ECLI:NL:RBHAA:2005:AU4697
Rechtbank Haarlem
- Eerste aanleg - meervoudig
- mr. Grosheide
- mrs. Goedhuis-Visser
- mr. Van den Bos
- Rechtspraak.nl
Zuidpier; geen doodslag; voorwaardelijk opzet op zwaar lichamelijk letsel; causaal verband tussen gedraging verdachte en overlijden slachtoffer
In deze zaak heeft de Rechtbank Haarlem op 20 oktober 2005 uitspraak gedaan in een strafzaak tegen de verdachte, die beschuldigd werd van het opzettelijk toebrengen van zwaar lichamelijk letsel aan meerdere slachtoffers, met als gevolg de dood van één van hen. De rechtbank heeft vastgesteld dat de verdachte op 29 mei 2005 in IJmuiden, tijdens een feest in het strandpaviljoen Zuidpier, met grote kracht een vuistslag heeft uitgedeeld aan [slachtoffer 1], waardoor deze op zijn achterhoofd op de grond viel en later overleed aan de gevolgen van ernstig hersenletsel. De rechtbank oordeelde dat de val en de daaropvolgende verwondingen aan [slachtoffer 1] redelijkerwijs aan de verdachte konden worden toegerekend, ondanks het verweer van de verdediging dat de dood niet voorzienbaar was en dat er mogelijk andere oorzaken waren voor het letsel. De rechtbank verwierp dit verweer en concludeerde dat de verdachte willens en wetens de aanmerkelijke kans heeft aanvaard dat hij [slachtoffer 1] zwaar lichamelijk letsel zou toebrengen.
Daarnaast werd de verdachte ook beschuldigd van het toebrengen van letsel aan [slachtoffer 2] en [slachtoffer 3]. De rechtbank sprak de verdachte vrij van de primair ten laste gelegde feiten, maar achtte de subsidiaire feiten bewezen. De rechtbank legde de verdachte een gevangenisstraf van zes jaar op, waarbij rekening werd gehouden met de ernst van de feiten en de impact op de slachtoffers en hun nabestaanden. De rechtbank oordeelde dat de verdachte zich schuldig had gemaakt aan ernstige geweldsmisdrijven en dat zijn handelen de rechtsorde ernstig had geschokt. De vorderingen van de benadeelde partijen werden gedeeltelijk toegewezen, en de rechtbank legde schadevergoedingsmaatregelen op aan de verdachte.