vonnis
RECHTBANK HAARLEM
Sector civiel recht
zaaknummer / rolnummer: 150523 / KG ZA 08-564
Vonnis in kort geding van 24 november 2008
de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
BATAVUS B.V.,
gevestigd te Heerenveen,
eiseres,
advocaat mr. L. Koning te Haarlem,
de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
BLOMSON INTERNATIONAL B.V.,
gevestigd te Beverwijk,
gedaagde,
advocaat mr. K.Th.M. Stöpetie te Amsterdam.
Partijen zullen hierna Batavus en Blomson genoemd worden.
1.1. Het verloop van de procedure blijkt uit:
- de dagvaarding
- de mondelinge behandeling
- ter zitting is Batavus bijgestaan door mr. D. van der Kolk, advocaat te Amsterdam
- de pleitnota van Batavus
- de pleitnota van Blomson.
1.2. Partijen hebben ter zitting exemplaren van de in het onderhavig geschil aan de orde zijnde fietsen getoond. Op verzoek van de voorzieningenrechter hebben partijen een exemplaar van de betreffende fietsen ten kantore van de rechtbank gedeponeerd ten behoeve van de beoordeling in onderhavige procedure totdat het vonnis zal zijn uitgesproken. Batavus heeft een oranje exemplaar van de Personal Bike Delivery, alsmede een rood exemplaar van de Montego Mover gedeponeerd. Blomson heeft een wit exemplaar van de Montego Mover gedeponeerd.
1.3. Ten slotte is vonnis bepaald.
2.1. Batavus is een fabrikant van fietsen. Eén van de door haar verhandelde fietsen is de Batavus Personal Bike. Batavus verhandelt een aantal typen Personal Bikes. Blijkens de overgelegde catalogus van 2009 van Batavus voert zij thans de Personal Bike Delivery, de Personal Bike Spirit, de Personal Bike Deluxe en de Personal Bike Supreme. De Personal Bike Delivery, is hieronder op foto (overgelegd als productie 19B door Batavus) afgebeeld:
2.2. Blomson produceert en verhandelt fietsen en heeft ongeveer 600 verkooppunten in Nederland. In 2007 heeft Blomson een fiets op de markt gebracht onder de naam Montego Mover, zoals hieronder op foto (overgelegd als productie 8 door Batavus) afgebeeld:
2.3. Batavus heeft Blomson (voor het eerst) op 18 juli 2007 gesommeerd om de productie en verhandeling van het model Montego Mover te staken. Blomson heeft geen gehoor gegeven aan deze sommatie.
3.1. Batavus vordert Blomson te veroordelen:
1. om binnen 10 dagen na betekening van het in dezen te wijzen vonnis het (doen) vervaardigen, (doen) distribueren en (doen) verhandelen van de Montego Mover, althans van fietsen die een getrouwe c.q. gewijzigde nabootsing betreffen van de Batavus Personal Bike Delivery (hierna: “de Inbreukmakende Fietsen”), te staken en gestaakt te houden,
2. om binnen 10 dagen na betekening van het in dezen te wijzen vonnis aan de raadsvrouwe van Batavus, mr. D. van der Kolk, te doen toekomen een schriftelijke opgave van de volgende door een registeraccountant gecontroleerde en gewaarmerkte gegevens:
a) de leverancier(s), maker(s), producent(en) en distributeur(s), van wie de Inbreukmakende Fietsen door Blomson zijn verkregen, onder mededeling van adres(sen), telefoon- en telefaxnummer(s);
b) de aan Blomson geleverde aantallen, prijzen en leverdata van de Inbreukmakende Fietsen, zulks gerangschikt per leverancier, maker, producent of distributeur van de desbetreffende fiets;
c) de verkochte aantallen, prijzen, leverdata en afleveradressen van de Inbreukmakende Fietsen, zulks gerangschikt per met name genoemde afnemer (voor zover bekend);
d) de bij Blomson op de dag van betekening van het in dezen te wijzen vonnis nog aanwezige voorraad van de Inbreukmakende Fietsen, onder vermelding van de locatie waar de Inbreukmakende Fietsen zich bevinden;
e) de met de Inbreukmakende Fietsen behaalde omzet en winst, alsmede de verschillende ter berekening van de winst op de omzet in mindering gebrachte kostenposten, voorzien van duidelijke en gedetailleerde schriftelijke bewijsstukken, waarbij bij de berekening van de winst alleen kosten in mindering mogen worden gebracht die direct toe te rekenen zijn aan de desbetreffende artikelen.
