstraf voor de duur van 18 maanden met aftrek van voorarrest, waarvan 6 maanden voorwaardelijk met een proeftijd van 2 jaar;
o een geldboete ter hoogte van € 3.500,00 subsidiair 70 dagen hechtenis.
- de vordering van de benadeelde partij [aangever 2] wordt toegewezen tot het gevorderde bedrag van € 340,00 (materiële schade);
- de vordering van de benadeelde partij [aangever 3] wordt toegewezen tot het gevorderde bedrag van € 450,00 (materiële schade);
- de vordering van de benadeelde partij [aangever 8] wordt toegewezen tot het gevorderde bedrag van € 330,00 (materiële schade);
- de vordering van de benadeelde partij [aangever 9] wordt toegewezen tot het gevorderde bedrag van € 600,00 (materiële schade);
- de vordering van de benadeelde partij [aangever 12] wordt toegewezen tot het gevorderde bedrag van € 100,00 (materiële schade);
- de vordering van de benadeelde partij [aangever 13] wordt toegewezen tot het gevorderde bedrag van € 220,00 (materiële schade);
- de vordering van de benadeelde partij [aangever 15] wordt toegewezen tot het gevorderde bedrag van € 25,00 (materiële schade);
- de vordering van de benadeelde partij [aangever 16] wordt toegewezen tot het gevorderde bedrag van € 50,00 (materiële schade);
- de vordering van de benadeelde partij [naam tankstation] wordt toegewezen tot het gevorderde bedrag van € 35,00 (materiële schade);
- schadevergoedingsmaatregelen ex artikel 36f Wetboek van Strafrecht worden opgelegd tot de bedragen waartoe de vorderingen van voornoemde benadeelde partijen worden toegewezen.
4.1. Vrijspraak
Naar het oordeel van de rechtbank is op grond van de stukken in het strafdossier en het verhandelde ter terechtzitting niet bewezen hetgeen verdachte bij parketnummer 15/700875-11 onder feit 1, 2 en 3 en bij parketnummer 15/700023-12 onder feit 1, 2 en 3 is ten laste gelegd. Verdachte dient daarvan te worden vrijgesproken. De rechtbank is van oordeel dat op grond van de stukken in het strafdossier niet buiten redelijke twijfel is dat het verdachte moet zijn geweest die aangevers heeft opgelicht dan wel pogingen daartoe heeft gedaan. In het bijzonder neemt de rechtbank in aanmerking dat de door aangevers gegeven beschrijvingen van de vrouw die hen heeft benaderd onderling zodanig verschillen dat daaruit niet zonder meer kan worden afgeleid dat het steeds om dezelfde persoon gaat. Daar komt bij dat uit het dossier voorts blijkt dat dezelfde babbeltruc in dezelfde periode door verschillende personen wordt toegepast. Nu voorts enig ander verdachte belastend materiaal ontbreekt, kan niet bewezen worden geacht dat verdachte zich schuldig heeft gemaakt aan hetgeen haar ten laste is gelegd. Dit is in twee hierna te bespreken gevallen anders. Ten aanzien van de zaak van aangeefster [aangever 1] heeft een opsporingsconfrontatie plaatsgevonden waarbij verdachte door aangeefster als dader is aangewezen. De rechtbank acht de bewijswaarde hiervan echter beperkt, nu de voorwaarden die aan een betrouwbare opsporingsconfrontatie moeten worden gesteld niet voldoende zijn nageleefd. Om die reden heeft de rechtbank niet de overtuiging bekomen dat verdachte het ten laste gelegde heeft begaan. De zaak van aangeefster [aangever 5] vindt steun in een tweede bewijsmiddel, een getuigenverklaring. Die getuigenverklaring is evenwel geruime tijd na het incident afgelegd en plaatst verdachte op een sterk van de aangifte afwijkend tijdstip op de plaats delict. Gelet hierop ontbreekt de rechtbank ook hier de voor een veroordeling van verdachte vereiste overtuiging.
4.2. Redengevende feiten en omstandigheden [1]
De rechtbank komt tot bewezenverklaring van het bij parketnummer 15/700875-11 onder 4 ten laste gelegde feit op grond van het volgende.
