ECLI:NL:RBHAA:2005:AU7069

Rechtbank Haarlem

Datum uitspraak
30 november 2005
Publicatiedatum
4 april 2013
Zaaknummer
281651 CV EXPL 05-7791
Instantie
Rechtbank Haarlem
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Rechters
  • F.J.P. Veenhof
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Ontslag op staande voet na weigering instructie te volgen in verband met overval op amusementenhal

In deze zaak gaat het om een geschil tussen de besloten vennootschap Game-In Amusement B.V. en haar werknemer, hierna te noemen [werknemer]. [werknemer] was sinds 1 september 2001 in dienst bij Game-In en werkte als kassier in een amusementshal. Na een gewapende overval op 22 januari 2005, heeft Game-In instructies gegeven aan het personeel om de toegangsdeur van de amusementshal open te houden. [werknemer] weigerde deze instructie op te volgen en gaf aan de deur gesloten te houden tijdens zijn diensten. Dit leidde tot zijn schorsing op 22 februari 2005 en uiteindelijk tot ontslag op staande voet op 25 februari 2005.

[werknemer] heeft het ontslag betwist en vorderde onder andere schadevergoeding en een verklaring voor recht dat het ontslag onregelmatig was. De kantonrechter heeft in een eerdere uitspraak op 21 april 2005 de loondoorbetaling afgewezen en de arbeidsovereenkomst ontbonden per 1 mei 2005, met toekenning van een vergoeding aan [werknemer]. [werknemer] heeft vervolgens de nietigheid van het ontslag ingeroepen, maar de kantonrechter oordeelde dat het ontslag op staande voet rechtsgeldig was. De kantonrechter oordeelde dat de instructie om de deur open te houden redelijk was, gezien de omstandigheden en de reactie van andere personeelsleden.

De kantonrechter heeft het verzet van Game-In tegen een eerder verstekvonnis gegrond verklaard en de vordering van [werknemer] afgewezen. De proceskosten werden aan [werknemer] opgelegd, omdat hij in het ongelijk was gesteld. Het vonnis werd uitgesproken door mr. F.J.P. Veenhof op 30 november 2005.