3. om binnen 10 dagen na betekening van het in dezen te wijzen vonnis alle hierboven onder 2c bedoelde personen of ondernemingen schriftelijk mee te delen dat de onder hen berustende voorraad van de Inbreukmakende Fietsen door Blomson zal worden teruggenomen, onder aanbieding van terugbetaling c.q. creditering van koopprijzen onder vergoeding van transportkosten voor retournering en eventuele andere kosten of schade van die personen of ondernemingen, alles onder gelijktijdige verzending van afschriften van die mededelingen aan de raadsvrouwe van Batavus, mr. D. van der Kolk.
4. om binnen 20 dagen na betekening van het in dezen te wijzen vonnis haar gehele voorraad (waaronder begrepen de in gevolge onder 3 van dit petitum geretourneerde exemplaren van de) Inbreukmakende Fietsen te doen vernietigen onder toezicht van een door Blomson te betalen deurwaarder en binnen vijf dagen na vernietiging een proces-verbaal van constatering van het totale aantal vernietigde producten aan de raadsvrouwe van Batavus toe te zenden.
5. tot betaling van een dwangsom van EUR 10.000, althans een door de Voorzieningenrechter te bepalen dwangsom, voor elke keer danwel elke dag, ter keuze van Batavus, waarbij een gedeelte van een dag telt als één dag, dat Blomson het gevorderde onder 1, 2, 3 of 4 overtreedt, waarbij het aanbieden, distribueren en/of verhandelen van iedere Inbreukmakende Fiets geldt als een afzonderlijke overtreding.
6. tot betaling van de kosten van dit geding conform artikel 1019h Rv.
Batavus verzoekt de Voorzieningenrechter de termijn ingevolge artikel 1019i Rv te bepalen op zes maanden na het wijzen van dit vonnis.
een en ander, voor zover de wet het toelaat, uitvoerbaar bij voorraad op de minuut en op alle dagen en uren.
3.2. Batavus heeft aan haar vorderingen ten grondslag gelegd dat Blomson inbreuk maakt op het auteursrecht van Batavus door een transport-/stadsfiets te produceren en te verhandelen met een totaalindruk die overeenstemt met de totaalindruk van de Personal Bike Delivery, althans met een overeenstemmende totaalindruk van het U-vormige frame.
Batavus heeft aan haar vorderingen eveneens het leerstuk van de slaafse nabootsing ten grondslag gelegd door aan te voeren dat Blomson willens en wetens de (totaalindruk van de) Personal Bike Delivery heeft gekopieerd, althans nagebootst, terwijl Blomson zonder aan de deugdelijkheid en bruikbaarheid afbreuk te doen evengoed een andere weg had kunnen inslaan. Door dit na te laten sticht Blomson verwarring bij het publiek, aldus Batavus.
Het onrechtmatig handelen van Blomson is volgens Batavus voorts gelegen in het feit dat Blomson de nabootsing van de Batavus Personal Bike tegen een veel lagere prijs dan die van het origineel aan het publiek aanbiedt. Hierdoor ondermijnt Blomson de positie van Batavus op de markt en profiteert zij bovendien op onaanvaardbare wijze van de kosten en inspanningen die Batavus zich heeft getroost om haar positie in de markt te verwerven, aldus nog steeds Batavus.
3.3. Blomson voert verweer. Op de stellingen van partijen wordt hierna, voor zover van belang, nader ingegaan.
4.1. De stelling van Batavus dat de Personal Bike Delivery in het najaar 2003 voor het eerst aan haar dealers is gepresenteerd als onderdeel van de collectie 2004 is door Blomson niet weersproken.
Voorts staat als onweersproken vast dat de Personal Bike Delivery een variant is op het eerste ontwerp van de Personal Bike van Batavus. In de onderhavige procedure beroept Batavus zich uitsluitend op haar rechten ten aanzien van de Personal Bike Delivery.
