ECLI:NL:RBHAA:2008:BG6746

Rechtbank Haarlem

Datum uitspraak
27 november 2008
Publicatiedatum
5 april 2013
Zaaknummer
15/801448-08
Instantie
Rechtbank Haarlem
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - meervoudig
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Mensensmokkel door verdachte met vervalste reisdocumenten

In deze zaak heeft de Rechtbank Haarlem op 27 november 2008 uitspraak gedaan in een strafzaak tegen een verdachte die zich schuldig heeft gemaakt aan mensensmokkel. De verdachte, die zijn eigen echtgenote hielp om illegaal Nederland binnen te komen, heeft gebruik gemaakt van vervalste reisdocumenten. De rechtbank heeft vastgesteld dat de verdachte tussen 1 juni 2008 en 20 augustus 2008 in verschillende landen, waaronder Griekenland en Tanzania, handelingen heeft verricht die gericht waren op het faciliteren van de toegang van zijn echtgenote tot Nederland. Dit omvatte het regelen van een vervalst paspoort en vliegtickets, en het begeleiden van haar reis naar Schiphol. De rechtbank oordeelde dat de omstandigheden, waaronder de relatie tussen de verdachte en de gesmokkelde persoon, van invloed waren op de strafwaardigheid van de feiten. De rechtbank legde een lagere straf op dan door de officier van justitie was gevorderd, met inachtneming van de humanitaire aspecten van de zaak. De verdachte werd veroordeeld tot een gevangenisstraf van vijftien weken, met aftrek van de tijd die hij in voorlopige hechtenis had doorgebracht. De rechtbank verklaarde ook enkele in beslag genomen voorwerpen verbeurd en bepaalde dat andere voorwerpen aan de verdachte moesten worden teruggegeven. De uitspraak is gedaan door een meervoudige strafkamer, waarbij de rechtbank de ernst van de feiten en de impact op de maatschappij in overweging nam.

Uitspraak

RECHTBANK HAARLEM
Sector Strafrecht
Locatie Schiphol
Meervoudige strafkamer
Parketnummer: 15/801448-08
Uitspraakdatum: 27 november 2008
Tegenspraak
Strafvonnis
Dit vonnis is gewezen naar aanleiding van het onderzoek op de openbare terechtzitting van 13 november 2008 in de zaak tegen:
[verdachte],
geboren op [geboortedatum] te [geboorteplaats] ([land]),
zonder bekende woon- of verblijfplaats in Nederland,
thans gedetineerd in PI Midden Holland, HvB Haarlem.
1. Tenlastelegging
Aan verdachte is ten laste gelegd dat:
feit 1:
hij op een of meer tijdstippen in of omstreeks de periode van 01 juni 2008 tot en met 20 augustus 2008 te Athene (Griekenland) en/of Tanzania en/of Schiphol, gemeente Haarlemmermeer, in elk geval in Nederland, een ander, te weten [betrokkene], althans een persoon zich noemende [betrokkene], behulpzaam is geweest bij het zich verschaffen van toegang tot of doorreis door Nederland, een andere lidstaat van de Europese Unie, IJsland, Noorwegen, in elk geval een staat die is toegetreden tot het op 15 november 2000 te New York totstandgekomen Protocol tegen de smokkel van migranten over land, over de zee en in de lucht, tot aanvulling van het op 15 november 2000 te New York totstandgekomen Verdrag tegen transnationale georganiseerde misdaad, of hem daartoe gelegenheid, middelen of inlichtingen heeft verschaft,
immers heeft/is hij, verdachte,
- voor voornoemde persoon een vals/vervalst (nationaal) paspoort van Tanzania op naam van [betrokkene] (geboren [geboortedatum]) en/of een frauduleus verkregen (nationaal) paspoort van Tanzania op naam van [betrokkene] (geboren [geboortedatum]) geregeld en/of
- voor voornoemd persoon (een) vliegticket(s) voor de vlucht(en) van Nairobi naar Athene (Griekenland) via Schiphol (Nederland) geregeld en/of
- (vervolgens) van Griekenland naar Tanzania gereisd, teneinde voornoemd persoon op te halen en/of
- (vervolgens) voornoemd persoon (geheel of gedeeltelijk) begeleid gedurende haar (vlieg)reis van Tanzania naar Schiphol (Nederland) en/of
- (vervolgens) (na aankomst op Schiphol) het vals/vervalst paspoort op naam van [betrokkene] en/of de frauduleus verkregen paspoort op naam van [betrokkene] overhandigd aan een ambtenaar belast met de grensbewaking en/of een persoon belast met enig toezicht op de luchthaven Schiphol, (teneinde door te reizen naar Griekenland), terwijl verdachte wist of ernstige redenen had te vermoeden dat die toegang of die doorreis wederrechtelijk was;
feit 2:
hij op of omstreeks 20 augustus 2008 te Schiphol, gemeente Haarlemmermeer, tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, in het bezit was van (een) reisdocument(en), te weten
- een nationaal paspoort van Tanzania, voorzien van paspoortnummer [nummer], op naam van [betrokkene], geboren [geboortedatum] te [geboorteplaats] en/of
- een nationaal paspoort van Tanzania, voorzien van paspoortnummer [nummer], op naam van [betrokkene], geboren [geboortedatum] te [geboorteplaats], waarvan hij en/of zijn mededader(s) wist(en) of redelijkerwijs moest(en) vermoeden dat het/de reisdocument(en) vals of vervalst was/waren.