Uitspraak

RECHTBANK HAARLEM
Sector kanton
Locatie Haarlem
zaak/rolnr.: 281651/CV EXPL 05-7791
datum uitspraak: 30 november 2005
VONNIS VAN DE KANTONRECHTER
inzake
de besloten vennootschap “Game-In Amusement B.V.”
te Haarlem
opposante
hierna te noemen Game-In
gemachtigde mr. E.C.N. Amory
tegen
[geopposeerde]
te [woonplaats]
geopposeerde
hierna te noemen [werknemer]
gemachtigde mr. G.P. Poiesz
De procedure
Bij exploot van dagvaarding van 17 mei 2005 heeft [werknemer] Game-In gedagvaard tegen de zitting van de kantonrechter van 1 juni 2005. Game-In is toen niet verschenen. Bij verstekvonnis van 1 juni 2005 is de vordering van [werknemer] op de in de dagvaarding genoemde gronden toegewezen.
Game-In heeft bij exploot van 28 juni 2005 en herstelexploot van 18 juli 2005 aangezegd tegen voormeld vonnis in verzet te komen en heeft [werknemer] gedagvaard tegen de zitting van 17 augustus 2005.
Vervolgens heeft de kantonrechter bij het op 31 augustus 2005 tussen partijen uitgesproken tussenvonnis een comparitie van partijen gelast. Deze comparitie van partijen heeft op 20 oktober 2005 plaatsgevonden. De griffier heeft aantekening gehouden van hetgeen ter zitting is verklaard en heeft plaatsgevonden.
De feiten
Als enerzijds gesteld en anderzijds erkend, dan wel niet of onvoldoende betwist en/of op grond van de onweerspro-ken inhoud van de overgelegde producties, staat tussen partij-en het volgende vast:
a. [werknemer] is sedert 1 september 2001 bij (de rechtsvoorganger van) Game-In in dienst getreden op basis van een arbeidsovereenkomst voor onbepaalde tijd. In zijn laatste functie was [werknemer] op parttimebasis (0,9 fte) werkzaam als kassier in de amusementshal te Velsen-Noord. Zijn salaris bedroeg € 2.396,68 bruto per maand (exclusief 8% vakantietoeslag en dertiende maand).
b. Op 22 januari 2005 heeft er in de amusementshal te Velsen-Noord een gewapende overval plaatsgevonden. [werknemer] was toen niet in de amusementshal werkzaam.
c. Game-In heeft vastgesteld dat het personeel van voormelde amusementshal in reactie op deze overval tijdens de avonduren de toegangsdeur van de amusementshal gesloten houdt en pas opent voor een bezoeker als deze na controle met behulp van een videocamera betrouwbaar wordt geacht.
d. Op 22 februari 2005 heeft Game-In het personeel laten weten dat het afsluiten van de toegangsdeur nadrukkelijk in strijd is met de terzake gegeven instructies en dat dit niet aanvaardbaar is. Het personeel werd verzocht om in het vervolg deze instructies weer te volgen.
e. Met uitzondering van [werknemer] hebben de personeelsleden Game-In dezelfde dag laten weten aan voormeld verzoek gehoor te geven en de toegangsdeur tijdens de openingstijden voor het publiek weer te zullen openhouden.
f. [werknemer] heeft zowel zijn regiomanager als zijn operationeel manager op 22 februari 2005 laten weten zich niet aan de instructies te zullen houden en tijdens zijn diensten in de avonduren de toegangsdeur gesloten te zullen houden.
g. Game-In heeft [werknemer] op 22 februari 2005 geschorst.
h. [werknemer] heeft zich op 23 februari 2005 ziek gemeld.
i. Bij brief van 25 februari 2005 heeft Game-In [werknemer] op staande voet ontslagen. In deze brief staat onder meer: “(…) dat zij op dinsdag 22 februari 2005 heeft geconstateerd dat u de deur van de amusementenhal van de vestiging Velzen-Noord, waar u werkzaam bent ’s-avonds tijdens openingsuren afsluit en dat u bezoekers van de amusementenhal eerst toelaat, nadat deze zich aan de deur hebben gemeld. (…) De regiomanager, [regiomanager], heeft u op dinsdag laten weten dat het afgesloten houden van de deur niet is toegestaan, omdat het een openbare en voor het publiek vrij toegankelijke amusementenhal betreft. De regiomanager heeft u erop gewezen dat het afsluiten en het afgesloten houden van de deur dan ook nadrukkelijk in strijd is met de door de directie terzake verstrekte instructies. (…) waarop u hem