ECLI:NL:RBHAA:2006:AY0412

Rechtbank Haarlem

Datum uitspraak
5 juli 2006
Publicatiedatum
5 april 2013
Zaaknummer
110270 - HA ZA 05-276
Instantie
Rechtbank Haarlem
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Eerste aanleg - meervoudig
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Vonnis inzake vereenzelviging van Megapool B.V. en Megapool Franchise B.V. in faillissementszaak

In deze zaak, uitgesproken op 5 juli 2006 door de Rechtbank Haarlem, gaat het om een vordering van de curatoren van Megapool B.V. tegen Kartay Heemskerk B.V. in het kader van een faillissement. De curatoren vorderen betaling van een bedrag van EUR 96.071,06, vermeerderd met wettelijke rente, voor geleverde goederen en diensten. Kartay heeft zich verweerd met een beroep op verrekening en ongerechtvaardigde verrijking, stellende dat Megapool B.V. en Megapool Franchise B.V. vereenzelvigd moeten worden. De rechtbank oordeelt dat er geen sprake is van vereenzelviging tussen de twee vennootschappen, aangezien zij zelfstandige entiteiten zijn en de omstandigheden niet uitzonderlijk genoeg zijn om vereenzelviging te rechtvaardigen. De rechtbank wijst de vorderingen van Kartay af en kent de vordering van de curatoren toe. De kosten van de procedure worden aan Kartay opgelegd, zowel in conventie als in reconventie.

