5. De gronden van de beslissing
5.1 Vooropgesteld wordt dat door Nieuwe Revu niet is betwist dat het gewraakte artikel van dien aard is dat er redenen waren om het ten aanzien van Medisch Centrum Boer-haave te rectificeren. Thans is aan de orde de vraag of er gronden zijn om Nieuwe Re-vu te veroordelen de publicatie uitgebreider te rectificeren zoals door Medisch Cen-trum Boerhaave gevorderd. Bij de beoordeling van die vraag geldt als uitgangspunt dat een bevel tot rectificatie een inbreuk vormt op het recht van vrije meningsuiting, die slechts gerechtvaardigd kan zijn, indien zwaarwegende belangen van degene die door de publicatie is geschaad daartoe nopen.
5.2 Medisch Centrum Boerhaave stelt zich op het standpunt dat zij voldoende belang heeft bij een nadere rectificatie omdat met de rectificatie in Nieuwe Revu nr.10 geenszins alle voor haar grievende mededelingen zijn teruggenomen.
5.3 Nieuwe Revu heeft in de rectificatie erkend dat er onvoldoende feitelijke grondslag is aan te wijzen voor de mededeling dat "men zich beter niet kan laten behandelen" in Medisch Centrum Boerhaave. Door te erkennen dat zij Medisch Centrum Boerhaave niet had mogen vermelden op de lijst van "slechtste klinieken van Nederland" heeft Nieuwe Revu de uitlatingen omtrent Medisch Centrum Boerhaave teruggenomen. Voor het overige komt de naam van Medisch Centrum Boerhaave niet in het artikel voor. Daarom is naar het voorlopig oordeel van de voorzieningenrechter met de recti-ficatie in Nieuwe Revu nummer 10 vooralsnog voldoende recht gedaan aan de belan-gen van Medisch Centrum Boerhaave. Tegen die achtergrond kan Medisch Centrum Boerhaave niet geacht worden een spoedeisend belang te hebben bij een nadere recti-ficatie, zeker niet in de door haar voorgestane vorm die kwalificaties inhoudt die in dit geding niet vaststaan en waarvan niet kan worden verlangd dat Nieuwe Revu die in de mond neemt.
5.4 Medisch Centrum Boerhaave vordert tevens dat Nieuwe Revu zal worden veroordeeld om gedurende een maand een rectificatie te plaatsen op haar website. Zij heeft hieromtrent gesteld dat de rectificatie ook in duur in verhouding dient te staan tot de aandacht die de litigieuze publicatie heeft opgeroepen. Zij wijst erop dat het artikel nog gedurende zekere tijd in leesportefeuilles en in wachtkamers gelezen zal worden. Nu de reeds geplaatste rectificatie echter, evenals het gewraakte artikel, ook nog ge-ruime tijd te lezen zal zijn in leesportefeuilles en dergelijke en nu de naam van Me-disch Centrum Boerhaave niet op de website van Nieuwe Revu is vermeld, bestaat er geen aanleiding voor een bevel tot plaatsing van enige rectificatie op de website.
5.5 Ten aanzien van het gevorderde voorschot op schadevergoeding overweegt de voorzieningenrechter als volgt. De naam van Medisch Centrum Boerhaave is, naar Nieuwe Revu heeft erkend, ten onrechte vermeld op de lijst van "slechtste klinieken van Nederland". Die lijst is geplaatst in een zeer suggestieve en sensationele context. Daarom is niet uitgesloten te achten dat Medisch Centrum Boerhaave ten gevolge van de publicatie schade heeft geleden en nog zal lijden. Derhalve valt evenmin op voor-hand uit te sluiten dat Nieuwe Revu terzake in een bodemprocedure schadeplichtig zal worden geacht. Omtrent de hoogte van de geleden en eventueel nog te lijden schade en de verschillende schadefactoren zijn in dit geding echter nog onvoldoende feitelijke gegevens komen vast te staan. Daar komt bij dat onvoldoende feiten en omstandighe-den zijn gesteld die meebrengen dat het gevraagde voorschot op schadevergoeding uit hoofde van onverwijlde spoed geboden is, welk vereiste bij een vordering in kort ge-ding tot betaling van een geldsom in versterkte mate geldt (HR 14 april 2000, NJ 2000/489). Dit brengt met zich dat het gevorderde voorschot op schadevergoeding niet voor toewijzing vatbaar is. Daarbij neemt de voorzieningenrechter mede in aanmer-king dat vergelijking van het onderhavige geval met de situatie van HR 30 oktober 1987, NJ 1988/277 en Vzngr. 's-Hertogenbosch 7 november 2003, LJN AN7740 niet opgaat. In de daar beoordeelde gevallen ging het uitsluitend om immateriële schade en werd een vergoeding toegekend om persoonlijk leed te verzachten door middel van een uitkering in geld.
5.6 Al het voorgaande voert ertoe dat de gevraagde voorzieningen zullen worden geweigerd. Indien Nieuwe Revu niet uit eigen beweging een rectificatie had geplaatst - waarmee zij impliciet het onrechtmatige van haar handelen heeft erkend - zou het onder 3.1.a gevorderde in ieder geval gedeeltelijk zijn toegewezen. Nu Nieuwe Revu de rectificatie heeft geplaatst nadat de dagvaarding in het onderhavige kort geding reeds was uitgebracht, zullen de proceskosten - als waren partijen over en weer op en-kele punten in het ongelijk gesteld - worden gecompenseerd als na te melden.