4.2. Blomson heeft de stelling van Batavus dat het eerste ontwerp van de Personal Bike dateert uit 1993 weersproken. Uit de overgelegde stukken en de stellingen van partijen blijkt dat de eerste marktintroductie van de Personal Bike door Batavus in 1995 heeft plaatsgevonden. Niet is komen vast te staan dat de Personal Bike eerder dan 1995 is openbaar gemaakt. Gelet op het hiervoor overwogene dient bij de beoordeling van de vraag of sprake is van inbreuk op de auteursrechtelijke bescherming van de Personal Bike Delivery als peildatum 1995 te worden aangehouden.
4.3. Als uitgangspunt geldt dat de algemene gelijkenis, die voorwerpen welke tot eenzelfde gebruik bestemd zijn, uit de aard der zaak vertonen, bij de beoordeling of van een gelijkenis in uiterlijke verschijningsvorm sprake is, niet relevant is. Van inbreuk op de auteursrechten van Batavus is sprake indien elementen van de Personal Bike Delivery zijn overgenomen in het ontwerp van de Montego Mover. Niet reeds het enkele feit dat tussen een werk waarvoor auteursrechtelijke bescherming wordt ingeroepen en een als inbreukmakend bestreden voortbrengsel punten van overeenstemming bestaan wettigt het vermoeden dat het laatste de vrucht is van bewuste of onbewuste ontlening. Daartoe is een mate van overeenstemming vereist die van een zodanige aard en omvang is dat, indien vorenbedoeld vermoeden niet wordt ontzenuwd, geoordeeld moet worden dat van een ongeoorloofde verveelvoudiging in auteursrechtelijke zin sprake is. Bij de beantwoording van de vraag of sprake is van een dergelijke overeenstemming komt het erop aan of het beweerdelijk inbreukmakend werk in zodanige mate de auteursrechtelijk beschermde trekken van het eerdere werk vertoont, dat de totaalindrukken die de beide werken maken te weinig verschillen voor het oordeel dat het eerstbedoelde werk als een zelfstandig werk kan worden aangemerkt.
4.4. De voorzieningenrechter overweegt dat ten aanzien van een groot aantal onderdelen van de Personal Bike Delivery Blomson – onweersproken – heeft aangevoerd dat deze afzonderlijk los op het frame worden geassembleerd en deze onderdelen bovendien niet van Batavus zelf afkomstig zijn. Datzelfde geldt voor de Montego Mover. Blomson heeft in dit verband aangevoerd dat elke consument die een nieuwe fiets koopt zijn eigen specifieke wensen heeft. Dat kan variëren van stuur, zadel, als ook stuur- en zadelpen, maar ook van slot, bagagedrager en snelbinders tot verlichting, bel en fietsenstandaard. In zoverre staat de totaalindruk van een fiets maar in beperkte mate vast en is die totaalindruk ook afhankelijk van wat er bij oplevering wordt afgesproken (de zgn. afmontage). Voor deze stelling heeft de voorzieningenrechter een bevestiging gevonden in de omstandigheid dat op de twee verschillende exemplaren van de Montego Mover die door partijen ten kantore van de rechtbank zijn gedeponeerd een verschillende middenstandaard is gemonteerd. Hierdoor wordt het moeilijk te bepalen welke totaalindruk in de vergelijking moet worden betrokken. Daardoor komt aan het belang van vergelijking van de totaalindruk van de aan de voorzieningenrechter getoonde fietsen minder betekenis toe.
4.5. Voor de beoordeling is van belang eerst vast te stellen welke elementen van de Personal Bike Delivery zijn aan te merken als auteursrechtelijk beschermde trekken en vervolgens vast te stellen welke van die auteursrechtelijk beschermde trekken zijn terug te vinden bij de Montego Mover.