2. Voorvragen
De rechtbank heeft vastgesteld dat de dagvaarding geldig is, dat zijzelf bevoegd is tot kennisneming van de zaak, dat het openbaar ministerie ontvankelijk is in zijn vervolging en dat er geen redenen zijn voor schorsing van de vervolging.
3. Oordeel van de rechtbank
3.1. Bewezenverklaring
De rechtbank acht wettig en overtuigend bewezen dat verdachte de ten laste gelegde feiten heeft begaan, in dier voege dat:
Feit 1:
hij op tijdstippen in de periode van 1 juni 2008 tot en met 20 augustus 2008 te Athene (Griekenland) en Tanzania en Schiphol, gemeente Haarlemmermeer, een ander, te weten [betrokkene], behulpzaam is geweest bij het zich verschaffen van toegang tot of doorreis door Nederland,
immers heeft hij, verdachte,
- voor voornoemde persoon een vervalst (nationaal) paspoort van Tanzania op naam van [betrokkene] (geboren [geboortedatum]) en een frauduleus verkregen (nationaal) paspoort van Tanzania op naam van [betrokkene] (geboren [geboortedatum]) geregeld en
- voor voornoemd persoon een vliegticketvoor de vlucht van Nairobi naar Athene (Griekenland) via Schiphol (Nederland) geregeld en
- is hij, verdachte, vervolgens van Griekenland naar Tanzania gereisd, teneinde voornoemd persoon op te halen en heeft hij
- vervolgens voornoemd persoon begeleid gedurende haar vliegreis van Tanzania naar Schiphol (Nederland) en
- vervolgens na aankomst op Schiphol het vervalste paspoort op naam van [betrokkene] en het frauduleus verkregen paspoort op naam van [betrokkene] overhandigd aan een ambtenaar belast met de grensbewaking en/of een persoon belast met enig toezicht op de luchthaven Schiphol teneinde door te reizen naar Griekenland, terwijl verdachte wist dat die toegang of die doorreis wederrechtelijk was;
Feit 2:
hij op 20 augustus 2008 te Schiphol, gemeente Haarlemmermeer, in het bezit was van reisdocumenten, te weten
- een nationaal paspoort van Tanzania, voorzien van paspoortnummer [nummer], op naam van [betrokkene], geboren [geboortedatum] te [geboorteplaats] en
- een nationaal paspoort van Tanzania, voorzien van paspoortnummer [nummer], op naam van [betrokkene], geboren [geboortedatum] te [geboorteplaats], waarvan hij wist dat de reisdocumenten vervalst waren.
Voor zover in de tenlastelegging taal- en/of schrijffouten voorkomen, zijn deze verbeterd. Blijkens het verhandelde op de terechtzitting is de verdachte daardoor niet geschaad in zijn verdediging.
Hetgeen aan verdachte onder 1 en 2 meer of anders is ten laste gelegd dan hier als bewezen is aangenomen, is niet bewezen. De verdachte moet hiervan worden vrijgesproken.
3.2 Bewijsmiddelen
De rechtbank komt tot bewezenverklaring van de ten laste gelegde feiten op grond van de volgende bewijsmiddelen:
• de bekennende verklaring van verdachte ter terechtzitting afgelegd;
• het in de wettelijke vorm opgemaakte proces-verbaal van verhoor van verdachte door verbalisanten [verbalisant 1] en [verbalisant 2] d.d. 15 oktober 2008 (dossierpagina 1.1.5);
• het in de wettelijke vorm opgemaakte proces-verbaal van bevindingen van verbalisanten [verbalisant 1] en [verbalisant 3] d.d. 15 oktober 2008 (dossierpagina 0.3);
• het in de wettelijke vorm opgemaakte proces-verbaal van bevindingen van verbalisant [verbalisant 4] d.d. 21 augustus 2008 (dossierpagina 0.4);
• het in de wettelijke vorm opgemaakte proces-verbaal van bevindingen van verbalisant [verbalisant 5] d.d. 23 augustus 2008 (dossierpagina 0.5).
