RECHTBANK GRONINGEN
Sector kanton
Zaak\rolnummer: 509032 VV EXPL 11-79
Vonnis in kort geding van 19 juli 2011
de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid Deli XL B.V.,
statutair gevestigd te Almere, onder meer zaakdoende te Groningen,
eiseres, hierna Deli XL te noemen,
gemachtigde: mr. J.E. van der Wolf, advocaat ten kantore van Van Loon & Van der Wolf advocaten te Soest,
Q.,
wonende te [adres],
gedaagde, hierna Q. te noemen,
gemachtigde: mr. G. Berghuis, advocaat ten kantore van Yspeert vwl advocaten te Drachten.
Op de in de inleidende dagvaarding genoemde gronden heeft Deli XL (zakelijk weergegeven) bij wijze van voorlopige voorziening en voor zover mogelijk uitvoerbaar bij voorraad gevorderd om Q.:
- te verbieden tot 1 mei 2012 werkzaamheden te verrichten voor zover dit in strijd is met het tussen haar en Deli XL overeengekomen non-concurrentiebeding;
- te veroordelen om aan Deli XL een dwangsom te betalen van € 2.500,00 voor iedere overtreding van het aan haar op te leggen verbod;
- te veroordelen om aan Deli XL een bedrag van € 5.000,00, vermeerderd met rente, te betalen ter zake van de overtredingen van het concurrentiebeding ten aanzien van Kwalitaria de Wichter en Visrestaurant het Gemeenthuis;
- te veroordelen in de proceskosten.
De mondelinge behandeling heeft plaatsgevonden op 12 juli 2011. Voorafgaand aan de zitting heeft Q. producties in het geding gebracht. Partijen (Deli XL vertegenwoordigd door [naam], [naam] en [naam]) zijn ter zitting verschenen, waarbij zij mede aan de hand van de door hun gemachtigde opgestelde pleitaantekeningen hun wederzijdse standpunten (nader) uiteen hebben gezet. Van het verhandelde is door de griffier aantekening gehouden.
Na afloop van de mondelinge behandeling is vonnis bepaald, waarvan de uitspraak is vastgesteld op heden.
1.1. Op 26 maart 2002 is Q. bij Deli XL in dienst getreden in de functie van telefoniste/receptioniste op de vestigingsplaats Groningen. Laatstelijk was Q. op basis van een arbeidsovereenkomst voor onbepaalde tijd werkzaam in de functie van medewerker verkoop binnendienst, welke functie vanaf 7 februari 2008 is uitgebreid met het ondersteunen van de speciaal facturering, debiteurenbeheer en overige ondersteunende werkzaamheden.
1.2. Per 13 juli 2008 hebben partijen op de arbeidsovereenkomst schriftelijk aanvullende afspraken gemaakt. Daarbij is onder meer het volgende concurrentiebeding overeengekomen:
"Het is u verboden na het einde van de arbeidsovereenkomst gedurende een tijdvak van een jaar, binnen de regio met postcodegebied 9100 t/m 9199 (uitsluitende Schiermonnikoog), 9300 t/m 9399, 9600 t/m 9999, 9400 t/m 9409, 9450 t/m 9459, 9460 t/m 9469 (exclusief Gieten en Gasselte), 9470 t/m 9499 in enigerlei vorm, een zaak of organisatie gelijk, gelijksoortig of aanverwant aan het bedrijf van werkgever te vestigen, te drijven of mede te drijven, hetzij direct hetzij indirect, alsook financieel in welke vorm ook bij een dergelijke zaak of organisatie belang te hebben, daarin of daarvoor op enigerlei wijze werkzaam te zijn, al dan niet in dienstbetrekking hetzij tegen vergoeding hetzij om niet, of om daarin aandeel te hebben."
1.3. Verder is de volgende sanctie overeengekomen:
"Bij overtreding van de hierboven omschreven verboden verbeurt de werknemer ten behoeve van de werkgever, zonder dat ingebrekestelling noodzakelijk is, een direct opeisbare niet voor matiging vatbare boete van € 2.500,00 voor iedere overtreding, welke boete zal worden verhoogd met een bedrag van € 500,00 voor elke dag dat de overtreding voortduurt. Deze boete laat onverlet het recht van de werkgever om nakoming van de verboden te vorderen en/of volledige schadevergoeding te vragen."
1.4. Per 1 mei 2011 is Q. bij ActiFood in dienst getreden als medewerker debiteuren. ActiFood is gevestigd te Oosterwolde en valt buiten de in het concurrentiebeding vermelde postcodegebieden.
