ECLI:NL:RBHAA:2010:BM5931
Rechtbank Haarlem
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Toewijzing zelfbindingsmachtiging voor opname in psychiatrisch ziekenhuis
Op 15 maart 2010 heeft de Rechtbank Haarlem uitspraak gedaan in een zaak betreffende een zelfbindingsmachtiging voor betrokkene, geboren in 1952 en vertegenwoordigd door haar advocaat mr. M. Verkijk. De officier van justitie had op 10 maart 2010 een verzoek ingediend op basis van artikel 34i van de Wet Bijzondere opnemingen in psychiatrische ziekenhuizen (Wet Bopz) om betrokkene op te nemen in een psychiatrisch ziekenhuis. Dit verzoek was onderbouwd met de benodigde documenten zoals vermeld in de Wet Bopz.
Tijdens de zitting op 15 maart 2010 werd betrokkene gehoord, bijgestaan door haar advocaat en de behandelend psychiater. Betrokkene had samen met haar psychiater een zelfbindingsverklaring opgesteld, waarin acht omstandigheden werden genoemd die opname noodzakelijk maakten. Ondanks dat betrokkene trots was op deze verklaring, betwistte zij de noodzaak voor opname op dat moment. De advocaat voerde aan dat aan alle wettelijke vereisten voor toewijzing van het verzoek was voldaan.
De psychiater bevestigde in een verklaring dat er sprake was van ongewone uitgaven en andere zorgwekkende gedragingen van betrokkene, wat de noodzaak voor opname onderstreepte. De rechtbank concludeerde dat betrokkene lijdt aan een bipolaire stoornis en dat de omstandigheden in de zelfbindingsverklaring zich voordoen. De rechtbank oordeelde dat opname noodzakelijk was om verdere escalatie en schade aan persoonlijke relaties en financiën te voorkomen.
De rechtbank verleende daarom de zelfbindingsmachtiging voor een periode van zes weken, met ingang van 15 maart 2010. Deze beschikking werd uitgesproken door mr. E.J. van Keken in aanwezigheid van griffier D. Goedhart. Tegen deze beschikking staat het rechtsmiddel van cassatie open.