4.6. Volgens Batavus wordt de totaalindruk van de Personal Bike Delivery gevormd door het robuust ogende U-vormig frame met horizontale dikke dwarsbalk in combinatie met de bijzondere maatvoering en een subjectieve selectie van fietsonderdelen. Vast staat dat het frame van de Personal Bike Delivery, net als bij de andere varianten van de Personal Bike, bestaat uit een dikke buis in een U-vorm met iets uit elkaar gebogen rechte poten, met een horizontaal recht verbindingsstuk in de bodem van de U. Het frame van de Montego Mover bestaat uit een gelijke U-vormige dikke buis en heeft een horizontaal verbindingsstuk in de bodem van de U.
4.7. De voorzieningenrechter is van oordeel dat het U-vormig frame niet is aan te merken als een auteursrechtelijk beschermd element van de Personal Bike Delivery.
Blijkens de door Blomson overgelegde producties met afbeeldingen van verschillende fietsen met hetzelfde U-vormig frame werd een dergelijke vorm voor een fietsframe al eerder, zelfs al in een fiets uit 1896, toegepast. Bovendien heeft Batavus zelf onder verwijzing naar een fiets van Sparta aangevoerd dat de toepassing van een monoframe (doorlopende buis) niet nieuw was. Dat de totaalindruk van die Sparta-fietsen afweek van de Personal Bike van Batavus doet niet af aan het oordeel dat het betreffende element op zichzelf niet kan worden aangemerkt als auteursrechtelijk beschermd element. Dat de frames van de Sparta-fietsen massaal afbraken, voor zover die stelling van Batavus al juist zou zijn, brengt daarin eveneens geen verandering.
4.8. Ten aanzien van een dwarsverbinding onderin de U van het frame is de voorzieningenrechter van oordeel dat dit onderdeel niet als auteursrechtelijk beschermd element kan worden aangemerkt. Blijkens de stellingen van Blomson en de overgelegde foto’s van andere fietsen wordt een dwarsverbinding onderin een U-vormig frame vaker toegepast. Bovendien heeft Blomson aangevoerd dat de dwarsverbinding technisch en functioneel bepaald is omdat dit onderdeel het frame de vereiste stevigheid verschaft. Mede gelet op de stellingen van Batavus omtrent het breken van frames bij Sparta-fietsen, heeft Batavus de betwistingen van Blomson onvoldoende weersproken om te kunnen uitsluiten dat sprake is van een functioneel bepaald element.
Wel acht de voorzieningenrechter voorstelbaar dat de wijze waarop de dwarsverbinding is uitgevoerd, namelijk in een rechthoekige vorm met daarin aangebracht een framenummer, hetgeen kenmerkend is voor alle uitvoeringen van de Personal Bike, als oorspronkelijk zou kunnen worden aangemerkt en derhalve voor auteursrechtelijke bescherming in aanmerking zou kunnen komen. De voorzieningenrechter constateert echter dat die elementen juist niet in het ontwerp door Blomson van de Montego Mover zijn terug te vinden. De Montego Mover beschikt immers over een ronde buis als dwarsverbinding, zonder verdere vermelding van cijfers of letters op die dwarsverbinding.
4.9. Het resterende samenstel van de afzonderlijke onderdelen die volgens Batavus bijdragen aan de totaalindruk zijn de dikke/brede uitvoering van de buizen van de fiets, de brede banden met een niet-gangbare wielmaat van 26 inch, de brede handgrepen, het brede achterspatbord, de hoge in zwart uitgevoerde stuurbocht, de dubbele middenstandaard, de open kettingkast, de ring om de crank, het lampje op de linkerzijstang van het voorwiel en de robuust ogende voordrager.
4.10. Wat betreft deze afzonderlijke onderdelen constateert de voorzieningenrechter dat zowel de Personal Bike Delivery als de Montego Mover zijn uitgevoerd met brede banden in dezelfde wielmaat, een dubbele middenstandaard, een open kettingkast, een ring om de crank en een lampje op de linkerzijstang van het voorwiel.
Blomson heeft aangevoerd dat de vormgeving en plaatsing van deze onderdelen zijn bepaald door de functie als transportfiets met een voordrager aan het stuur.
