De feiten
1. [verweerder], geboren op 28 mei 1968, is bij (de rechtsvoorgangster van) Menzies in dienst getreden op 1 februari 2002 in de functie van Ramp Agent tegen een laatstgenoten salaris van € 1.929,62 bruto per maand te vermeerderen met een onregelmatigheidstoeslag van € 271,25 en 8% vakantietoeslag.
2. [verweerder] is sinds 1 januari 2007 lid van de ondernemersraad van Menzies.
3. Menzies houdt zich bezig met werkzaamheden gerelateerd aan de afhandeling van vliegtuigen op het platform van de luchthaven Schiphol. Bij Menzies zijn op dit moment ongeveer 168 werknemers werkzaam.
4. Op 12 mei 2002 heeft [verweerder] zich ziek gemeld in verband met een niertransplantatie. [verweerder] heeft een nier afgestaan aan zijn zus. Per 1 september 2002 heeft hij zijn werkzaamheden voor 50% hervat, waarna dit is uitgebouwd naar 75%.
Per 10 januari 2003 was [verweerder] volledig hersteld.
5. [verweerder] heeft vanaf 10 januari 2003 op medische indicatie uitsluitend dag- en avonddiensten gedraaid. Na zijn nierdonatie bleek zijn overgebleven nier ziek te zijn. De arbodienst heeft hem voorgeschreven dat hij niet vóór 11.00 uur mag worden ingezet.
6. In 2009 heeft bij Menzies een reorganisatie plaatsgevonden. Menzies heeft verschillende ontslagaanvragen bij het UWV ingediend en haar personeelsbestand verkleind. Het aantal vliegtuigen dat door Menzies werd afgehandeld liep terug van 120 naar 60 per week.
7. In juni 2009 tot aan het einde van de zomerperiode heeft Menzies een zogeheten water- en toiletrooster ingesteld. Vier medewerkers met beperkingen, waaronder [verweerder], werkten op de water- en toiletwagen. Het water- en toiletrooster bleek niet efficiënt en Menzies heeft in oktober 2009 besloten om er niet mee door te gaan.
8. Op 14 september 2009 heeft Menzies met [verweerder] een gesprek gehouden en toegelicht dat het water- en toiletrooster niet meer in het winterrooster zou teruggekomen. Verder heeft Menzies in dit gesprek toegezegd te onderzoeken welke mogelijkheden er nog zijn voor [verweerder] bij Menzies.
9. Per 26 oktober 2009 is [verweerder] niet meer door Menzies ingezet.
10. In november 2009 heeft de arbodienst [verweerder] onderzocht en naar aanleiding hiervan een functionele mogelijkheden lijst (FML) opgesteld, waaruit blijkt dat [verweerder] zijn werkzaamheden als Ramp Agent voor 100% kan uitvoeren, maar dat hij niet ingeroosterd kan worden vóór 11.00 uur ’s ochtends en in de nachtdiensten.
11. Op 12 januari 2010 heeft een gesprek plaatsgevonden tussen [verweerder] en Menzies, waarin [verweerder] – kort gezegd - heeft meegedeeld dat hij weer in zijn functie aan het werk wil gaan. Menzies heeft toegezegd te onderzoeken of er mogelijkheden waren het rooster zodanig aan te passen dat [verweerder] weer aan het werk kon.
12. In het vervolggesprek op 25 januari 2010 – welk gesprek Menzies heeft weergegeven in een brief van diezelfde datum - heeft Menzies meegedeeld dat het voor haar niet mogelijk is een rooster te maken waarin rekening wordt gehouden met de beperking van [verweerder] dat hij niet vóór 11.00 uur kan beginnen. [verweerder] heeft meegedeeld dat hij het hier niet mee eens is.
13. Bij brief van 1 februari 2010 heeft de gemachtigde van [verweerder] aan Menzies geschreven:
“In uw brief van 25 januari 2010 geeft u ons lid aan dat u om roostertechnische redenen niet in staat bent om ons lid op aangepaste tijden te laten werken en dat u overweegt om tot ontbinding van de arbeidsovereenkomst over te gaan. Ons lid kan zich hiermee niet verenigen. Volgens de bedrijfsarts (…), heeft ons lid geen uurbeperking, maar slechts een beperking ten aanzien van werktijden. Blijkens de brief van het UWV, dd. 26 november 2009, is er ook geen geschil ten aanzien van zijn arbeidsgeschiktheid en gaat het UWV ervan uit dat u verder werkt aan de reintegratie van ons lid. (…). Wij sommeren u dan ook namens ons lid om inspanningen te verrichten om ons lid te laten reintegreren, rekening houdende met zijn beperking ten aanzien van werktijden.”
14. [verweerder] heeft een lijst met handtekeningen overgelegd, waarop 15 werknemers van Menzies onder de zin “ik heb geen bezwaar tegen het ruilen van mijn avonddienst voor een ochtenddienst” hun handtekening hebben gezet.