andermaal heeft kenbaar gemaakt niet voornemens te zijn de amusementenhal voor het publiek – op het moment dat u daar werkzaam bent – vrij toegankelijk te houden. De operationeel manager heeft u daarop vanwege het niet opvolgen van gegeven instructies geschorst, (…). Daags erna heeft u zich ziek gemeld. Diezelfde dag nog heeft [medewerker], die ondermeer belast is met personeelszaken, tevergeefs getracht u telefonisch te bereiken, zulks teneinde met u een nadere onderhoud een afspraak te maken. Op zijn ingesproken verzoek hem terug te bellen, heeft u niet gereageerd. [Medewerker] heeft u vervolgens donderdags weer tevergeefs getracht te bereiken. Omdat u ook op dit tweede verzoek hem terug te bellen niet heeft gereageerd, heeft [regiomanager] u thuis bezocht, waarbij hij u heeft laten weten dat (…) de behoefte bestaat een en ander met u te bespreken. Op de mededeling van [regiomanager], dat de directie (…) verwacht dat u zich (…) voor een nader onderhoud meldt, heeft u gereageerd met de mededeling dat niet te zullen doen. Gezien het bovenstaande laat u (…) geen andere mogelijkheid dan u bij deze op staande voet, vanwege werkweigering, te ontslaan. (…)”.
j. [werknemer] heeft op 1 maart 2005 de nietigheid van het ontslag op staande voet ingeroepen.
k. Bij vonnis van 21 april 2005 heeft de kantonrechter te Haarlem de door gevorderde loondoorbetaling bij wijze van voorlopige voorziening afgewezen.
l. Bij beschikking van gelijke datum heeft de kantonrechter te Haarlem de arbeidsovereenkomst tussen partijen, voor zover deze nog tussen partijen bestaat, ontbonden per 1 mei 2005 ondertoekenning aan [werknemer] van een vergoeding van €8.365,00 bruto.
m. [werknemer] heeft zich daarna neergelegd bij het ontslag met ingang van 25 februari 2005.
De vordering van Game-In
Game-In vordert dat de kantonrechter het vonnis van 1 juni 2005 zal vernietigen en de vordering van [werknemer] alsnog zal afwijzen. Game-In heeft de inleidende vordering van [werknemer] gemotiveerd weersproken. Op het verweer zal, voor zover relevant, bij de beoordeling van het geschil nader worden ingegaan.
Het verweer en de oorspronkelijke vordering van [werknemer]
[werknemer] heeft de vordering van Game-In gemotiveerd weersproken. Bij zijn inleidende dagvaarding heeft [werknemer] gevorderd dat de kantonrechter bij vonnis, voor zoveel mogelijk uitvoerbaar bij voorraad:
1. voor recht zal verklaren dat de opzegging met onmiddellijke ingang van Game-In aan [werknemer] op 25 februari 2005 onregelmatig en/of het ontslag kennelijk onredelijk is;
2. Game-In zal veroordelen om tegen behoorlijk bewijs van kwijting aan [werknemer] te voldoen:
a. €5.576,66 bruto, althans een bedrag dat de kantonrechter juist acht ter zake van onregelmatige opzegging;
b. €31.063,30 bruto, althans een bedrag dat de kantonrechter juist acht uit hoofde van schadevergoeding wegens een kennelijk onredelijk gegeven ontslag;
c. de wettelijke rente over de toe te wijzen bedragen vanaf de dag waarop de betreffende bedragen opeisbaar zijn geworden tot aan de dag der algehele voldoening;
3. Game-In in de kosten van de procedure zal veroordelen.
[werknemer] heeft het volgende aan zijn vordering ten grondslag gelegd:
[werknemer] vindt de instructie onder de gegeven omstandigheden niet redelijk. De door Game-In aangevoerde reden kan het ontslag op staande voet niet rechtvaardigen. Het ontslag is onregelmatig en kennelijk onredelijk.
De opzegging is onregelmatig omdat Game-In in ieder geval niet de opzegtermijn van twee maanden in acht heeft genomen. [werknemer] vordert op dit onderdeel daarom twee maanden salaris: 2 x €2.369,68 vermeerderd met de vakantiebijslag = €5.576,66 bruto.
De opzegging is eveneens onredelijk, vanwege de wijze waarop is opgezegd, namelijk op staande voet en omdat Game-In onvoldoende rekening heeft gehouden met de onevenredigheid tussen haar eigen belang bij de opzegging en de te verwachten nadelige gevolgen van de opzegging voor [werknemer].
