ECLI:NL:RBHAA:2007:BA1409
Rechtbank Haarlem
- Raadkamer
- M. Goossens
- Rechtspraak.nl
Vernietiging van DNA-materiaal afgenomen van veroordeelde op basis van procedurele fouten
Op 22 maart 2007 heeft de Rechtbank Haarlem uitspraak gedaan in een zaak betreffende de afname van DNA-materiaal van een veroordeelde. Het bezwaarschrift, ingediend door mr. E.M. Devis op 8 februari 2007, betrof de procedurele juistheid van de afname van het celmateriaal. De rechtbank heeft vastgesteld dat de afname niet heeft plaatsgevonden volgens de vereisten van artikel 3 van het Besluit DNA-onderzoek in strafzaken. De veroordeelde had geen bezwaar gemaakt tegen de afname door een niet-medisch persoon, maar de rechtbank oordeelde dat de afname door de badmeester niet voldeed aan de wettelijke eisen, omdat deze niet als bevoegd persoon was aangewezen door de directeur van de Penitentiaire Inrichting.
De rechtbank heeft de argumenten van de veroordeelde overwogen, waaronder het feit dat het bevel tot afname niet door de zaaksofficier van justitie was gegeven en dat de veroordeelde een blanco strafblad had. De rechtbank concludeerde dat het bevel tot afname van DNA-materiaal niet rechtsgeldig was, omdat de procedure niet correct was gevolgd. De rechtbank heeft daarom het bezwaarschrift gegrond verklaard en bevolen dat het afgenomen celmateriaal en het verslag van het DNA-onderzoek vernietigd moesten worden.
Deze uitspraak benadrukt het belang van het volgen van de juiste procedures bij het afnemen van DNA-materiaal en de bescherming van de rechten van veroordeelden. De rechtbank heeft hiermee een precedent geschapen voor toekomstige zaken waarin de procedurele juistheid van DNA-afnames ter discussie staat.