ECLI:NL:RBHAA:2000:AA6663

Rechtbank Haarlem

Datum uitspraak
1 augustus 2000
Publicatiedatum
4 april 2013
Zaaknummer
67216/KG ZA 00-425
Instantie
Rechtbank Haarlem
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Kort geding
Rechters
  • C.J.J. van Maanen
  • H.E. van Erp-van Harten
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Vordering tot nakoming van vervoersvoorwaarden door luchtvaartmaatschappij

In deze zaak, die op 1 augustus 2000 voor de Rechtbank Haarlem werd behandeld, heeft de eiseres, de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid Reis- en Passagebureau Select International B.V., h.o.d.n. Opera Select, een kort geding aangespannen tegen de gedaagde, Koninklijke Luchtvaartmaatschappij KLM B.V., h.o.d.n. KLM Benelux. De eiseres vorderde dat KLM ervoor zou zorgen dat de bagage van haar reizigers met hetzelfde vliegtuig zou worden vervoerd. KLM verweerde zich door te stellen dat zij niet kon garanderen dat de bagage altijd met hetzelfde vliegtuig meereist als de passagiers, en verwees naar haar vervoersvoorwaarden waarin staat dat dit alleen gebeurt tenzij het onpraktisch is. De president van de rechtbank oordeelde dat KLM in haar vervoersvoorwaarden een duidelijke toezegging had gedaan en dat er een gerechtvaardigde vrees bestond dat KLM niet aan deze verplichting zou voldoen, gezien eerdere ervaringen van de eiseres waarbij bagage niet met de passagiers meereisde.

De rechtbank overwoog verder dat KLM's beroep op het Verdrag van Warschau niet opging, omdat een dwangsom geen schadevergoeding is, maar een prikkel tot nakoming. De president besloot dat KLM veroordeeld moest worden om ervoor te zorgen dat de bagage van de reizigers meevertrekt met de desbetreffende vlucht en dat er een dwangsom van 5.000 gulden per koffer zou worden opgelegd voor het geval dit niet zou gebeuren. KLM werd ook veroordeeld in de proceskosten van de eiseres. Het vonnis werd uitvoerbaar bij voorraad verklaard, en het meer of anders gevorderde werd afgewezen.