Uitspraak

vonnis
RECHTBANK HAARLEM
Sector civiel recht
zaaknummer / rolnummer: 110270 / HA ZA 05-276
Vonnis van 5 juli 2006
in de zaak van
mr. Hylke Carst BRANDSMA en mr. Adalbertus Petrus Johannes Maria DE BRUYN QQ, in hun hoedanigheid van curatoren in het faillissement van de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid MEGAPOOL B.V.,
gevestigd te Apeldoorn, kantoorhoudende te Zutphen,
eisers in conventie,
verweerders in reconventie,
procureur mr. H.K. Garvelink,
advocaat mr. H. Krans te Zutphen,
tegen
de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
KARTAY HEEMSKERK B.V.,
gevestigd te Heemskerk,
gedaagde in conventie,
eiseres in reconventie,
procureur mr. W.M.U. van der Blom,
advocaat mr. D.L. van Dam te Rotterdam.
Partijen zullen hierna de curatoren en Kartay genoemd worden.
1. De procedure
1.1. Het verloop van de procedure blijkt uit:
- het tussenvonnis van 30 november 2005
- het proces-verbaal van comparitie van 8 februari 2006 met de daarin genoemde stukken.
1.2. Ten slotte is vonnis bepaald.
2. De feiten
2.1. Bij vonnis van 8 april 2004 van de rechtbank Zutphen is Megapool B.V. in staat van faillissement verklaard met aanstelling van eisers tot curatoren.
2.2. Megapool B.V. houdt alle aandelen in Megapool Franchise B.V. Megapool Franchise B.V. is bij vonnis van 23 augustus 2004 van de rechtbank Zutphen in staat van faillissement verklaard, eveneens met aanstelling van mrs. Brandsma en De Bruyn tot curatoren.
2.3. Op 5 mei 1997 heeft Kartay een franchiseovereenkomst gesloten met Megapool Franchise B.V. De overeenkomst houdt in dat Megapool Franchise B.V. aan de franchisenemer het recht van franchise voor de exploitatie van een Megapool-winkel verleent en dat de franchisenemer het Megapool-merk gebruikt, het overeengekomen assortiment voert en een in de overeenkomst bepaalde franchisevergoeding verschuldigd is. De looptijd van de overeenkomst is vijf jaren met de mogelijkheid van tussentijdse beëindiging, onder meer in geval van faillissement van een der partijen. Verder is bepaald dat geschillen voortvoeiende uit de franchiseovereenkomst zullen worden beslecht door middel van arbitrage.
2.4. Op 30 juli 2003 heeft Megapool B.V. bij brief aan alle franchisenemers, waaronder Kartay, meegedeeld dat per 1 augustus 2003 een nieuwe franchiseovereenkomst van kracht zal worden, met daaraan gekoppeld een nieuw vergoedingensysteem.
2.5. Bij brief van 6 oktober 2003 heeft een aantal franchisenemers, waaronder Kartay, tegen het ingevoerde vergoedingensysteem bezwaar gemaakt.
2.6. Kartay heeft het openstaande bedrag van de aan hem door Megapool B.V. geleverde goederen en overige doorbelastingen niet voldaan.
3. De vordering in conventie
3.1. De curatoren vorderen dat de rechtbank bij vonnis uitvoerbaar bij voorraad Kartay zal veroordelen om aan de curatoren te betalen EUR 96.071,06, te vermeerderen met de wettelijke rente daarover met ingang van 1 september 2004 en EUR 1.542,-- aan buitengerechtelijke kosten, te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf de dag der dagvaarding tot aan de dag der algehele voldoening, met veroordeling van Kartay in de proceskosten.
3.2. De curatoren hebben aan hun vordering ten grondslag gelegd dat Megapool B.V. een vordering heeft op Kartay voor geleverde goederen en overige doorbelastingen (reparaties e.d.). De hoofdsom van de vordering bedraagt EUR 101.072,69, waarop in mindering is gebracht de door Kartay aan Megapool B.V. betaalde garantiepremie ten bedrage van EUR 5.001,63. Kartay heeft ondanks herhaalde sommaties het openstaande bedrag niet voldaan.
4. Het verweer in conventie
4.1. Kartay heeft zich tegen de vordering verweerd met een beroep op verrekening in verband met een vordering uit de franchiseovereenkomst, de redelijkheid en billijkheid en ongerechtvaardigde verrijking.
5. De vordering in reconventie
5.1. Kartay vordert dat de rechtbank bij vonnis uitvoerbaar bij voorraad:
primair de curatoren zal veroordelen om aan Kartay te betalen EUR 522.975,-- dan wel een in goede justitie te bepalen bedrag, te vermeerderen met de wettelijke rente over dat bedrag vanaf 1 september 2004 tot aan de dag der algehele voldoening;
subsidiair de vordering van Megapool B.V. in conventie te verrekenen met de reconventionele vordering van Kartay;
meer subsidiair de schade op te doen maken bij staat;
alles met veroordeling van de curatoren in de kosten van het geding, alsmede in de buitengerechtelijke incassokosten tot een bedrag van EUR 5.160,00.
5.2. Kartay stelt zich op het standpunt dat er sprake is van vereenzelviging van Megapool Franchise B.V. en Megapool B.V. en baseert zijn vordering op toerekenbare tekortkoming in de nakoming van de franchiseovereenkomst, althans op de redelijkheid en billijkheid, althans op ongerechtvaardigde verrijking.
6. Het verweer in reconventie
6.1. De curatoren brengen tegen de vordering in dat geen sprake kan zijn van vereenzelviging van de twee vennootschappen. De door Kartay gepretendeerde tegenvordering heeft betrekking op het door Megapool Franchise B.V. gehanteerde vergoedingensysteem. Die vordering zou geldend gemaakt kunnen worden jegens Megapool Franchise B.V. en nimmer in een procedure als de onderhavige jegens Megapool B.V., waarbij de curatoren wijzen op de in de franchiseovereenkomst voorziene wijze van beslechting van eventuele geschillen door middel van arbitrage.
7. De beoordeling van de geschillen
7.1. De curatoren vorderen betaling van door Megapool B.V. geleverde goederen en doorbelastingen. Kartay betwist de vordering van de curatoren niet, maar voert als verweer dat Megapool B.V. en Megapool Franchise B.V. met elkaar dienen te worden vereenzelvigd, op grond waarvan zij haar op de franchise-overeenkomst gebaseerde vordering in de onderhavige procedure bij wijze van reconventionele vordering tegen Megapool B.V. instelt en haar vordering in conventie met die van Megapool B.V. verrekend wenst te zien.