4. Strafbaarheid van de feiten
4.1. Overweging aangaande de strafbaarheid van het bewezenverklaarde.
Ten aanzien van hetgeen door de raadsman ter terechtzitting is aangevoerd ter nuancering van de wederrechtelijkheid van de bewezen verklaarde mensensmokkel en in welk verband deze heeft opgemerkt dat de door verdachte gemaakte keuze dicht in de buurt komt van handelen in overmacht in de zin van noodtoestand merkt de rechtbank op, dat de door de raadsman gekozen formulering niet kan worden aangemerkt als een uitdrukkelijk voorgedragen verweer gericht op de aanwezigheid van een rechtvaardigingsgrond. Overigens zou een dergelijk verweer niet kunnen slagen nu een actuele concrete nood niet gesteld of aannemelijk geworden is.
Ook zijn geen andere omstandigheden aannemelijk geworden, die zouden leiden tot rechtvaardiging van de bewezen verklaarde feiten.
4.2. Kwalificatie
Het bewezenverklaarde levert op:
Feit 1: mensensmokkel.
Feit 2: in het bezit zijn van een reisdocument waarvan hij weet dat dit vervalst is, meermalen gepleegd.
5. Strafbaarheid van verdachte
Er is geen omstandigheid aannemelijk geworden die de strafbaarheid van verdachte uitsluit. Verdachte is dus strafbaar.
6. Motivering van sanctie(s) en van overige beslissingen
De vordering van de officier van justitie
De officier van justitie heeft gerekwireerd tot bewezenverklaring van de ten laste gelegde feiten en gevorderd dat verdachte ter zake daarvan zal worden veroordeeld tot een gevangenisstraf voor de duur van 7 maanden met aftrek van de tijd die verdachte vóór de tenuitvoerlegging van dit vonnis in verzekering en voorlopige hechtenis heeft doorgebracht.
Met betrekking tot de in beslag genomen en niet teruggegeven voorwerpen, zoals vermeld op de beslaglijst, heeft de officier van justitie gevorderd dat de paspoorten worden teruggegeven aan de uitgevende instantie, dat het fototoestel, de pasfoto’s, het kopie van het geboortebewijs, het GSM-toestel, merk Nokia, worden teruggegeven aan verdachte, dat het geboortebewijs en de Griekse formulieren worden onttrokken aan het verkeer en dat de instapkaart en de vliegtickets worden verbeurd verklaard.
Hoofdstraf
Bij de beslissing over de straf die aan verdachte moet worden opgelegd, heeft de rechtbank zich laten leiden door de aard en de ernst van de bewezen verklaarde feiten en de omstandigheden waaronder deze zijn begaan, alsmede de persoon van verdachte zoals van een en ander uit het onderzoek ter terechtzitting is gebleken.
In het bijzonder heeft de rechtbank het volgende in aanmerking genomen.
Verdachte heeft zich bezig gehouden met - kort gezegd - mensensmokkel. Daarbij is bewerkstelligd dat een vrouw - in casu zijn echtgenote - op illegale wijze door gebruik te maken van een vervalst paspoort wederrechtelijk Nederland is binnen gekomen. Verdachte heeft daarbij een belangrijke rol gespeeld, door daartoe vervalste papieren en de reistickets te regelen en door de vrouw bij haar reis te begeleiden.
In het maatschappelijk verkeer behoort erop te kunnen worden vertrouwd, dat ambtelijke stukken, zoals reisdocumenten, een juiste weergave bevatten van de daarin vermelde gegevens. Door zijn handelen heeft verdachte een ernstige inbreuk gemaakt op dat vertrouwen. De met een verantwoorde grensbewaking gemoeide belangen kunnen door het bezit en gebruik van onjuiste reisdocumenten ernstig schade leiden.
Deze inbreuk op het vertrouwen dat internationaal moet kunnen bestaan in de juiste weergave van gegevens in reisdocumenten is ook aan de orde in een geval als het onderhavige waarin uit het onderzoek en het verhandelde ter terechtzitting aannemelijk is geworden dat de gesmokkelde persoon ten behoeve van wie gebruik werd gemaakt van deze documenten, verdachte’s eigen echtgenote was.