De enkele stelling van Batavus dat een onnoemelijk hoeveelheid variaties in vormgeving en afmetingen van fietsen en fietsonderdelen bij andere transportfietsen zijn aan te treffen, is onvoldoende ter weerlegging daarvan. Ten aanzien van deze onderdelen valt niet uit te sluiten dat ze functioneel bepaald zijn en naar het voorlopig oordeel van de voorzieningenrechter kunnen deze onderdelen niet worden aangemerkt als elementen die voor auteursrechtelijke bescherming in aanmerking komen. Deze onderdelen kunnen geen rol spelen bij vergelijking van de totaalindrukken van de beide fietsen nu bij een dergelijke vergelijking uitsluitend de auteursrechtelijk beschermde trekken een rol spelen.
4.11. Daarnaast heeft Batavus nog als kenmerkende onderdelen genoemd de brede handgrepen aan het stuur, het brede achterspatbord, de hoge stuurbocht en de voordrager. De voorzieningenrechter constateert dat de Montego Mover op die onderdelen afwijkt van de vormgeving van de Personal Bike Delivery. Voor zover die onderdelen al in aanmerking zouden kunnen komen voor auteursrechtelijke bescherming, staat vast dat deze onderdelen niet overeenstemmen. Vergelijking van die onderdelen leidt derhalve niet tot het oordeel dat sprake is van inbreuk.
4.12. Batavus heeft voorts aangevoerd dat door samenvoeging van op zichzelf niet auteursrechtelijk beschermde onderdelen het geheel voor auteursrechtelijke bescherming in aanmerking kan komen. Die stelling is weliswaar juist, maar het enkele kiezen uit en combineren van bestaande gebruikelijke elementen is daartoe onvoldoende. Immers is vereist dat de selectie en combinatie een oorspronkelijk werk oplevert, zodat daaraan en eigen en persoonlijk karakter kan worden gegeven. De combinatie van een aantal fietsonderdelen tot een fiets met een robuuste totaalindruk, leidt op zichzelf nog niet tot een werk in auteursrechtelijke zin.
4.13. Voor zover Batavus zich heeft willen beroepen op bescherming van de robuuste stijl waarin de Personal Bike Delivery is uitgevoerd, kan dat beroep niet slagen, nu de stijl waarin een werk is uitgevoerd niet voor auteursrechtelijke bescherming in aanmerking komt.
Evenmin komt aan het enkele ontwikkelen of inzetten van een nieuwe mode of stijl bescherming krachtens auteursrecht toe. Bovendien heeft Blomson gewezen op andere fietsen, zoals mountainbikes of fietsen van het merk Kronan die ook dikke buizen en een robuust uiterlijk vertonen, welke fietsen reeds op de markt waren ten tijde van het verschijnen van de Personal Bike.
Van belang is voorts of – mede gelet op mode, trend of stijl op het gebied van fietsen – Blomson met haar fiets de Montego Mover voldoende afstand van het product van Batavus heeft genomen en met haar ontwerp op een voldoende eigen wijze uiting heeft gegeven aan de vigerende mode, trend, of stijl van ontwerpen. Gelet op het hiervoor overwogene is de voorzieningenrechter van oordeel dat Blomson bij de Montego Mover voldoende afstand heeft genomen van de Personal Bike Delivery.
4.14. Op grond van het hiervoor overwogene kan dan ook niet geconcludeerd worden dat de Montego Mover een verveelvoudiging is van de Personal Bike Delivery in de zin van artikel 13 Aw. Naar het voorlopig oordeel van de voorzieningenrechter is geen sprake van inbreuk.
4.15. Als uitgangspunt geldt bij de beoordeling van een vordering op grond van slaafse nabootsing dat aangezien het in het algemeen gesproken, aan een ieder moet vrijstaan om zijn industriële producten een zo groot mogelijke deugdelijkheid en bruikbaarheid te geven, het niet is verboden, om te dien einde, ten eigen voordele en mogelijk tot nadeel van een concurrent, van in diens producten geopenbaarde resultaten van inspanning, inzicht of kennis gebruik te maken, zelfs wanneer enkel ten gevolge van dat gebruik maken tussen het eigen product en dat van de concurrent bij het publiek verwarring mocht kunnen ontstaan. De bescherming tegen slaafse nabootsing bestaat uit een verbod verwarring te stichten door na te bootsen op punten waar dat voor de deugdelijkheid en bruikbaarheid van het product niet nodig is. Bij de beoordeling is derhalve van belang of sprake is van het nodeloos veroorzaken van verwarringsgevaar. De stelplicht en de bewijslast omtrent de mogelijkheid tot het inslaan van een andere weg berust bij degene die bescherming inroept.