Uitspraak

ARRONDISSEMENTSRECHTBANK TE HAARLEM
Zaaknr: 67216 / KG ZA 00-425
Vonnisdatum: 1 augustus 2000
Uittreksel uit het audiëntieblad van de openbare terechtzit-ting in kort geding van 1 augustus 2000, tegenwoor-dig mr C.J.J. van Maanen, fungerend-president en mr H.E. van Erp-van Harten als griffier.
In de zaak van:
de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid REIS- EN PASSAGEBUREAU SELECT INTERNATIONAL B.V., tevens h.o.d.n. Opera Select,
gevestigd en kantoorhoudende te Utrecht,
eiseres,
procureur mr R. Mulder
advocaat mr F.S.P. van der Wal te Utrecht,
--tegen--
de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
KO-NINKLIJKE LUCHTVAARTMAATSCHAPPIJ B.V., h.o.d.n. KLM Benelux,
gevestigd te Amstelveen en filiaalhoudende te Hoofddorp, gemeente Haarlemmermeer,
gedaagde,
procureur mr P. Heidinga,
advocaat mr M.A.W. van Maanen te Rotterdam.
(partijen hierna ook aan te duiden als "Opera Select", respec-tievelijk "KLM")
is aanstonds het navolgende vonnis uitgesproken:
1. BEOORDELING
1.1 KLM heeft desgevraagd verklaard geen punt te maken van het feit dat Opera Select de onderhavige vordering heeft ingesteld ten behoeve van haar reizigers.
1.2 KLM heeft zich tegen de vordering verweerd door te stellen dat zij niet kan garanderen dat de bagage met hetzelfde vliegtuig meegaat als de passagiers. Ten aanzien van dit verweer merkt de president op dat KLM dan in haar vervoersvoorwaarden had dienen op te nemen dat zij haar uiterste best zal doen om de bagage met hetzelfde vliegtuig te vervoeren als de passagiers. In de vervoersvoorwaarden van KLM staat echter onder artikel 9 lid 4 sub e: "Geregistreerde bagage zal met hetzelfde luchtvaartuig worden vervoerd als de passagier, tenzij vervoerder besluit dat dat onpraktisch is, in welk geval de bagage zal worden vervoerd op de veiligste en snelste manier redelijkerwijs mogelijk." Dit is een keiharde toezegging en kan in lekentaal een garantie worden genoemd.
1.3 Mr van der Wal heeft terecht opgemerkt dat de rechter tot nakoming moet veroordelen, indien dit wordt gevorderd (artikel 3:296 Burgerlijk Wetboek). Eveneens heeft mr Van der Wal gelijk als hij zegt dat de rechter op de veroordeling tot nakoming een dwangsom kan stellen.
1.4 Voor beide veroordelingen moet evenwel een belang aanwezig zijn. Van dit belang is genoegzaam gebleken. Op grond van de eerdere ervaringen van Opera Select - vier achtereenvolgende vluchten, waarbij de bagage (deels) niet met hetzelfde vliegtuig meeging - is er een gerechtvaardigde vrees dat KLM ook bij de komende vluchten niet als vanzelfsprekend aan haar verplichting zal voldoen.
1.5 KLM heeft nog aangevoerd dat op grond van het dwingendrechtelijke Verdrag van Warschau de aansprakelijkheid van de luchtvaartmaatschappij voor vertragingsschade is beperkt. Dat is hier echter niet aan de orde. Een dwangsom is geen schadevergoeding, doch een prikkel tot nakoming. Als de prikkel werkt, wordt er nagekomen en treedt er geen schade in. Sterker nog: hoe hoger de dwangsom - bijvoorbeeld 1 miljoen gulden per koffer - des te waarschijnlijker wordt het dat KLM er in zal slagen haar toezegging na te komen, en aldus schade te voorkomen. Dit geeft echter geen aanleiding om een hogere dwangsom op te leggen dan de gevorderde.
1.6 Tenslotte heeft KLM nog gezegd bij de bagageafhandeling afhankelijk te zijn van hulppersonen. Dit doet echter niet af aan haar verplichting tot nakoming van de in haar vervoersvoorwaarden gedane toezegging.
1.7 Een beroep op overmacht valt uit het verweer van KLM niet op te maken. Dit zou ook moeilijk al bij voorbaat, wanneer de tekortkoming nog niet bestaat, kunnen. Mr Van der Wal heeft er bovendien terecht op gewezen dat, indien voldoening aan de hoofdveroordeling 'onmogelijk' blijkt te zijn geweest, artikel 611d Rechtsvordering een onsnappingsmogelijkheid biedt. In dat geval kan KLM immers op grond van dit artikel de rechter vragen de dwangsom op te heffen of te verminderen.
1.8 Mitsdien zal het primair gevorderde worden toegewezen, met veroordeling van KLM als de in het ongelijk gestelde partij in de proceskosten.
2. BESLISSING
De president:
2.1 Veroordeelt KLM om ervoor zorg te dragen dat de bagage van de aan de uitgebrachte dagvaarding gehechte lijst van personen, betreffende de eveneens aan die dagvaarding aangehechte lijst van vluchten van KLM vanaf Schiphol, meevertrekt met de desbetreffende vlucht.
2.2 Bepaalt dat KLM na betekening van dit vonnis een dwangsom verbeurt van ¦ 5.000,-- voor iedere koffer die niet met de desbetreffende vlucht meekomt en aankomt op de plaats van bestemming.
2.3 Veroordeelt KLM in de kosten van dit geding, tot aan de uitspraak van dit vonnis aan de zijde van Opera Select begroot op ¦ 400,-- vermeerderd met de exploitkosten zoals op de uitgebrachte dagvaarding vermeld aan verschotten, en op ¦ 1.500,- aan salaris van de procureur.
2.4 Verklaart dit vonnis uitvoerbaar bij voorraad.
2.5 Wijst af het meer of anders gevorderde.
Waarvan proces-verbaal,