ECLI:NL:RBHAA:2006:AX6748
Rechtbank Haarlem
- Voorlopige voorziening
- G. Guinau
- G.J. Deen
- Rechtspraak.nl
Afwijzing van een aanvraag om bijstandsuitkering op grond van de WWB wegens onduidelijkheid over de woonsituatie
In deze zaak heeft de voorzieningenrechter van de Rechtbank Haarlem op 24 mei 2006 uitspraak gedaan over een verzoek om een voorlopige voorziening in het kader van een aanvraag om bijstandsuitkering ingevolge de Wet werk en bijstand (WWB). Verzoekster had op 16 januari 2006 een aanvraag ingediend, maar deze werd door het college van burgemeester en wethouders van Haarlem buiten behandeling gelaten. De reden hiervoor was dat verzoekster niet had gereageerd op een verzoek om duidelijkheid te verschaffen over de adressering op een verzekeringsbewijs, dat vragen opriep over haar woonsituatie.
De voorzieningenrechter overwoog dat het voor de beoordeling van het recht op bijstand noodzakelijk is om inzicht te verkrijgen in de woonsituatie van verzoekster. Aangezien het verzekeringsbewijs geadresseerd was op een ander adres dan haar briefadres, was het terecht dat verweerder om verduidelijking vroeg. Verzoekster had binnen de gestelde termijn niet gereageerd, waardoor de bevoegdheid van verweerder om de aanvraag buiten behandeling te laten, in beginsel gegeven was.
De voorzieningenrechter concludeerde dat, hoewel verweerder in het bestreden besluit niet de juiste grondslag had vermeld voor het buiten behandeling laten van de aanvraag, dit motiveringsgebrek in de bezwaarprocedure kon worden hersteld. Daarom was er onvoldoende grond voor het treffen van een voorlopige voorziening, en werd het verzoek om een voorlopige voorziening afgewezen. Verzoekster had op 19 april 2006 een nieuwe aanvraag om bijstand ingediend, waarvoor zij een voorschot kon aanvragen.
De uitspraak werd gedaan door mr. G. Guinau, voorzieningenrechter, en op 24 mei 2006 in het openbaar uitgesproken, in tegenwoordigheid van mr. G.J. Deen, griffier.