ECLI:NL:RBHAA:2011:BU9648
Rechtbank Haarlem
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Verzoek om schenking ten laste van het vermogen van rechthebbende
In deze zaak, behandeld door de Rechtbank Haarlem op 27 september 2011, werd een verzoek ingediend door de bewindvoerders van een rechthebbende om toestemming te krijgen voor een schenking van € 5.000,00 aan elk van hen, ten laste van het vermogen van de rechthebbende. Dit verzoek volgde op een eerdere schenking van € 10.000,00 die zonder voorafgaande machtiging van de kantonrechter was gedaan. De bewindvoerders dienden hun verzoek in op 13 september 2011, waarbij zij de kantonrechter vroegen om goedkeuring voor de nieuwe schenking.
Volgens de richtlijnen van het Landelijk Overleg Voorzitters Civiele en Kantonsectoren (LOVCK) is het niet toegestaan om een schenking te doen als de betrokkene, in dit geval ouder dan 65 jaar, over een liquide vermogen van minder dan € 20.000,00 beschikt. De rechthebbende had per 31 december 2010 echter slechts € 4.951,40 aan liquide middelen. Ondanks het feit dat niet werd voldaan aan de richtlijnen, besloot de kantonrechter om het verzoek gedeeltelijk toe te wijzen.
De beschikking van de kantonrechter hield in dat de bewindvoerders elk een bedrag van € 2.500,00 mochten behouden, terwijl een bedrag van € 5.000,00 teruggestort diende te worden op de rekening van de rechthebbende. Tevens werd bepaald dat van deze terugbetaling een afschrift aan de kantonrechter moest worden overgelegd. De beschikking werd ondertekend door mr. T.S. Pieters en in het openbaar uitgesproken op de genoemde datum, met de mogelijkheid voor de betrokkenen om binnen drie maanden in hoger beroep te gaan bij het Gerechtshof te Amsterdam, waarbij een advocaat noodzakelijk was voor het instellen van het beroep.