zaaknummer / rolnummer: 143777 / KG ZA 08-103
Vonnis in kort geding van 26 maart 2008
de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
[eiseres B.V.],
gevestigd te Amstelveen,
eiseres,
procureur mr. F.W. Huizinga,
advocaat mr. B. Meijer te Uithoorn,
DE PERSONEN DIE VERBLIJVEN IN DE ONROERENDE ZAAK, WESTZIJDE 43 EN 43B 1E EN 2E VERDIEPING, 1506 EB TE ZAANDAM, GEMEENTE ZAANSTAD,
gedaagden,
van wie in persoon zijn verschenen [gedaagde 1] en [gedaagde 2] , bijgestaan door de
advocaat mr. E.Th. Hummels te Zeist,
1. De procedure
1.1. Het verloop van de procedure blijkt uit:
- de dagvaarding
- de mondelinge behandeling
- de verstekverlening tegen de niet verschenen gedaagden waarvan de identiteit niet kon worden vastgesteld.
- de pleitnota van de advocaat van de verschenen gedaagden.
1.2. Ten slotte is vonnis bepaald.
1.3. Wat betreft de vordering en de daaraan ten grondslag gelegde stellingen wordt verwezen naar de dagvaarding, die in afschrift aan dit vonnis is gehecht.
2. De feiten
2.1. Eiseres is eigenaar van de onroerende zaak aan de Westzijde 43 en 43B 1e en 2e verdieping, 1506 EB te Zaandam, gemeente Zaanstad (hierna: het pand). Gedaagden hebben omstreeks het einde van de maand januari/het begin van de maand februari 2008 zonder toestemming van eiseres in gebruik genomen en verblijven daar sedertdien.
2.2. Eiseres heeft bij brief van 20 februari 2008 gedaagden gesommeerd het gebruik van het pand te beëindigen. Gedaagden hebben daaraan geen gehoor gegeven.
3. Het geschil
3.1. Eiseres vordert - zakelijk weergegeven - dat de voorzieningenrechter:
gedaagden zal veroordelen het pand binnen twee dagen na betekening van dit vonnis geheel leeg en ontruimd ter beschikking van eiseres te stellen en met alle daarin aanwezige personen te ontruimen, met machtiging op eiseres om, indien gedaagden na verloop van 2 dagen na betekening van dit vonnis met die ontruiming in gebreke blijven, deze zelf te doen uitvoeren, desnoods met behulp van de sterke arm van justitie en politie,
zal bepalen dat dit vonnis tot een jaar na de dag van de uitspraak ervan, dan wel gedurende een zodanige termijn als de voorzieningenrechter in goede justitie zal vermenen te behoren, ten uitvoer kan worden gelegd tegen een ieder die ten tijde van de uitvoerlegging zich daar bevindt of daar binnentreedt en telkens wanneer zich dat voordoet,
met veroordeling van gedaagden in de kosten van de procedure.
4. De beoordeling
Ten aanzien van de niet verschenen gedaagden.
4.1. De door de wet voorgeschreven termijnen en formaliteiten zijn jegens de niet verschenen gedaagden in acht genomen, zodat tegen hen verstek is verleend.
Ten aanzien van de verschenen gedaagden.
4.2. Door de verschenen gedaagden is niet betwist dat zij zonder toestemming van eiseres het pand in bezit hebben genomen. Daarmee staat vast dat gedaagden deze zonder recht of titel in gebruik hebben en mitsdien onrechtmatig jegens eiseres handelen.
4.3. De verschenen gedaagden hebben gesteld dat een spoedeisend belang van eiseres bij de gevorderde ontruiming ontbreekt, nu er voor de gestelde door haar voorgenomen verbouwing van het pand in appartementen nog geen bouw- en sloopvergunning is verleend, terwijl evenmin de voorgeschreven asbestinventarisatie heeft plaatsgevonden.
4.4. Eiseres heeft onbetwist aangevoerd dat die sloopvergunning niet nodig is nu het pand door de vorige eigenaar reeds nagenoeg gestript is. Voorts is onbetwist dat op korte termijn een asbestinventarisatie kan plaatsvinden en dat eveneens op korte termijn verwijdering van het daarbij eventueel aangetroffen asbest kan plaatsvinden. Door eiseres is erkend dat er nog geen bouwvergunning is verleend. Zij stelt echter dat door de door haar gecontracteerde aannemer [Z] - die meteen aan het werk kan -, in afwachting van de te verwachten afgifte door de gemeente van de bouwvergunning, reeds met de niet vergunningsplichtige werkzaamheden in het pand kan worden begonnen. Gedaagden hebben dit niet betwist.
4.5. Eiseres heeft naar het oordeel van de voorzieningenrechter genoegzaam aannemelijk gemaakt dat zij een spoedeisend belang heeft bij haar vordering. Eiseres heeft met aannemer [Z] afspraken gemaakt omtrent de uitvoering van werkzaamheden in het pand. Zolang gedaagden zich in het pand bevinden kan geen aanvang met deze voorbereidende, niet vergunningsplichtige, werkzaamheden worden gemaakt.
4.6. In de gegeven omstandigheden wordt naar het oordeel van de voorzieningenrechter voldoende aan de belangen van de gedaagden tegemoet gekomen indien de ontruiming van het pand wordt gelast binnen 14 dagen na betekening van dit vonnis.
4.7. De voorzieningenrechter acht het onverenigbaar met het belang dat eiseres bij de gevorderde ontruiming heeft om toepassing te geven aan het bepaalde in artikel 557a lid 2 van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering (Rv). De voorzieningenrechter ontleent dit oordeel aan het feit dat gedaagden geen beroep hebben gedaan op genoemde bepaling en voorts aan het hiervoor vastgestelde spoedeisend belang.
4.8. De vordering om het vonnis ten uitvoer te mogen leggen gedurende een jaar na de datum van uitspraak is, nu gedaagden geen belang hebben bij afwijzing daarvan, eveneens voor toewijzing vatbaar.
4.9. De gevorderde machtiging om de ontruiming zo nodig zelf te doen uitvoeren met behulp van de sterke arm van justitie zal worden afgewezen, omdat zij ingevolge art. 556 lid 1 en art. 557 Rv overbodig is.
4.10. Gedaagden zullen als de in het ongelijk gestelde partij in de proceskosten worden veroordeeld. De kosten aan de zijde van eiseres worden begroot op:
- dagvaarding EUR 71,80
- vast recht 254,00
- salaris procureur 816,00
Totaal EUR 1141,80
5. De beslissing
De voorzieningenrechter
5.1. veroordeelt gedaagden om binnen 14 dagen na de betekening van dit vonnis het pand aan de Westzijde nummer 43 en 43B, 1e en 2e verdieping, 1506 EB te Zaandam geheel leeg en ontruimd ter beschikking van eiseres te stellen en met alle daarin aanwezige personen te ontruimen,
5.2. bepaalt dat deze veroordeling binnen de in art. 557a lid 3 Rv genoemde termijn van een jaar ook ten uitvoer zal kunnen worden gelegd tegen een ieder die zich ten tijde van de tenuitvoerlegging daar bevindt of daar binnentreedt en telkens wanneer dat zich voordoet,
5.3. veroordeelt gedaagden in de proceskosten, aan de zijde van eiseres tot op heden begroot op EUR 1141,80,
5.4. verklaart dit vonnis tot zover uitvoerbaar bij voorraad,
5.5. wijst het meer of anders gevorderde af.
Dit vonnis is gewezen door mr. A.J. van der Meer en in het openbaar uitgesproken op 26 maart 2008.?