ECLI:NL:RBHAA:2005:AU7068
Rechtbank Haarlem
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- F.J.P. Veenhof
- Rechtspraak.nl
Niet-ontvankelijkheid van eiser in vordering tegen ontbonden vennootschap
In deze zaak, behandeld door de Rechtbank Haarlem op 30 november 2005, is eiser niet-ontvankelijk verklaard in zijn eis tegen de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid Art Interim B.V. De procedure is gestart door eiser, vertegenwoordigd door mr. R. Elbaz, tegen Art Interim, vertegenwoordigd door mr. J.P. Koets. Tijdens de procedure is gebleken dat Art Interim op 30 juni 2005 is ontbonden en opgehouden te bestaan, omdat er geen bekende baten meer aanwezig waren. Dit feit is vastgesteld aan de hand van een uittreksel uit het handelsregister van de Kamer van Koophandel en Fabrieken voor Amsterdam, dat door de gemachtigde van Art Interim in het geding is gebracht.
De kantonrechter heeft in zijn vonnis bevestigd dat Art Interim ten tijde van het aanhangig maken van het geding nog bestond, maar dat de vennootschap tijdens de procedure is ontbonden. Hierdoor kan Art Interim niet meer in rechte optreden, wat leidt tot de niet-ontvankelijkheid van eiser in zijn vordering. De kantonrechter heeft tevens opgemerkt dat iedere gerechtigde tot mogelijk aanwezig vermogen van Art Interim op grond van artikel 2:23c BW heropening van de vereffening van het vermogen van Art Interim kan verzoeken. Indien dit verzoek wordt gehonoreerd, zal Art Interim voor de afwikkeling van de vereffening weer voortbestaan.
Eiser is veroordeeld in de proceskosten, die aan de kant van Art Interim tot en met de datum van uitspraak zijn begroot op nihil. Het vonnis is uitgesproken door mr. F.J.P. Veenhof op de openbare terechtzitting van 30 november 2005.