ECLI:NL:RBHAA:2007:BA7128
Rechtbank Haarlem
- Eerste aanleg - meervoudig
- M. Hijink
- A. Brouwer
- J. van den Bos
- Rechtspraak.nl
Invoer van cocaïne door een koerier met vrijspraak voor medeplegen
In deze strafzaak heeft de Rechtbank Haarlem op 1 maart 2007 uitspraak gedaan in de zaak tegen een verdachte die beschuldigd werd van het opzettelijk invoeren van cocaïne in Nederland. De verdachte, die in Belem, Brazilië, werd benaderd door een man genaamd Francisco, verklaarde dat zij medicijnen moest meenemen naar Nederland voor een ernstig ziek persoon. In ruil voor het vervoeren van deze 'medicijnen' zou zij € 5.000 ontvangen. Tijdens de rechtszitting kon de verdachte echter niet uitleggen om wat voor soort medicijnen het ging en waarom deze niet in Nederland verkrijgbaar zouden zijn. De rechtbank oordeelde dat het algemeen bekend is dat cocaïne vanuit Brazilië wordt gesmokkeld in zogenaamde slikkersbollen. De rechtbank vond de verklaring van de verdachte ongeloofwaardig en concludeerde dat zij opzettelijk cocaïne in Nederland had ingevoerd.
De rechtbank heeft vastgesteld dat de dagvaarding geldig was en dat het openbaar ministerie ontvankelijk was in zijn vervolging. De rechtbank sprak de verdachte vrij van het medeplegen van de smokkel, omdat er onvoldoende bewijs was dat zij samen met een medeverdachte handelde. De rechtbank achtte het wel wettig en overtuigend bewezen dat de verdachte opzettelijk cocaïne had ingevoerd, wat resulteerde in een gevangenisstraf van zeven maanden. De rechtbank heeft ook de verbeurdverklaring van verschillende in beslag genomen voorwerpen, waaronder geld en een vliegticket, uitgesproken. De uitspraak is gedaan door een meervoudige kamer, bestaande uit drie rechters, en is openbaar uitgesproken op de zitting.