Verdachte heeft op 28 april 2011 bij [naam tankstation] te Assendelft, gemeente Zaanstad, voor een bedrag van € 30,- aan benzine getankt. Bij de kassa aangekomen bleek haar bankpas niet te werken. Verdachte heeft daarop toegezegd dat zij de volgende dag zou terugkomen om [eigenaar tankstation] voor de getankte hoeveelheid benzine te betalen.[2] Verdachte is de volgende dag echter niet teruggekomen. Op 19 mei 2011 had verdachte het bedrag nog steeds niet betaald.[3]
4.3. Nadere overweging ten aanzien van het bewijs
De verdediging heeft zich op het standpunt gesteld dat sprake is van een misverstand. Zij heeft daartoe aangevoerd dat verdachte het bedrag van € 30,- de volgende dag wel degelijk heeft voldaan aan de zoon van aangever [eigenaar tankstation]. De rechtbank acht deze verklaring - die overigens niet nader is onderbouwd - echter niet aannemelijk, gezien de omstandigheid dat [eigenaar tankstation] pas enkele weken na het incident aangifte heeft gedaan. Uit de omstandigheid dat verdachte haar afspraak met aangever niet is nagekomen leidt de rechtbank af dat verdachte op 29 april 2011 als heer en meester over de benzine is gaan beschikken. De rechtbank acht aldus bewezen dat verdachte zich op die datum de benzine opzettelijk wederrechtelijk heeft toegeëigend.
4.4. Bewezenverklaring
De rechtbank acht wettig en overtuigend bewezen dat verdachte het bij parketnummer 15/700875-11 onder 4 ten laste gelegde feit heeft begaan, in dier voege dat:
zij omstreeks 28 april 2011 te Assendelft, gemeente Zaanstad, opzettelijk een hoeveelheid benzine (ter waarde van 30 Euro) toebehorende aan [naam tankstation], welk goed verdachte anders dan door misdrijf, te weten onder toezegging van het de volgende dag zullen betalen voor de getankte hoeveelheid benzine, onder zich had, wederrechtelijk zich heeft toegeëigend.
Hetgeen aan verdachte bij parketnummer 15/700875-11 onder 4 meer of anders is ten laste gelegd dan hier als bewezen is aangenomen, is niet bewezen. Verdachte moet hiervan worden vrijgesproken.
5. Kwalificatie en strafbaarheid van het feit
Het bewezenverklaarde levert op:
15/700875-11 feit 4:
Verduistering.
Er is geen omstandigheid aannemelijk geworden waardoor de wederrechtelijkheid aan het bewezenverklaarde zou ontbreken. Het bewezenverklaarde is derhalve strafbaar.
6. Strafbaarheid van verdachte
Er is geen omstandigheid aannemelijk geworden die de strafbaarheid van verdachte uitsluit. Verdachte is derhalve strafbaar.
7. Motivering van de sanctie
Bij de beslissing over de sanctie die aan verdachte moet worden opgelegd, heeft de rechtbank zich laten leiden door de aard en de ernst van het bewezenverklaarde en de omstandigheden waaronder dit is begaan, alsmede de persoon van verdachte, zoals van een en ander uit het onderzoek ter terechtzitting is gebleken.
In het bijzonder heeft de rechtbank het volgende in aanmerking genomen.
Verdachte heeft bij een benzinestation voor een bedrag van dertig euro aan benzine getankt zonder hiervoor te betalen. Hierdoor heeft zij dat benzinestation benadeeld.
Ten nadele van verdachte neemt de rechtbank in aanmerking dat verdachte in het verleden eerder is veroordeeld ter zake van vermogensdelicten. Gelet hierop is de rechtbank van oordeel dat slechts een gevangenisstraf als passende straf in aanmerking komt.
Alles afwegende is de rechtbank van oordeel dat een vrijheidsbenemende straf van na te noemen duur moet worden opgelegd.
8. Vorderingen benadeelde partijen
8.1. De vorderingen van benadeelde partijen [aangever 2] en [aangever 3]
De benadeelde partijen [aangever 2] en [aangever 3] hebben vorderingen tot schadevergoeding ingediend tegen verdachte wegens materiële schade die zij als gevolg van het bij parketnummer 15/700875-11 onder 1 ten laste gelegde feit zouden hebben geleden.
De rechtbank is van oordeel dat, nu verdachte wordt vrijgesproken van dit feit, voornoemde benadeelde partijen niet in hun vorderingen kunnen worden ontvangen.
