ECLI:NL:RBHAA:2002:AE6974
Rechtbank Haarlem
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- C.J. Harts
- Rechtspraak.nl
Aansprakelijkheid voor schade door wild op landbouwpercelen
In deze zaak, die voor de Rechtbank Haarlem werd behandeld, vorderde eiser (hierna: [EISER]) schadevergoeding van gedaagde (hierna: [GEDAAGDE]) wegens schade aan gewassen veroorzaakt door hazen. De kern van het geschil lag in de vraag of [GEDAAGDE] als jachthouder zijn verplichtingen had nageleefd om schade door wild te voorkomen. Eiser stelde dat [GEDAAGDE] zijn jachtrecht niet adequaat had uitgeoefend, waardoor er schade was ontstaan aan de door hem geteelde anjers en solidago. De kantonrechter oordeelde dat [GEDAAGDE] tekort was geschoten in zijn verplichtingen, omdat hij de percelen niet had bejaagd en niet had geprobeerd om het jachtveld bejaagbaar te maken door zijn jachtrecht in te brengen bij de Wildbeheereenheid. De Wildschadecommissie had eerder geoordeeld dat [GEDAAGDE] voor 75% aansprakelijk was voor de schade, die in totaal EUR 4.552,33 bedroeg. De kantonrechter volgde dit oordeel en veroordeelde [GEDAAGDE] tot betaling van EUR 3.414,18 aan [EISER], vermeerderd met incassokosten en wettelijke rente. Tevens werden de proceskosten aan de zijde van [EISER] toegewezen. De uitspraak benadrukt de verantwoordelijkheden van jachthouders onder de Jachtwet en de noodzaak om adequaat te handelen ter voorkoming van schade door wild.