ECLI:NL:RBHAA:2010:BN5583
Rechtbank Haarlem
- Raadkamer
- Rechtspraak.nl
Verzoek om schadevergoeding wegens onterecht inverzekeringstelling en voorlopige hechtenis
Op 25 maart 2010 heeft mr. M.E.L. Vallenduuk, advocaat, een verzoekschrift ingediend bij de rechtbank Haarlem, waarin verzoeker schadevergoeding vraagt van de Staat voor onterecht doorgebrachte tijd in verzekering en voorlopige hechtenis. Het verzoek betreft een vergoeding van € 2.530,00 voor 31 dagen inverzekeringstelling en € 540,00 voor kosten van juridische bijstand. De rechtbank heeft het verzoek op 12 augustus 2010 in raadkamer behandeld, waarbij zowel verzoeker als de officier van justitie, mr. F.A.C. Kooper-Gerritsen, aanwezig waren.
De rechtbank overweegt dat de oorspronkelijke verdenking van bedreiging is geseponeerd, maar dat er nog een tweede verdenking bestaat, namelijk het voorhanden hebben van een imitatiewapen. De rechtbank stelt vast dat beide verdenkingen onder één parketnummer vallen en dat de tweede verdenking is ontstaan tijdens het onderzoek naar de eerste. Hierdoor kan de zaak niet als beëindigd worden beschouwd, en is verzoeker niet ontvankelijk in zijn verzoek om schadevergoeding.
De rechtbank concludeert dat de verzoeker niet kan worden ontvangen in zijn verzoekschrift op basis van de artikelen 89 en 591a van het Wetboek van Strafvordering, en wijst ook het aanvullende verzoek ex artikel 36 van het Wetboek van Strafvordering af. De uitspraak is gedaan door mr. I.H. Lips in aanwezigheid van griffier mr. A. Blijleven op 26 augustus 2010.