ECLI:NL:RBGRO:2012:BY7766
Rechtbank Groningen
- Wraking
- Rechtspraak.nl
Wrakingsverzoek tegen rechter mr. C. van den Noort in de zaak FIDEAAL B.V. tegen [A]
In deze zaak heeft verzoeker op 23 juli 2012 een wrakingsverzoek ingediend tegen mr. C. van den Noort, rechter bij de Rechtbank Groningen, in een civiele procedure tussen FIDEAAL B.V. en [A]. Het wrakingsverzoek werd behandeld op 10 augustus 2012 door de meervoudige wrakingskamer, bestaande uit mr. R.B.M. Keurentjes, mr. M. Griffioen en mr. F. de Jong. Verzoeker was niet ter zitting verschenen, noch mr. Van den Noort. Verzoeker stelde dat de rechter partijdig was, omdat hij meer dan vier weken uitstel had verleend aan de wederpartij, wat volgens verzoeker in strijd was met het rolreglement. Mr. Van den Noort betwistte de beschuldigingen en stelde dat de aanhouding van de zaak gerechtvaardigd was, gezien het lopende wrakingsverzoek.
De rechtbank oordeelde dat de rechter op grond van artikel 36 van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering kan worden gewraakt, maar dat er uitzonderlijke omstandigheden moeten zijn die een zwaarwegende aanwijzing opleveren voor vooringenomenheid. De rechtbank concludeerde dat verzoeker geen feiten had aangedragen die wezenlijk bewijs zouden leveren voor de gestelde vooringenomenheid van mr. Van den Noort. De rechtbank merkte op dat het wrakingsinstrument niet bedoeld is om procesrechtelijke beslissingen aan te vechten of als pressiemiddel te gebruiken.
Uiteindelijk werd het wrakingsverzoek afgewezen, en de rechtbank bepaalde dat een volgend wrakingsverzoek in deze zaak niet meer in behandeling zou worden genomen, gezien het misbruik van het wrakingsinstrument door verzoeker. De hoofdzaak zou worden voortgezet in de stand waarin deze zich bevond ten tijde van het indienen van het wrakingsverzoek. De beslissing werd openbaar uitgesproken op 17 augustus 2012.