ECLI:NL:RBHAA:2011:BU6475
Rechtbank Haarlem
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Wijziging van de betaaldatum van de WAO-uitkering en de ontvankelijkheid van het beroep tegen het niet tijdig beslissen
In deze zaak heeft de Rechtbank Haarlem op 25 november 2011 uitspraak gedaan in een geschil tussen een eiser, wonende te [woonplaats], en de Raad van Bestuur van het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen. De eiser had bezwaar gemaakt tegen een besluit van 4 april 2011, waarin werd medegedeeld dat de betaaldatum van zijn WAO-uitkering met ingang van juni 2011 zou verschuiven van omstreeks de 15e naar omstreeks de 23ste van de maand. Eiser stelde dat deze wijziging hem in ernstige financiële problemen had gebracht, omdat hij zijn zorgpremie niet op tijd kon betalen, wat leidde tot het verlies van zorgtoeslag.
De rechtbank heeft in haar overwegingen vastgesteld dat de eiser belang had bij een beoordeling van zijn beroep tegen het uitblijven van een besluit op zijn bezwaar. De rechtbank oordeelde dat het beroep tegen het niet tijdig beslissen op het bezwaar niet-ontvankelijk was, omdat verweerder binnen de gestelde termijn een besluit had genomen. Daarnaast werd het beroep tegen de verschuiving van de betaaldatum ongegrond verklaard. De rechtbank concludeerde dat er geen wettelijke belemmeringen waren voor de wijziging van de betaaldatum en dat verweerder zorgvuldig had gehandeld door de eiser tijdig te informeren en de mogelijkheid te bieden om een renteloos voorschot aan te vragen.
De uitspraak benadrukt het belang van tijdige besluitvorming door bestuursorganen en de rechten van eisers in het bestuursrecht. De rechtbank heeft de zaak afgesloten met de mededeling dat tegen deze uitspraak hoger beroep openstaat bij de Centrale Raad van Beroep, waarbij de termijn voor het indienen van een beroepschrift zes weken bedraagt na verzending van de uitspraak.