ECLI:NL:RBHAA:2006:AY6187

Rechtbank Haarlem

Datum uitspraak
14 maart 2006
Publicatiedatum
5 april 2013
Zaaknummer
117204/2005-3091
Instantie
Rechtbank Haarlem
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht; Personen- en familierecht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Gegrondverklaring ontkenning vaderschap minderjarige na echtscheiding

In deze zaak heeft de vrouw verzocht om gegrondverklaring van de ontkenning van het vaderschap van de man met betrekking tot hun minderjarige kind. De vrouw heeft aangevoerd dat de man niet de biologische vader is van het kind, en dat zij sinds eind 2003 gescheiden van hem leeft. De biologische vader van de minderjarige is de heer [naam man2], met wie de vrouw inmiddels samenleeft. De man heeft geen verweer gevoerd tegen het verzoek en is niet verschenen op de zitting.

De rechtbank heeft vastgesteld dat het verzoek van de vrouw tijdig is ingediend, conform artikel 1:200 lid 5 van het Burgerlijk Wetboek. De bijzonder curator heeft in een brief aangegeven dat hij van mening is dat het verzoek voor toewijzing vatbaar is. Aangezien het verzoek van de vrouw onweersproken is en er geen aanwijzingen zijn dat het verzoek onrechtmatig is, heeft de rechtbank besloten het verzoek toe te wijzen.

De rechtbank heeft in haar beschikking van 14 maart 2006 geoordeeld dat de ontkenning van het vaderschap gegrond is. Dit betekent dat de man niet langer als vader van de minderjarige wordt erkend, wat juridische gevolgen heeft voor de familierechtelijke relatie tussen de man en het kind. De beschikking is openbaar uitgesproken in aanwezigheid van de griffier, I. Rijs.

Uitspraak

RECHTBANK HAARLEM
Sector Familie- en Jeugdrecht
ontkenning vaderschap
zaak-/rekestnr.: 117204/2005-3091
beschikking van de enkelvoudige kamer voor familiezaken d.d. 14 maart 2006
in de zaak van:
[naam vrouw],
wonende te [woonplaats],
hierna mede te noemen: de vrouw,
procureur: mr. R.F. Meijer,
--tegen--
[naam man],
wonende te [woonplaats],
hierna mede te noemen: de man.
1 Verloop van de procedure
1.1 Voor het verloop van de procedure verwijst de rechtbank naar de volgende stukken:
- het op [datum] ter griffie van deze rechtbank ingekomen verzoekschrift van de vrouw met bijlagen;
- de conclusie van [datum] van de Officier van Justitie;
- de brief van [datum] van de bijzonder curator, mr. L. Laus;
en het verhandelde ter terechtzitting op [datum] in aanwezigheid van de vrouw, bijgestaan door haar raadsman.
2 De vaststaande feiten
Uit de stukken en het verhandelde ter terechtzitting is het volgende gebleken:
2.1 Partijen zijn ]in] 1998 gehuwd. Bij beschikking van deze rechtbank [in] 2005 is de echtscheiding uitgesproken.
2.2 Uit het huwelijk van partijen is geboren de minderjarige [achternaam]:
- [naam minderjarige], geboren [in] te woonplaats].
2.3 Bij beschikking van deze rechtbank van [datum] is mr. L. Laus, advocaat te Haarlem, tot bijzonder curator over de minderjarige benoemd.
3 Het verzoek en de grondslag daarvan
3.1 Het verzoek van de vrouw strekt tot gegrondverklaring van de ontkenning van het door huwelijk ontstane vaderschap van voornoemde minderjarige.
3.2 De vrouw heeft haar verzoek gebaseerd op de stelling dat de man niet de biologische vader van het kind is.
Zij voert daartoe aan dat zij en de man sinds eind 2003 gescheiden van elkaar leven en zij al geruime tijd samenleeft met de heer [naam man2]. De heer [naamman2] is de biologische vader van de minderjarige.
4 Het verweer
De man heeft geen verweer gevoerd tegen het verzoek. Hij is, hoewel behoorlijk opgeroepen, niet ter terechtzitting van [datum] verschenen.
5 Beoordeling van het verzoek
Het verzoek van de vrouw is binnen de termijn van artikel 1:200 lid 5 van het Burgerlijk Wetboek ingediend.
5.2 De bijzonder curator heeft bij voormelde brief te kennen gegeven dat hij als bijzonder curator van mening is dat het verzoek van de vrouw voor toewijzing vatbaar is.
5.3 Gelet op het vorenstaande kan het verzoek van de vrouw als onweersproken worden toegewezen, nu ook voor het overige niet is gebleken dat het verzoek onrechtmatig is.
6 Beslissing
De rechtbank:
6.1 Verklaart gegrond de ontkenning van het door huwelijk ontstane vaderschap met betrekking tot de minderjarige [achternaam]:
- [naam minderjarige], geboren [in] 2005 te [plaats].
Deze beschikking is gegeven door mr. F.G. Hijink en in het openbaar uitgesproken ter terechtzitting van 14 maart 2006, in tegenwoordigheid van I. Rijs als griffier.