ECLI:NL:RBHAA:2009:BJ0248
Rechtbank Haarlem
- Eerste aanleg - meervoudig
- M.P.J. Ruijpers
- I.A.M. Tel
- J.E. van Praag
- Rechtspraak.nl
Onrechtmatige daad en niet-ontvankelijkheid van vorderingen tegen advocaten
In deze zaak, die diende voor de Rechtbank Haarlem op 24 juni 2009, heeft eiser een vordering ingesteld tegen de gedaagden, die advocaten zijn, wegens vermeende tekortkomingen in de nakoming van een overeenkomst tot opdracht. Eiser stelt dat hij schade heeft geleden door onjuiste advisering en onvoldoende informatie van de gedaagden. De gedaagden hebben echter verweer gevoerd en aangevoerd dat eiser de verkeerde partijen heeft gedagvaard, aangezien de opdracht was verstrekt aan de maatschap Nagtegaal Jong en niet aan de gedaagden persoonlijk. De rechtbank heeft in haar beoordeling vastgesteld dat de gedaagden geen contractspartijen waren, omdat alle correspondentie was ondertekend door de maatschap en eiser zich hiervan bewust was. De rechtbank oordeelt dat de vordering van eiser niet ontvankelijk is, omdat hij niet de juiste partijen heeft gedagvaard. Eiser wordt veroordeeld in de proceskosten, die aan de zijde van de gedaagden zijn begroot op EUR 3.990,00. Dit vonnis is openbaar uitgesproken en de kostenveroordeling is uitvoerbaar bij voorraad.