RECHTBANK HAARLEM
Sector kanton Locatie Zaandam
zaak/rolnr.: 280214 CV EXPL 05-4193
datum uitspraak: 15 december 2005
VONNIS VAN DE KANTONRECHTER
Edmon Keukens B.V.
te Hoorn,
eisende partij,
hierna te noemen Edmon Keukens,
gemachtigde H.M.G. Bouwhuis,
[gedaagde]
te [woonplaats],
gedaagde partij,
hierna te noemen [gedaagde],
gemachtigde mr. C.J.B. Rijser.
Edmon Keukens heeft op gronden zoals in de dagvaarding vermeld een vordering ingesteld tegen [gedaagde].
Hierop heeft [gedaagde] geantwoord.
Vervolgens is schriftelijk voort geprocedeerd.
Tenslotte is de uitspraak op vandaag bepaald.
De inhoud van alle processtukken, waaronder begrepen de mogelijk door partijen overgelegde producties, wordt als hier overgenomen beschouwd.
Edmon Keukens vordert dat de kantonrechter, bij vonnis uitvoer-baar bij voorraad, [gedaagde] zal veroordelen aan Edmon Keukens te betalen de somma van € 5.000,-- met rente en kos-ten.
Het verweer
Het verweer strekt tot gehele of gedeeltelijke afwijzing van de vordering.
In deze procedure zijn de volgende feiten voldoende komen vast te staan omdat deze niet, dan wel onvoldoende gemotiveerd betwist zijn gebleven.
1. Op of omstreeks 13 april 2002 is een koopovereenkomst tussen partijen gesloten met betrekking tot een door Edmon Keukens te leveren keuken met bijbehorende werkzaamheden.
2. Op 10 mei 2002 is door Edmon Keukens aan [gedaagde] bevestigd dat de keuken door laatstgenoemde was geannuleerd en dat hij ingevolge de toepasselijke voorwaarden 50% annuleringskosten moest betalen.
3. [gedaagde] heeft op 22 mei 2002 geweigerd de door Edmon Keukens bedoelde annuleringskosten te betalen.
4. Op 7 februari 2003, 7 augustus 2003, 7 januari 2004, 12 maart 2004, 22 maart 2004 en 25 maart 2004 zijn door of namens Edmon Keukens aanmaningen terzake van deze vordering gestuurd naar het adres [oud adres].
5. Op 3 maart 2003 is [gedaagde], die verhuisd was, ingeschreven op een nieuw adres: [nieuw adres 1].
6. Op 22 oktober 2004 is [gedaagde] op zijn weer veranderde woonadres, te weten [nieuw adres 2], wederom terzake van deze vordering aangemaand, welke aanmaning in elk geval door [gedaagde] is ontvangen.
De beoordeling van het geschil
Het meest verstrekkende verweer van [gedaagde] komt neer op een beroep op de verjaring, zoals bedoeld in artikel 7.28 van het Burgerlijk Wetboek. [gedaagde], die stelt gedurende de periode van 22 mei 2002 tot 22 oktober 2004 inzake de onderhavige vordering niets meer van Edmon Keukens te hebben vernomen, meent dat deze vordering daarom is verjaard.
Het betreft hier onbetwist een consumentenkoop, zodat de rechtsvordering tot betaling van de koopprijs inderdaad door verloop van twee jaren verjaart. Deze verjaring heeft naar mijn oordeel mede betrekking op de zogenaamde annuleringskosten, die na ongedaanmaking van zo’n consumentenkoop verschuldigd mochten blijken.
Teneinde verjaring te voorkomen had deze tijdig moeten zijn gestuit door een schriftelijke aanmaning of door een schriftelijke mededeling waarin Edmon Keukens zich ondubbelzinnig haar recht op nakoming voorbehield. Een dergelijke stuitingsverklaring moet [gedaagde] ingevolge artikel 3.37 lid 3 wèl tijdig hebben bereikt. Daarvan is in deze zaak echter onvoldoende gebleken.
Vast staat dat alle voor 22 oktober 2004 verstuurde aanmaningen aan een verkeerd adres zijn verstuurd, te weten het voormalige woonadres van [gedaagde]. Uit niets blijkt dat hij deze desondanks heeft ontvangen. Dat geldt ook voor de op 7 februari 2003 verstuurde aanmaning, ook al stond [gedaagde] op dat moment nog wel ingeschreven op dat adres. De enkele omstandigheid dat [gedaagde] zijn verhuizing op 7 februari 2003 nog niet had opgegeven bij de gemeente rechtvaardigt naar mijn oordeel niet dat de op die datum verstuurde aanmaning op die enkele grond toch haar werking heeft gehad, op de voet van de laatste volzin van laatstgenoemde wetsbepaling.
Het moet er dus voor worden gehouden dat de hier besproken verjaringstermijn op 22 oktober 2004, toen [gedaagde] onbetwist wèl een aanmaning ontving, reeds was verstreken, hetgeen aan toewijzing van de vordering in de weg staat.
Omtrent de proceskosten moet worden beslist zoals hierna bepaald.
De vordering wordt afgewezen.
Edmon Keukens wordt veroordeeld in de kosten van deze procedure, deze voor zover gerezen aan de zijde van [gedaagde] tot op heden begroot op € 400,-- wegens salaris van de gemachtigde.
Dit vonnis is gewezen door mr. F.M.Visser, kantonrechter, en uitgesproken op de openbare terechtzitting van 15 december 2005, in tegenwoordigheid van de griffier.