ECLI:NL:RBHAA:2009:BL5464
Rechtbank Haarlem
- Eerste aanleg - meervoudig
- Rechtspraak.nl
Ontheffing van het gezag over een minderjarige in het kader van jeugdbescherming
In deze zaak heeft de Rechtbank Haarlem op 22 december 2009 uitspraak gedaan in een verzoek tot ontheffing van het gezag van de moeder over haar minderjarige kind, [naam minderjarige]. De Raad voor de Kinderbescherming, vestiging Haarlem, heeft het verzoek ingediend, waarbij de moeder niet ter zitting is verschenen en geen verweer heeft gevoerd. De minderjarige, geboren op [datum] 1995, is sinds zijn geboorte erkend door zijn vader en heeft van rechtswege het gezag over hem. De moeder heeft aangegeven het niet eens te zijn met de ontheffing, maar heeft geen actieve rol gespeeld in de procedure.
De rechtbank heeft vastgesteld dat de minderjarige sinds [datum] 2004 bij zijn pleegouders woont, die tevens de ouders van de moeder zijn. De minderjarige staat onder toezicht van de Stichting Bureau Jeugdzorg Noord-Holland, locatie Haarlem, en is sinds 25 oktober 2005 ondertoezicht gesteld. De rechtbank heeft in haar beoordeling gekeken naar de onmacht van de moeder om haar zorgplicht te vervullen, zoals beschreven in artikel 1:266 BW, en heeft geconcludeerd dat de huidige situatie van de minderjarige niet in zijn belang is. De rechtbank heeft ook overwogen dat de ondertoezichtstelling en uithuisplaatsing onvoldoende zijn om de dreiging van de situatie af te wenden.
De rechtbank heeft besloten de moeder te ontheffen van het gezag over de minderjarige en de Stichting Bureau Jeugdzorg Noord-Holland als voogdes benoemd. Dit besluit is genomen in het belang van de minderjarige, om de juridische situatie in overeenstemming te brengen met de feitelijke situatie en om het loyaliteitsconflict van de minderjarige te verminderen. De rechtbank heeft het verzoek van de Raad toegewezen en de beschikking openbaar uitgesproken.