ECLI:NL:RBHAA:2011:BU4949
Rechtbank Haarlem
- Eerste aanleg - meervoudig
- J. Snitker
- J.M. Sassenburg
- J.A.M. Jansen
- Rechtspraak.nl
Mensensmokkel en strafmaatoverwegingen in de zaak tegen verdachte te Schiphol
In deze zaak, die op 3 november 2011 door de Rechtbank Haarlem werd behandeld, stond de verdachte terecht voor mensensmokkel. De rechtbank oordeelde dat er in beginsel een onvoorwaardelijke gevangenisstraf opgelegd dient te worden voor dergelijke feiten. Echter, de rechtbank besloot, in overeenstemming met de officier van justitie, om van deze regel af te wijken. De rechtbank hield rekening met verschillende verzachtende omstandigheden, waaronder het feit dat de verdachte niet handelde uit winstbejag en niet eerder met politie of justitie in aanraking was geweest. Daarnaast had de verdachte een vaste baan en een koopwoning, en had hij vrijwel direct openheid van zaken gegeven aan de Koninklijke Marechaussee.
De tenlastelegging omvatte dat de verdachte in de periode van 20 tot en met 29 september 2010 te Schiphol, gemeente Haarlemmermeer, behulpzaam was geweest bij het verschaffen van toegang tot Nederland voor een ander persoon, die zich voordeed als [naam gesmokkelde]. De rechtbank kwam tot de conclusie dat de verdachte het primair ten laste gelegde feit wettig en overtuigend bewezen kon worden verklaard, terwijl hij in andere onderdelen van de tenlastelegging werd vrijgesproken.
De rechtbank legde de verdachte een gevangenisstraf op van één maand, die niet ten uitvoer zou worden gelegd, tenzij de verdachte zich binnen de proeftijd van twee jaar opnieuw schuldig zou maken aan een strafbaar feit. Daarnaast werd een taakstraf van honderdvijftig uren opgelegd, met de mogelijkheid van vervangende hechtenis. De rechtbank oordeelde dat de in beslag genomen voorwerpen, waaronder een nationaal paspoort van Turkije en een Nederlandse verblijfsvergunning, teruggegeven moesten worden aan de uitgevende instanties.