ECLI:NL:RBHAA:2008:BD3035

Rechtbank Haarlem

Datum uitspraak
3 juni 2008
Publicatiedatum
5 april 2013
Zaaknummer
146079
Instantie
Rechtbank Haarlem
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht; Insolventierecht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Afwijzing verzoek tot dwangakkoord in WSNP-zaak met Orange Nederland N.V.

In deze zaak heeft de rechtbank Haarlem op 3 juni 2008 uitspraak gedaan in een verzoekschriftprocedure onder de Wet schuldsanering natuurlijke personen (WSNP). Verzoekster, wonende te Heemskerk, heeft de rechtbank verzocht om Orange Nederland N.V. te bevelen in te stemmen met een door haar aangeboden schuldregeling. Deze schuldregeling was het resultaat van een aanbod van de gemeente Heemskerk, waarbij een saneringskrediet van € 1.700,00 werd verstrekt aan verzoekster, met uitkeringen aan de schuldeisers van respectievelijk 39,09% en 19,55% tegen finale kwijting van hun vorderingen.

Tijdens de zitting op 27 mei 2008 is verzoekster gehoord, terwijl Orange niet ter zitting verscheen. Verzoekster had een totale schuld van € 7.486,22 aan vijf schuldeisers, waarvan de vordering van Orange € 2.644,40 bedroeg. Verzoekster ontving een bijstandsuitkering en had al een aantal schuldeisers bereid gevonden om in te stemmen met de schuldregeling, maar Orange weigerde dit.

De rechtbank heeft beoordeeld of het verzoek tot het vaststellen van een dwangakkoord kon worden toegewezen. Volgens de Memorie van Toelichting bij artikel 287a van de Faillissementswet kan een verzoek alleen worden toegewezen als de crediteuren in een gedwongen regeling een hogere of snellere aflossing kunnen verwachten dan in een wettelijk traject. De rechtbank concludeerde dat verzoekster, ondanks haar verslavingsproblematiek, een reële kans had om in de nabije toekomst arbeid te verrichten en daarmee afloscapaciteit te creëren. Gezien deze omstandigheden kon niet worden geoordeeld dat Orange in redelijkheid niet tot weigering van instemming met de schuldregeling had kunnen komen.

Daarom heeft de rechtbank het verzoek van verzoekster om Orange te bevelen in te stemmen met de schuldregeling afgewezen. De beslissing werd openbaar uitgesproken door de rechters M.A.C. Hofman, A.J. Wolfs en W.S.J. Thijs.

Uitspraak

vonnis
RECHTBANK HAARLEM
Sector civiel recht
zaaknummer: 146079
Vonnis van de meervoudige kamer voor burgerlijke zaken d.d. 3 juni 2008
in de zaak van
[Verzoekster]
wonende te [adres + woonplaats],
verzoekster,
tegen
Orange Nederland N.V.
te Den Haag,
verweerster.
Partijen zullen hierna [verzoekster] en Orange genoemd worden.
1. De procedure
1.1. [verzoekster] heeft bij het op 9 mei 2008 ter griffie binnengekomen verzoekschrift de rechtbank verzocht Orange te bevelen in te stemmen met een door haar aangeboden schuldregeling als bedoeld in artikel 287a Faillissementswet (Fw).
1.2. Ter terechtzitting van 27 mei 2008 is [verzoekster] hierover gehoord. Ondanks behoorlijke oproeping is Orange niet ter zitting verschenen.
2. De feiten
De rechtbank gaat uit van de volgende feiten.
2.1. [verzoekster] heeft een totale schuld van € 7.486,22 aan vijf schuldeisers.
2.2. De vordering van Orange op [verzoekster] bedraagt € 2.644,40.
2.3. [verzoekster] ontvangt een bijstandsuitkering van de gemeente Heemskerk.
2.4. De gemeente Heemskerk heeft namens [verzoekster] de schuldeisers op of omstreeks 1 februari 2008 een schuldregeling aangeboden, inhoudende – samengevat – dat de kredietbank Noord-West te Alkmaar aan [verzoekster] een saneringskrediet van
€ 1.700,00 verstrekt, waaruit aan de preferente en concurrente schuldeisers een uitkering wordt gedaan van respectievelijk 39,09 % en 19,55 % tegen finale kwijting van het restant van hun vorderingen.
2.5. De aangeboden schuldregeling is door vier schuldeisers aanvaard; alleen Orange is daarmee niet akkoord gegaan.
3. De beoordeling van het verzoek tot het vaststellen van een dwangakkoord
3.1. Het verzoek zal slechts kunnen worden toegewezen als Orange in redelijkheid niet tot weigering van instemming met de schuldregeling heeft kunnen komen. Blijkens de Memorie van Toelichting bij artikel 287a Fw kan daarvan pas sprake zijn als duidelijk is dat de crediteuren in een gedwongen schuldregeling een hogere dan wel snellere aflossing krijgen dan in een wettelijk traject te verwachten is.
3.2. Ter zitting is gebleken dat [verzoekster] een intensieve behandeling heeft ondergaan om van haar verslaving af te komen. Hoewel nog verdere therapie noodzakelijk is en zij thans nog door de gemeente is vrijgesteld van de sollicitatieplicht, wordt binnenkort gericht onderzocht welke mogelijkheden voor haar zijn op de arbeidsmarkt. De begeleidster van [verzoekster] schat die mogelijkheden positief in.
3.3. Gelet op het voorgaande is niet aannemelijk geworden dat [verzoekster] niet in staat is in de nabije toekomst arbeid te verrichten. Er is daarom een reeële kans dat [verzoekster] afloscapaciteit zal verwerven, waardoor er, al dan niet in een wettelijke schuldsaneringsregeling, uitzicht is op een hogere aflossing op haar schuld aan Orange dan nu is aangeboden. Onder die omstandigheden kan niet worden geoordeeld dat Orange in redelijkheid niet tot weigering van instemming met de schuldregeling heeft kunnen komen. Daarbij wordt in aanmerking genomen dat de vordering van Orange ruim eenderde deel uitmaakt van de totale schuldenlast van [verzoekster]. Het verzoek om Orange te bevelen in te stemmen met de schuldregeling zal daarom worden afgewezen.
4. De beslissing
De rechtbank:
- wijst het verzoek af;
Dit vonnis is gewezen door mrs. M.A.C. Hofman, A.J. Wolfs en W.S.J. Thijs en in het openbaar uitgesproken op 3 juni 2008.