ECLI:NL:RBHAA:2010:BU6924

Rechtbank Haarlem

Datum uitspraak
30 juni 2010
Publicatiedatum
5 april 2013
Zaaknummer
156069 - HA ZA 09-474
Instantie
Rechtbank Haarlem
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Borgstelling in overeenkomst tot ontvlechting van samenwerkingsverband tussen drie B.V.'s

In deze zaak, die voorlag bij de Rechtbank Haarlem, ging het om een borgstelling die was aangegaan door de gedaagde op 4 juli 2008 in het kader van de beëindiging en ontvlechting van het samenwerkingsverband tussen drie besloten vennootschappen, waaronder Premium Flower. De eiseres, Flower Direct B.V., stelde dat de borgstelling betrekking had op de normale uitoefening van het bedrijf van Premium Flower, aangezien het ging om een schuld die voortvloeide uit de levering van bloemen. De rechtbank diende te beoordelen of deze borgstelling als een particuliere of zakelijke borgtocht moest worden gekwalificeerd, zoals bedoeld in artikel 7:857 BW.

De rechtbank overwoog dat de borgstelling niet ten behoeve van de normale uitoefening van het bedrijf van Premium Flower was gedaan, maar in het kader van de overeenkomst die op 4 juli 2008 was gesloten. Deze overeenkomst betrof het terugtreden van FD Holding uit het samenwerkingsverband en de verkoop van aandelen in Premium Flower. De rechtbank concludeerde dat de borgstelling, gemeten naar de in artikel 7:857 BW genoemde maatstaven, een particuliere borgtocht betrof.

Aangezien de gedaagde het bestaan van de borgtocht had betwist en er geen schriftelijk bewijs was overgelegd, kon de rechtbank niet vaststellen dat de borgtocht daadwerkelijk bestond. Dit leidde tot de afwijzing van de vorderingen van Flower Direct. De rechtbank veroordeelde Flower Direct in de proceskosten, die aan de zijde van de gedaagde tot op heden waren begroot op EUR 3.320,00. Het vonnis werd uitgesproken op 30 juni 2010 door mr. I.A.M. Tel.

Uitspraak

vonnis
RECHTBANK HAARLEM
Sector civiel recht
zaaknummer / rolnummer: 156069 / HA ZA 09-474
Vonnis van 30 juni 2010
in de zaak van
de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
FLOWER DIRECT B.V.,
gevestigd te Rijpwetering, gemeente Kaag en Braassem,
eiseres,
advocaat mr. M.M. Kroone,
tegen
[GEDAAGDE],
wonende te Hoofddorp, gemeente Haarlemmermeer,
gedaagde,
advocaat mr. P. Tijsterman.
Partijen zullen hierna Flower Direct en [gedaagde] genoemd worden.
1. De procedure
1.1. Het verloop van de procedure blijkt uit:
- het tussenvonnis van 16 december 2009
- de akte van Flower Direct
- de antwoordakte van [gedaagde]
1.2. Ten slotte is vonnis bepaald.
2. De verdere beoordeling
2.1. In (4.3 en verder in) het tussenvonnis is behandeld de vraag of de gestelde mondelinge borgstelling (hierna: de borgstelling) door [gedaagde] op 4 juli 2008 een particuliere danwel zakelijke borgtocht betreft. Daartoe heeft de rechtbank overwogen dat de borgstelling samenhangt met de beëindiging en ontvlechting van Premium Flower. In dat kader zijn partijen vervolgens in de gelegenheid gesteld zich bij akte uit te laten over de vraag of dit behoorde tot de normale uitoefening van het bedrijf van Premium Flower.
2.2. Flower Direct meent dat het aangaan van de borgtocht door [gedaagde] betrekking heeft op de normale uitoefening van het bedrijf van Premium Flower, nu de bortocht ziet op het aflossen van een schuld van Premium Flower terzake de levering van bloemen. Deze leveranties vallen volledig binnen de normale uitoefening van haar bedrijf, een groothandel in bloemisterij artikelen.
2.3. [gedaagde] betwist dat hij zich op 4 juli 2008 persoonlijk borg heeft gesteld. Subsidiair (zo begrijpt de rechtbank) voert hij aan dat Flower Direct Holding BV (hierna: FD Holding), Agro Bemiddeling BV en J.L.R. Holding BV op 4 juli 2008 alleen hebben onderhandeld en gecontracteerd over de uit- / verkoop door FD Holding van de aandelen in Premium Flower. Deze (onder)handelingen hadden geen betrekking op leveranties van bloemen en behoorden derhalve niet tot de normale uitoefening van hun bedrijven.
2.4. Premium Flower hield zich bezig met de verwerking en handel in sierteeltproducten. De borgstelling ziet op een schuld terzake van de levering van bloemen, die Premium Flower derhalve in de normale uitoefening van haar bedrijf is aangegaan. Het aangaan van de borgtocht -door onder andere [gedaagde]- terzake die schuld, geschiedde echter in het kader en als onderdeel van de op 4 juli 2008 gesloten overeenkomst. Zonder deze overeenkomst valt immers niet in te zien, en dit is overigens ook niet gesteld, dat [gedaagde] zich voor deze schuld van Premium Flower borg zou hebben gesteld. Blijkens haar inhoud betreft de overeenkomst van 4 juli 2008 het terugtreden door FD Holding uit het samenwerkingsverband binnen Premium Flower, de daarmee samenhangende verkoop van haar aandelen in Premium Flower en de afwikkeling en afrekening daarvan tussen FD Holding en haar -voormalige- medeaandeelhouders in Premium Flower. Dat in deze overeenkomst -nadere- afspraken zijn gemaakt over de termijn waarbinnen Premium Flower aan Flower Direct diende te betalen, kan evenzeer worden gezien in het licht van deze afwikkeling. Uit het voorgaande volgt dat, voor zover [gedaagde] zich op 4 juli 2008 als borg heeft gesteld, hij dit niet ten behoeve van de normale uitoefening van het bedrijf van Premium Flower heeft gedaan. Deze borgstelling betreft, gemeten naar de in artikel 7:857 BW genoemde maatstaven, derhalve een particuliere borgtocht.
2.5. Nu [gedaagde] het aangaan van de borgtocht heeft betwist en een terzake opgemaakt en door hem ondertekend geschrift ontbreekt, kan het bestaan van de gestelde borgtocht, gelet op het in 4.3 van het tussenvonnis overwogene, niet worden vastgesteld. Dit leidt ertoe dat de vorderingen bij gebreke van een rechtsgrond zullen worden afgewezen.
2.6. Flower Direct zal als de in het ongelijk gestelde partij in de proceskosten worden veroordeeld. De kosten aan de zijde van [gedaagde] worden begroot op:
- vast recht 1.085,00
- salaris advocaat 2.235,00 (2,5 punten × tarief EUR 894,00)
Totaal EUR 3.320,00
3. De beslissing
De rechtbank
3.1. wijst de vorderingen af,
3.2. veroordeelt Flower Direct in de proceskosten, aan de zijde van [gedaagde] tot op heden begroot op EUR 3.320,00.
Dit vonnis is gewezen door mr. I.A.M. Tel en in het openbaar uitgesproken op 30 juni 2010.?