ECLI:NL:RBHAA:2011:BP1996
Rechtbank Haarlem
- Kort geding
- Rechtspraak.nl
Afwijzing verzoek tot waarmerken als Europese executoriale titel
In deze zaak heeft de Rechtbank Haarlem op 20 januari 2011 uitspraak gedaan in een kort geding waarin verzoeksters, vertegenwoordigd door mr. G.A. Lasonder, een verzoek hebben ingediend tot het waarmerken van een eerder vonnis als Europese executoriale titel. Het vonnis waar het verzoek op is gebaseerd dateert van 29 september 2010 en betreft een niet-betwiste schuldvordering. De rechtbank heeft vastgesteld dat de EET-Verordening van toepassing is, maar heeft het verzoek afgewezen. De rechtbank oordeelde dat er in dit geval geen sprake was van een beslissing inzake een niet-betwiste schuldvordering, omdat de belanghebbende zich in de eerdere procedure wel degelijk tegen de vorderingen van verzoeksters heeft verweerd. De kostenveroordeling die ten gunste van verzoeksters is uitgesproken, kan niet afzonderlijk als een niet-betwiste schuldvordering worden beschouwd. De rechtbank heeft ook aangegeven dat artikel 7 van de EET-Verordening geen grondslag biedt voor toewijzing van het verzoek, aangezien dit artikel enkel van toepassing is als aan de voorwaarden voor het waarmerken is voldaan. De voorzieningenrechter heeft uiteindelijk het verzoek afgewezen, wat betekent dat het eerdere vonnis niet als Europese executoriale titel kan worden aangemerkt.