ECLI:NL:RBHAA:2005:AU8204
Rechtbank Haarlem
- Eerste aanleg - meervoudig
- F.F.W. Brouwer
- M. Groverman
- A.P.W. Duijkersloot
- Rechtspraak.nl
Ontvankelijkheid van beroep door Westelijke Land- en Tuinbouworganisatie tegen gebiedsplan Noord-Holland
In deze zaak heeft de Rechtbank Haarlem op 13 december 2005 uitspraak gedaan in een geschil tussen de Westelijke Land- en Tuinbouworganisatie (WLTO) en het college van Gedeputeerde Staten van Noord-Holland. De WLTO heeft beroep ingesteld tegen de vaststelling van het gebiedsplan 'Probleemgebieden Begrenzing Noord-Holland, Begrenzingen Programma Beheer', dat op 7 juli 2004 door de provincie is vastgesteld. De WLTO stelt dat zij als belanghebbende moet worden aangemerkt in de zin van artikel 1:2 van de Algemene wet bestuursrecht (Awb), omdat het gebiedsplan invloed heeft op de agrarische belangen van haar leden.
De rechtbank heeft echter geoordeeld dat de WLTO niet kan worden aangemerkt als belanghebbende. Volgens de rechtbank is er geen bewijs dat de WLTO behoort tot de categorieën die als belanghebbenden zijn gedefinieerd in de relevante regelgeving. De rechtbank heeft vastgesteld dat de belangen van de WLTO niet rechtstreeks zijn betrokken bij het besluit, en dat de organisatie niet optreedt in het belang van haar leden op een manier die voldoet aan de criteria voor collectieve belangenbehartiging zoals bedoeld in de Awb.
De rechtbank heeft het beroep van de WLTO dan ook niet-ontvankelijk verklaard, wat betekent dat de rechtbank niet verder is ingegaan op de inhoudelijke argumenten van de WLTO. Tegen deze uitspraak staat hoger beroep open bij de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State. De uitspraak is openbaar gemaakt in aanwezigheid van de griffier, en de proceskosten zijn niet toegewezen.