Sinds 25 februari 2005 ontvangt [werknemer] geen salaris meer. Aanhakend bij de kantonrechtersformule stelt [werknemer] dat hem ten minste een vergoeding toekomt waarvan de correctiefactor op 1 dient te worden gesteld. In dat geval komt de vergoeding uit op €16.730,00. Gegeven de omstandigheden is een vergoeding gebaseerd op C = 2 ten minste redelijk. De vergoeding komt aldus neer op €31.063,30 bruto.
De beoordeling van het geschil
Vooropgesteld wordt dat [werknemer], hoewel hij in een eerder stadium de nietigheid van het ontslag had ingeroepen, op die keuze terug kan komen en alsnog schadevergoeding wegens kennelijk onredelijk ontslag kan vorderen, behoudens bijzondere omstandigheden. Laatstbedoelde omstandigheden zijn in deze procedure onvoldoende gebleken.
Voorts geldt dat een ontslag op staande voet dat aan alle vereisten voldoet niet kennelijk onredelijk is en evenmin onregelmatig.
Beoordeeld moet daarom worden of het ontslag op staande voet rechtsgeldig is gegeven. De kantonrechter is van oordeel dat dit het geval is en overweegt daartoe het volgende.
Aan het ontslag op staande voet is werkweigering ten grondslag gelegd bestaande uit het niet opvolgen van de instructie om de toegangsdeur open te houden en het geen gevolg geven aan de uitnodiging om de situatie met Game-In te komen bespreken.
De kantonrechter is van oordeel dat de gegeven instructie om de toegangsdeur open te houden een redelijke instructie is. Gebleken is immers dat Game-In bezig was met het treffen van maatregelen, maar dat één en ander uiteraard voorbereiding en tijd vergt. Gebleken is voorts dat de overige personeelsleden er geen bezwaar tegen hadden om de toegangsdeur open te houden. Onder die omstandigheden kan [werknemer], die bovendien niet zelf aanwezig was op het moment dat de overval plaatsvond, niet volhouden dat deze instructie niet als redelijk kan worden beschouwd. Hij had de instructie dus moeten opvolgen en niet moeten volharden in zijn standpunt.
Voorts heeft [werknemer] geweigerd op de uitnodiging in te gaan om de ontstane situatie op kantoor van Game-In te komen bespreken. [werknemer] heeft zich erop beroepen dat hij daartoe, nadat hij zich had ziek gemeld, niet in staat was. Hij heeft in dat verband een verklaring van zijn huisarts van 11 april l2005 overgelegd. Die verklaring levert echter onvoldoende aanknopingspunten om de conclusie te rechtvaardigen dat [werknemer] wegens ziekte niet in staat was met Game-In een gesprek te voeren. Er staat in die verklaring immers slechts dat [werknemer] niet in staat was zijn eigen werkzaamheden te verrichten en dat hij voorlopig geen contact met zijn werkgever mocht opnemen. Dat betekent dus dat hij in staat moest worden geacht tot het voeren van een gesprek om uit de impasse te geraken indien Game-In hem daartoe uitnodigt.
Op grond van het vorenstaande is de kantonrechter van oordeel dat Game-In op juiste gronden is overgegaan tot het ontslag op staande voet. Niet gezegd kan worden dat het ontslag onregelmatig of kennelijk onredelijk is, zodat de oorspronkelijke vordering van [werknemer] moet worden afgewezen. Het verzet tegen het genoemde verstekvonnis is derhalve terecht gedaan.
De proceskosten in de verstek- en de verzetprocedure komen voor rekening van [werknemer] omdat deze in het ongelijk is gesteld, behoudens de kosten van het verzet- en herstelexploot, die voor rekening van Game-In dienen te blijven.
Beslissing
De kantonrechter:
Verklaart het verzet gegrond.
Vernietigt het tussen partijen gewezen en op 1 juni 2005 uitgespro-ken verstekvonnis.
En opnieuw rechtdoende:
Wijst de vordering van [werknemer] af.
Veroordeelt [werknemer] in de kosten van deze procedure, tot op deze uitspraak aan de zijde van Game-In begroot €800,00 aan salaris voor de gemachtigde.
Dit vonnis is gewezen door mr. F.J.P. Veenhof en uitgesproken op de openbare terechtzitting van bovengenoemde datum.