4.16. Gelet op het hiervoor overwogene in het kader van de auteursrechtelijke bescherming kan Batavus niet worden gevolgd in haar stelling dat Blomson nodeloos verwarringsgevaar creëert doordat zij zonder aan de deugdelijkheid en bruikbaarheid afbreuk te doen bij het ontwerp van de Montego Mover een andere weg had kunnen inslaan. Blomson heeft immers, anders dan Batavus stelt, andere keuzes gemaakt bij de Montego Mover door op onderdelen de fiets anders vorm te geven en uit te voeren.
4.17. Nog afgezien daarvan, is niet komen vast te staan dat Blomson verwarring sticht. Voor die vaststelling dient te worden uitgegaan van het gemiddelde publiek en is relevant dat het publiek beide producten meestal niet naast elkaar ziet. De voorzieningenrechter is van oordeel dat de door Batavus overgelegde uitdraai van twee websites waarop de Montego Mover wordt aangeboden met als bijschrift Alternatief voor de batavus personal bike of de Gazelle MPB en Montego Mover, alternatief voor Personal Bike niet tot de conclusie kan leiden dat sprake is van verwarring bij het gemiddelde publiek. De stelling dat Batavus-dealers geconfronteerd worden met publiek dat het verschil niet ziet, is, zonder nadere onderbouwing, die ontbreekt, onvoldoende bepaald. Batavus heeft haar stellingen dienaangaande onvoldoende onderbouwd.
4.18. Op grond van het hiervoor overwogene is naar het voorlopig oordeel van de voorzieningenrechter geen sprake van slaafse nabootsing.
4.19. Tot uitgangspunt heeft te gelden dat het voortbouwen op de prestaties van anderen in het algemeen geoorloofd is, en op zichzelf niet onrechtmatig is, ook niet als daardoor nadeel wordt toegebracht aan die anderen. Het is weliswaar niet uitgesloten dat bijkomende omstandigheden een dergelijk profiteren onrechtmatig maken, doch bij het aannemen daarvan dient terughoudendheid te worden betracht.
De enkele stelling dat Blomson haar fiets tegen een veel lagere prijs aanbiedt, is daartoe onvoldoende. Batavus heeft haar stelling dat Blomson onrechtmatig handelt omdat de Personal Bike Delivery een eigen plaats inneemt op de markt van fietsen onvoldoende onderbouwd. Op grond hiervan kan niet worden geconcludeerd dat Blomson onrechtmatig handelt.
4.20. Gelet op al het hiervoor overwogene concludeert de voorzieningenrechter dat zowel de auteursrechtelijke grondslag als de grondslag van de slaafse nabootsing en onrechtmatige daad anderszins niet kunnen leiden tot toewijzing van de vorderingen. De gevraagde voorzieningen zullen worden geweigerd.
4.21. Blomson heeft op basis van artikel 1019h van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering (hierna: Rv) de werkelijk gemaakte kosten gevorderd. Nu de vordering van Batavus primair is gegrond op inbreuk op auteursrechten, de overgelegde specificatie niet onredelijk voorkomt en ook overigens niet is bestreden, zal Batavus als de in het ongelijk gestelde partij in de proceskosten, zijnde de werkelijk gemaakte kosten zoals door de raadsman van Blomson gespecificeerd overgelegd, voor een bedrag van EUR 11.211,67 worden veroordeeld.
5.1. weigert de voorzieningen,
5.2. veroordeelt Batavus in de proceskosten, aan de zijde van Blomson tot op heden begroot op EUR 11.211,67,
5.3. verklaart dit vonnis wat betreft de kostenveroordeling uitvoerbaar bij voorraad.
Dit vonnis is gewezen door mr. A.J. van der Meer en in het openbaar uitgesproken op 24 november 2008.