Deze laatste omstandigheid komt niettemin wel betekenis toe, maar dan met name ten aanzien van de strafwaardigheid van de bewezen verklaarde mensensmokkel. Uit het oogpunt van humaniteit valt de wens tot samenwonen met de echtgenote op de plaats waar verdachte zich inmiddels een bestaan had verworven, te begrijpen
Op grond van het hiervoor overwogene is de rechtbank van oordeel dat een vrijheidsbenemende straf van na te noemen duur moet worden opgelegd. Deze straf is om de genoemde reden lager dan de straf die de officier van justitie heeft gevorderd.
Verbeurdverklaring
De rechtbank is van oordeel dat de onder verdachte in beslag genomen en niet teruggegeven voorwerpen, te weten de instapkaart en de vliegtickets, dienen te worden verbeurd verklaard. Uit het onderzoek op de terechtzitting is gebleken dat het bewezen verklaarde feit met behulp van die voorwerpen, die aan verdachte toebehoren, is begaan of voorbereid.
Onttrekking aan het verkeer (36c)
De rechtbank is van oordeel dat de in beslag genomen voorwerpen, te weten het geboortebewijs en de Griekse formulieren, dienen te worden onttrokken aan het verkeer. Uit het onderzoek ter terechtzitting is gebleken dat het onder 1 bewezenverklaarde feit met betrekking tot die voorwerpen is begaan en/of is voorbereid. Het ongecontroleerde bezit van voormelde, in beslag genomen voorwerpen is in strijd met de wet.
7. Toepasselijke wettelijke voorschriften
De volgende wetsartikelen zijn van toepassing:
33, 33a, 36b, 36c, 57, 197a en 231 van het Wetboek van Strafrecht.
8. Beslissing
De rechtbank:
Verklaart bewezen dat verdachte de onder 1 en 2 ten laste gelegde feiten heeft begaan zoals hiervoor onder 3.1 vermeld.
Verklaart niet bewezen wat aan verdachte onder 1 en 2 meer of anders is ten laste gelegd dan hierboven als bewezen is aangenomen en spreekt verdachte daarvan vrij.
Bepaalt dat de bewezen verklaarde feiten de hierboven onder 4.2 vermelde strafbare feiten opleveren.
Verklaart verdachte hiervoor strafbaar.
Veroordeelt verdachte wegens deze feiten tot een gevangenisstraf voor de duur van VIJFTIEN WEKEN.
Bepaalt dat de tijd die verdachte vóór de tenuitvoerlegging van dit vonnis in verzekering en voorlopige hechtenis heeft doorgebracht, bij de tenuitvoerlegging van de thans opgelegde gevangenisstraf in mindering wordt gebracht, voor zover die tijd niet reeds op een andere straf in mindering is gebracht.
Verklaart verbeurd:
(11) 1.00 STK Instapkaart, tnv [verdachte], route: ams-athene;
(12) 1.00 STK Vliegticket, [ticketnummer] tnv [verdachte];
(13) 1.00 STK Vliegticket, [ticketnummer] tnv [betrokkene].
Onttrekt aan het verkeer:
(8) 1.00 STK Geboortebewijs, TANZANIA [nummer geboortebewijs] VALS!!! tnv [betrokkene], geboren op [geboortedatum];
(15) 1.00 STK Formulieren, GRIEKENLAND [nummer], kopie grieks formul met pasfoto+personalia A;
(16) 1.00 STK Formulieren, GRIEKENLAND in griekse taal, daarop de naam [betrokkene]
Gelast de teruggave aan verdachte van:
(5) 1.00 STK Fototoestel Kl:zilver, PENTAX OPTIO S6 digitaal 1428537;
(7) 6.00 STK Pasfoto, 5x zelfde persoon + 1 ander persoon;
(9) 1.00 STK Papier TANZANIA, kopie van geboortebewijs;
(10) 1.00 STK GSM-toestel Kl:zwart, NOKIA.
Gelast de teruggave aan de uitgevende instantie van:
(1) 1.00 STK Paspoort TANZANIA nationaal [nummer] tnv [betrokkene];
(2) 1.00 STK Paspoort TANZANIA nationaal [nummer] tnv [betrokkene].
Heft op het bevel tot voorlopige hechtenis met ingang van het tijdstip waarop de duur van deze hechtenis gelijk wordt aan die van de straf.
9. Samenstelling rechtbank en uitspraakdatum
Dit vonnis is gewezen door
mr. M.J.M. Verpalen, voorzitter,
mrs. W.A.F. Jansen en D.G.M. van den Hoogen, rechters,
in tegenwoordigheid van de griffier C.A. de Koning,
en uitgesproken op de openbare terechtzitting van 27 november 2008.
Mr. D.G.M. van den Hoogen is buiten staat dit vonnis mede te ondertekenen.