ECLI:NL:RBHAA:2006:AZ3978
Rechtbank Haarlem
- Eerste aanleg - meervoudig
- J. Verpalen
- M. Greuter
- A. Donders
- Rechtspraak.nl
Poging doodslag in discotheek met mes
In deze zaak heeft de Rechtbank Haarlem op 23 november 2006 uitspraak gedaan in een strafzaak tegen een verdachte die op 20 mei 2006 in de discotheek 'Challenge' in Hoofddorp betrokken was bij een gewelddadig voorval. De verdachte kreeg rond sluitingstijd ruzie met een andere bezoeker, waarna hij door het veiligheidspersoneel van de discotheek werd verwijderd. Toen het latere slachtoffer, aangeduid als [slachtoffer 1], de verdachte aansprak over het incident, ontstond er een vechtpartij waarbij beide partijen vuistslagen uitdeelden. Tijdens deze vechtpartij trok de verdachte een mes en stak hij [slachtoffer 1] meerdere keren in de hals en de rug, wat leidde tot ernstige verwondingen. Het slachtoffer liep een steekwond op in de halsstreek, evenals een steekwond aan de linkerzijde van zijn rug en een oppervlakkige messteek in zijn rug. Dankzij de ingreep van omstanders kon erger worden voorkomen.
De rechtbank oordeelde dat de gedragingen van de verdachte, gezien de ernst van het geweld en de gevolgen voor het slachtoffer, een vrijheidsbenemende straf rechtvaardigen. De rechtbank heeft vastgesteld dat de dagvaarding geldig was en dat het openbaar ministerie ontvankelijk was in zijn vervolging. De verdachte werd vrijgesproken van een aantal tenlasteleggingen, maar het feit dat hij [slachtoffer 1] heeft gestoken werd bewezen verklaard. De rechtbank oordeelde dat de verdachte niet met voorbedachten rade handelde, maar dat zijn daden wel als poging tot doodslag gekwalificeerd moesten worden.
De officier van justitie had een gevangenisstraf van 42 maanden geëist, maar de rechtbank legde uiteindelijk een gevangenisstraf van 36 maanden op, met aftrek van de tijd die de verdachte in voorarrest had doorgebracht. De benadeelde partij [slachtoffer 2] werd niet-ontvankelijk verklaard in zijn vordering tot schadevergoeding, omdat de verdachte van het feit waarvoor deze vordering was ingediend, werd vrijgesproken.