ECLI:NL:RBHAA:2007:AZ8091
Rechtbank Haarlem
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Onredelijk bezwarend beding en annulering van aannemingsovereenkomst
In deze zaak heeft de kantonrechter van de Rechtbank Haarlem op 7 februari 2007 uitspraak gedaan in een geschil tussen de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid Keurkozijn B.V. en een gedaagde partij. De eiser, Keurkozijn, had de gedaagde gedagvaard wegens de annulering van een aannemingsovereenkomst voor de levering van kunststof kozijnen. De vordering van Keurkozijn betrof een annuleringsvergoeding van 20% van de aanneemsom, die volgens de algemene voorwaarden verschuldigd was bij annulering voordat de maatopname had plaatsgevonden. De gedaagde verweerde zich tegen de vordering door te stellen dat er geen overeenkomst tot stand was gekomen en dat het annuleringsbeding onredelijk bezwarend was in de zin van artikel 6:237 sub i BW.
De kantonrechter oordeelde dat de gedaagde terecht een beroep deed op de vernietigbaarheid van het annuleringsbeding. De rechter overwoog dat er nog geen begin was gemaakt met de uitvoering van de werkzaamheden en dat de eiser niet voldoende had onderbouwd dat de annuleringsvergoeding van 20% een redelijke schadevergoeding was. De kantonrechter wees de vordering van Keurkozijn af, omdat deze geen valide rechtsgrond had, en veroordeelde Keurkozijn tot betaling van de proceskosten aan de gedaagde.
De uitspraak benadrukt de bescherming van consumenten tegen onredelijk bezwarende bedingen in overeenkomsten en de noodzaak voor aanbieders om hun vorderingen goed te onderbouwen. Dit vonnis is een belangrijke uitspraak in het kader van het civiele recht en de toepassing van de regels omtrent onredelijk bezwarende bedingen.