ECLI:NL:RBHAA:2006:AZ1224
Rechtbank Haarlem
- Eerste aanleg - meervoudig
- A. Aardenburg
- M. Honig
- J. Hol
- Rechtspraak.nl
Uitvoer van MDMA vanuit Nederland
In deze zaak heeft de Rechtbank Haarlem op 29 juni 2006 uitspraak gedaan in een strafzaak tegen een verdachte die zich schuldig heeft gemaakt aan de uitvoer van een grote hoeveelheid MDMA, een stof die schadelijk is voor de gezondheid. De verdachte, geboren op een onbekende datum en zonder bekende woon- of verblijfplaats, werd beschuldigd van het opzettelijk buiten het grondgebied van Nederland brengen van ongeveer 1569 gram MDMA op 8 maart 2006 te Schiphol, gemeente Haarlemmermeer. De rechtbank heeft vastgesteld dat de dagvaarding geldig was en dat zij bevoegd was om de zaak te behandelen. Het openbaar ministerie was ontvankelijk in zijn vervolging en er waren geen redenen voor schorsing van de vervolging.
De rechtbank achtte wettig en overtuigend bewezen dat de verdachte het tenlastegelegde feit had begaan. De uitvoer van MDMA is een ernstige overtreding van de Opiumwet, die de productie en handel in deze schadelijke stof verbiedt. De rechtbank heeft in haar overwegingen de aard en ernst van het feit, de omstandigheden waaronder het is begaan, en de persoonlijke omstandigheden van de verdachte in aanmerking genomen. De officier van justitie had een gevangenisstraf van dertien maanden geëist, maar de rechtbank besloot tot een gevangenisstraf van twaalf maanden, met aftrek van de tijd die de verdachte in voorlopige hechtenis had doorgebracht.
Daarnaast heeft de rechtbank beslist dat alle in beslag genomen voorwerpen, met uitzondering van een telefoontoestel, verbeurd verklaard moesten worden. Dit omvatte onder andere geldbedragen en bagagegerelateerde items die in verband stonden met de drugstransport. De rechtbank heeft de toepasselijke wettelijke voorschriften, waaronder artikelen van de Opiumwet en het Wetboek van Strafrecht, in haar beslissing meegenomen. Het vonnis werd uitgesproken door een meervoudige strafkamer, en de uitspraak is openbaar gedaan.