7.2. Gelet op het verweer en de vordering van Kartay ligt allereerst ter beoordeling voor of Megapool B.V. en Megapool Franchise B.V. met elkaar vereenzelvigd moeten worden. De rechtbank overweegt met betrekking daartoe als volgt.
7.3. Voorop moet worden gesteld dat de betrokken vennootschappen zelfstandige entiteiten zijn. Vereenzelviging is het volledig wegdenken of voorbijgaan aan het identiteitsverschil tussen verschillende (rechts)personen. De rechtbank neemt tot uitgangspunt dat van vereenzelviging slechts sprake zal kunnen zijn onder bijzondere omstandigheden. Die omstandigheden dienen dan zo uitzonderlijk van aard te zijn dat vereenzelviging de meest aangewezen vorm van redres is in een situatie dat misbruik is gemaakt van het identiteitsverschil en hetgeen met zodanig misbruik werd beoogd in rechte niet behoort te worden gehonoreerd.
7.4. Tussen partijen is niet in geschil dat de activiteiten van Megapool Franchise B.V. administratief via Megapool B.V. liepen. Zo werden de door de franchisenemer op basis van de franchiseovereenkomst te betalen vergoedingen door Megapool B.V. bij de franchisenemers in rekening gebracht, werd het op grond van de franchiseovereenkomst te voeren assortiment besteld bij en betaald aan Megapool B.V. en vermelden de facturen van Megapool B.V. aan de franchisenemers zowel de voor levering van goederen en doorbelasting verschuldigde bedragen als de verschuldigde franchisevergoedingen. De verwevenheid van Megapool B.V. en Megapool Franchise B.V. staat tussen partijen ook niet ter discussie en de rechtbank gaat daar dan ook van uit.
7.5. De werkwijze binnen het Megapoolconcern bestond erin dat in één vennootschap de franchisecontracten werden ondergebracht en vanuit een andere vennootschap de levering van goederen plaatsvond. Dit is echter op zichzelf genomen niet uitzonderlijk en zeker niet zo uitzonderlijk dat het voldoet aan de hiervoor in 7.3 gegeven maatstaf. Dat de administratie van Megapool Franchise B.V. werd gevoerd door Megapool B.V. is daartoe evenmin voldoende, teminder nu zeer wel traceerbaar was welk deel van de door de franchisenemers te betalen facturen betrekking had op de leveringen door Megapool B.V. en welk deel betrekking had op de vergoedingen die op grond van de franchiseovereenkomst verschuldigd waren. In de onderhavige procedure is dat onderscheid ook gemaakt: de curatoren vorderen uitsluitend betaling van door Megapool B.V. geleverde goederen en diensten en niet de onbetaald gebleven franchisevergoedingen.
Tenslotte kan de omstandigheid dat Megapool B.V. als penvoerder optrad bij de voortzetting van de franchiseovereenkomsten evenmin leiden tot het oordeel dat de vennootschappen moeten worden vereenzelvigd. De franchisenemers hebben de franchise-overeenkomsten gesloten met Megapool Franchise B.V. Uit het feit dat Megapool B.V. de onderhandelingen over de voortzetting van die overeenkomsten voerde blijkt weliswaar van verwevenheid van de beide vennoostschappen, maar dat dit zou moeten worden geduid als misbruik van identiteitsverschil ten overstaan van de franchisenemers is gesteld noch gebleken.
7.6. Van vereenzelviging van Megapool B.V. en Megapool Franchise B.V. kan naar het oordeel van de rechtbank derhalve geen sprake zijn zodat Kartay jegens Megapool B.V. ook geen beroep op wanprestatie van Megapool Franchise B.V. kan doen.
7.7. Kartay heeft aangevoerd dat het opleggen van een nieuw vergoedingensysteem zeer nadelige gevolgen voor haar heeft en haar schade op grond van de redelijkheid en billijkheid door Megapool B.V. moet worden vergoed. Dit verweer, tevens grondslag van de reconventionele vordering, wordt verworpen, reeds omdat Megapool B.V. geen partij is bij de franchiseovereenkomst op basis waarvan de vergoedingen verschuldigd zijn. Niet is gebleken dat het vorderen van betaling van door Megapool B.V. geleverde goederen en diensten naar maatstaven van redelijkheid en billijkheid onaanvaardbaar zou zijn.
Het beroep van Kartay op ongerechtvaardigde verrijking wordt verworpen, eveneens reeds omdat de, in de ogen van Kartay ongerechtvaardigde, wijziging van het vergoedingen-systeem een zaak is van Megapool Franchise B.V. en niet van Megapool B.V.
7.8. Het voorgaande betekent dat de door Kartay niet betwiste conventionele vordering zal worden toegewezen. Het beroep op verrekening en de reconventionele vorderingen liggen voor afwijzing gereed.
7.9. Kartay zal als de in het ongelijk gestelde partij in conventie en in reconventie in de proceskosten worden veroordeeld.
7.10. De kosten aan de zijde van de curatoren in de procedure in conventie worden begroot op:
- dagvaarding EUR 71,93
- vast recht 2.145,00
- salaris procureur 1.788,00 (2,0 punten × tarief EUR 894,00)
Totaal EUR 4.004,93
7.11. De kosten aan de zijde van de curatoren in de procedure in reconventie worden begroot op:
- salaris procureur 2.580,00 (1,0 punt × factor 1,0 × tarief EUR 2.580,00)
Totaal EUR 2.580,00
8. De beslissing
De rechtbank
in conventie
8.1. veroordeelt Kartay om aan de curatoren te betalen een bedrag van EUR 96.071,06 (zesennegentig duizend een en zeventig euro en zes eurocent), vermeerderd met de wettelijke rente als bedoeld in art. 6: 119a BW over het nog niet betaalde deel van het toegewezen bedrag vanaf 1 september 2004 tot de dag van volledige betaling en een bedrag van EUR 1.542,00, te vermeerderen met de wettelijke rente als bedoeld in artikel 6:119 BW vanaf 7 januari 2005 tot de dag van volledige betaling,
8.2. veroordeelt Kartay in de proceskosten, aan de zijde van de curatoren tot op heden begroot op EUR 4.004,93,
8.3. verklaart vorenstaande betalings- en kostenveroordelingen uitvoerbaar bij voorraad,
in reconventie
8.4. wijst de vorderingen af,
8.5. veroordeelt Kartay in de proceskosten, aan de zijde van de curatoren tot op heden begroot op EUR 2.580,00,
8.6. verklaart vorenstaande kostenveroordeling uitvoerbaar bij voorraad.
Dit vonnis is gewezen door mr. D.P. Ruitinga, mr. J.F. Miedema en mr. M. Flipse en in het openbaar uitgesproken op 5 juli 2006.?