ECLI:NL:RBHAA:2007:BB3510
Rechtbank Haarlem
- Eerste aanleg - meervoudig
- J. van Santen
- M. Milius
- P. de Vries
- Rechtspraak.nl
Verlenging van de terbeschikkingstelling van een terbeschikkinggestelde met ernstige persoonlijkheidsstoornis
Op 27 april 2007 is een vordering ingediend door de officier van justitie tot verlenging van de terbeschikkingstelling van de terbeschikkinggestelde, die sinds 23 mei 2001 onder voorwaarden ter beschikking was gesteld. De termijn van de terbeschikkingstelling begon op 6 juni 2001 en werd eerder omgezet in een terbeschikkingstelling met bevel tot verpleging van overheidswege. De laatste verlenging vond plaats op 3 juni 2005. Een advies van drs. A.W.T.M. Vissers, klinisch psycholoog, adviseerde verlenging van de terbeschikkingstelling met twee jaar, wat werd ondersteund door andere deskundigen, waaronder A.D. Wallace en J.M.J.F. Offermans.
De vordering werd op 31 mei 2007 in het openbaar behandeld, waarbij de terbeschikkinggestelde, zijn raadsvrouw en deskundigen werden gehoord. De deskundige Wallace concludeerde dat er bij de terbeschikkinggestelde nog steeds ernstige persoonlijkheidspathologie aanwezig is, met antisociale, narcistische en paranoïde trekken. Dit leidt tot een verhoogd risico op agressief gedrag en een grote kans op herhaling van delicten. Offermans bevestigde dat de problematiek van de terbeschikkinggestelde nauwelijks veranderd is en dat het recidiverisico hoog blijft.
De rechtbank oordeelde dat de veiligheid van anderen eist dat de terbeschikkingstelling wordt verlengd. De beslissing werd genomen op basis van de adviezen van de deskundigen en de ernst van de persoonlijkheidsstoornis van de terbeschikkinggestelde. De rechtbank verlengde de termijn van de terbeschikkingstelling en verpleging met twee jaar, rekening houdend met de artikelen van het Wetboek van Strafrecht en het Wetboek van Strafvordering die van toepassing zijn.