8.2. De vorderingen van de benadeelde partijen [aangever 8], [aangever 9], [aangever 12] en [aangever 13]
De benadeelde partijen [aangever 8], [aangever 9], [aangever 12] en [aangever 13] hebben vorderingen tot schadevergoeding ingediend tegen verdachte wegens materiële schade die zij als gevolg van het bij parketnummer 15/700875-11 onder 2 ten laste gelegde feit zouden hebben geleden.
De rechtbank is van oordeel dat, nu verdachte wordt vrijgesproken van dit feit, voornoemde benadeelde partijen niet in hun vorderingen kunnen worden ontvangen.
8.3. De vorderingen van de benadeelde partijen Leguit en [aangever 16]
De benadeelde partijen [aangever 15] en [aangever 16] hebben vorderingen tot schadevergoeding ingediend tegen verdachte wegens materiële schade die zij als gevolg van het bij parketnummer 15/700875-11 onder 3 ten laste gelegde feit zouden hebben geleden.
De rechtbank is van oordeel dat, nu verdachte wordt vrijgesproken van dit feit, voornoemde benadeelde partijen niet in hun vorderingen kunnen worden ontvangen.
8.4. De vordering van de benadeelde partij [naam tankstation]
De benadeelde partij [naam tankstation] heeft een vordering tot schadevergoeding ingediend tegen verdachte wegens materiële schade die hij als gevolg van het bij parketnummer 15/700875-11 onder 4 ten laste gelegde feit zouden hebben geleden.
De rechtbank is van oordeel dat de vordering dient te worden afgewezen, aangezien op grond van de door de verdediging ter terechtzitting van 7 maart 2012 overgelegde stukken is gebleken dat de gevorderde schade op 23 februari 2012 aan de benadeelde partij is vergoed.
9. Toepasselijke wettelijke voorschriften
Het volgende wetsartikel is van toepassing:
321 van het Wetboek van Strafrecht.
10. Beslissing
De rechtbank:
Verklaart niet bewezen wat aan verdachte bij parketnummer 15/700875-11 onder 1, 2 en 3 en bij parketnummer 15/700023-12 onder 1, 2 en 3 is ten laste gelegd en spreekt haar daarvan vrij.
Verklaart bewezen dat verdachte het bij parketnummer 15/700875-11 onder 4 ten laste gelegde feit heeft begaan zoals hiervoor onder 4.4. weergegeven.
Verklaart niet bewezen wat aan verdachte bij parketnummer 15/700875-11 onder 4 meer of anders is ten laste gelegd dan hierboven als bewezen is aangenomen en spreekt haar daarvan vrij.
Bepaalt dat het bewezen verklaarde feit het hierboven onder 5. vermelde feit oplevert.
Verklaart dit feit strafbaar.
Verklaart verdachte hiervoor strafbaar.
Veroordeelt verdachte tot een gevangenisstraf voor de duur van ZES (6) DAGEN.
Bepaalt dat de tijd die verdachte vóór de tenuitvoerlegging van dit vonnis in verzekering heeft doorgebracht, bij de tenuitvoerlegging van de opgelegde gevangenisstraf in mindering wordt gebracht, voor zover die tijd niet reeds op een andere straf in mindering is gebracht.
Verklaart de benadeelde partijen [aangever 2], [aangever 3], [aangever 8], [aangever 9], [aangever 12], [aangever 13], [aangever 15] en [aangever 16] niet-ontvankelijk in hun vorderingen.
Wijst af de vordering van de benadeelde partij [naam tankstation].
Heft op het reeds geschorste bevel bewaring.
Samenstelling rechtbank en uitspraakdatum
Dit vonnis is gewezen door
mr. J. Snitker, voorzitter,
mr. M. Daalmeijer en mr. W.A.F. Jansen, rechters,
in tegenwoordigheid van de griffier mr. H. van de Vijver,
en uitgesproken op de openbare terechtzitting van 21 maart 2012.
Mr. Snitker is buiten staat dit vonnis mede te ondertekenen.
Voetnoten:
[1] De door de rechtbank in de voetnoten als proces-verbaal aangeduide bewijsmiddelen zijn in de wettelijke vorm opgemaakt door personen die daartoe bevoegd zijn en voldoen ook overigens aan de daaraan bij wet gestelde eisen.
[2] Verklaring van verdachte ter terechtzitting afgelegd.
[3] Proces-verbaal van aangifte d.d. 19 mei 2011 (dossierpagina 69).