ECLI:NL:RBHAA:2009:BJ3638
Rechtbank Haarlem
- Eerste aanleg - meervoudig
- A.J. van der Meer
- E.L. Grosheide
- L.M. de Vries
- Rechtspraak.nl
Uitleg van het antispeculatiebeding in een koopovereenkomst met een woningstichting
In deze zaak, die werd behandeld door de Rechtbank Haarlem, ging het om de uitleg van een antispeculatiebeding in een koopovereenkomst tussen eisers en Stichting Ymere. Eisers huurden sinds 1995 een woning van de stichting en verkochten deze woning op 29 juni 2007 voor € 289.000, met levering op 10 januari 2008. Er ontstond een geschil over de hoogte van het bedrag dat eisers aan de stichting verschuldigd waren op basis van het antispeculatiebeding, dat hen verplichtte een percentage van de verkoopprijs aan de stichting af te dragen indien zij de woning binnen een bepaalde termijn verkochten.
De rechtbank oordeelde dat de uitleg van het antispeculatiebeding diende te geschieden aan de hand van de Haviltex-maatstaf, waarbij de bedoeling van partijen en de redelijke verwachtingen van beide partijen centraal stonden. De rechtbank stelde vast dat het antispeculatiebeding een modelbepaling betrof en dat bij twijfel over de betekenis van een beding de meest gunstige uitleg voor de consument (in dit geval eisers) diende te prevaleren. De rechtbank concludeerde dat de kosten van verbeteringen aan de woning, die door eisers waren aangebracht, in mindering konden worden gebracht op de verkoopsom, mits deze kosten gedocumenteerd waren.
De rechtbank hield verdere beslissingen aan en bepaalde dat de zaak op 26 augustus 2009 opnieuw op de rol zou komen voor het nemen van een akte door eisers. Dit vonnis benadrukt het belang van duidelijke afspraken in koopovereenkomsten en de noodzaak voor partijen om hun rechten en plichten goed te begrijpen, vooral in het kader van antispeculatiebedingen die zijn bedoeld om speculatie op de woningmarkt tegen te gaan.