ECLI:NL:RBHAA:2004:AP5847
Rechtbank Haarlem
- Eerste aanleg - meervoudig
- E. Jochem
- M. Groverman
- D. Samkalden
- Rechtspraak.nl
Beoordeling van de ligging van een perceel binnen of buiten de bebouwde kom in het kader van een bouwplan
In deze zaak heeft de Rechtbank Haarlem op 28 juni 2004 uitspraak gedaan in een geschil tussen eiseres, wonende te [woonplaats], en het college van burgemeester en wethouders van Beverwijk. De zaak betreft de vraag of een perceel binnen of buiten de bebouwde kom is gelegen, wat van belang is voor de beoordeling van een bouwplan. Eiseres had bezwaar gemaakt tegen een besluit van 22 juli 2003, waarbij het college het bezwaar ongegrond verklaarde en afweek van het advies van de commissie voor de behandeling van bezwaarschriften. Het bouwplan voorziet in de uitbreiding van het woonhuis van eiseres aan de achterzijde, maar is in strijd met het bestemmingsplan 'Westelijk Beverwijk 1964', dat de bestemming 'landbouw c.a.' heeft. De rechtbank heeft vastgesteld dat het perceel van eiseres binnen de bebouwde kom ligt, zoals bedoeld in de Wegenverkeerswet 1994, en dat het college bevoegd was om vrijstelling te verlenen op basis van artikel 19, derde lid, van de Wet op de Ruimtelijke Ordening (WRO). De rechtbank heeft geoordeeld dat de belangenafweging door het college in redelijkheid is gemaakt, ondanks de door eiseres gestelde waardedaling van haar pand. De rechtbank heeft het beroep van eiseres ongegrond verklaard en geen termen gezien voor een proceskostenveroordeling. Tegen deze uitspraak staat hoger beroep open bij de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State.