1.5. Bij brief van haar gemachtigde van 10 juni 2011 heeft Deli XL Q. gesommeerd om binnen een week te bevestigen dat zij zich aan het beding zal houden en daarnaast om de tweemaal verbeurde boetes te betalen. Q. heeft niet gereageerd op deze brief, noch de boetes betaald.
2.1. In essentie zijn partijen in debat over de wijze waarop het concurrentiebeding moet worden uitgelegd.
2.2. Waar nodig zal hierna nader op de stellingen van partijen worden ingegaan.
3.1. De aard van de vordering brengt mee dat Deli XL daarbij een spoedeisend belang heeft.
3.2. De gevorderde voorlopige voorziening komt slechts voor toewijzing in aanmerking als in dit geding aan de hand van de thans bekende feiten en omstandigheden met voldoende mate van zekerheid kan worden aangenomen dat de vordering van Deli XL in een eventueel tussen partijen nog te voeren bodemprocedure tot een toewijzing zal leiden.
3.3. Deli XL heeft aan haar vordering ten grondslag gelegd dat Q. in strijd met het concurrentiebeding handelt. Hoewel het haar op grond van het beding niet verboden is bij Actifood in dienst te zijn, is het haar volgens Deli XL niet toegestaan om vanuit die positie klanten van Deli XL te benaderen die zich bevinden binnen de in het beding vermelde postcodegebieden.
3.4. Q. betwist dat zij in strijd handelt met het concurrentiebeding, omdat uit het beding niet volgt en zij ook niet heeft hoeven begrijpen dat het haar verboden is om klanten binnen bedoeld postcodegebied te benaderen. Het beding verbiedt haar kort gezegd immers enkel werkzaam te zijn voor een bedrijf dat is gevestigd binnen die regio's. Bovendien betwist zij dat zij klanten heeft benaderd met de intentie deze over te laten stappen naar haar nieuwe werkgever.
3.5. De kantonrechter overweegt dat het bij de uitleg van een concurrentiebeding ingevolge vaste jurisprudentie naast de zuiver taalkundige bewoordingen van het beding ook aankomt op de zin die partijen in de gegeven omstandigheden over en weer redelijkerwijs aan het concurrentiebeding mochten toekennen en op hetgeen zij te dien aanzien van elkaar mochten verwachten.
3.6. In dit geval staat echter als door Deli XL gesteld vast dat onderhavig beding eenzijdig door haar is opgesteld zonder overleg met Q. Bovendien moet daarnaast als door Q. gesteld en door Deli XL niet weersproken worden vastgesteld dat Q. bij het aangaan van het beding noch daarna een toelichting heeft gekregen van Deli XL over de uitleg van het beding.
3.7. De omstandigheid dat Q. niet betrokken is geweest bij de inhoud en de totstandkoming van het concurrentiebeding, brengt mee dat de bedoelingen van partijen - voor zover deze niet uit het beding kenbaar zijn - geen rol spelen. Voor de uitleg van het beding zijn de zuiver taalkundige bewoordingen waarin het beding is opgesteld in dit geval daarom van doorslaggevende betekenis.
Nu het beding eenzijdig en op initiatief van Deli XL is opgesteld, mag van haar worden verwacht om het beding duidelijk te formuleren. Gelet op het zwaarwegende persoonlijke belang van de werknemer, geldt dan ook dat eventuele onduidelijkheden ten gunste van Q. moeten worden uitgelegd.
3.8. De in het concurrentiebeding gekozen formulering biedt naar het voorlopig oordeel van de kantonrechter geen aanknopingspunt voor de door Deli XL voorgestane uitleg. Uit de bewoordingen van het beding kan niet althans niet duidelijk en ondubbelzinnig worden afgeleid dat het Q. is verboden om uit hoofde van haar functie bij Actifood relaties van Deli XL te benaderen die zich bevinden binnen het in het beding genoemd werkgebied. Uit de bewoordingen is slechts af te leiden dat het Q. verboden is om zich te vestigen binnen bedoeld werkgebied dan wel werkzaam te zijn voor een onderneming die binnen dat gebied is gevestigd.
3.9. Hoewel de kantonrechter begrijpt dat Deli XL er belang bij heeft dat haar klanten niet door haar ex-werknemers worden benaderd en het haar voor ogen heeft gestaan om tegen dergelijk handelen met onderhavig beding op te treden, heeft Q. gelet op de formulering van het beding een uitleg als door Deli XL bedoeld niet kunnen en ook niet hoeven begrijpen. Om te voorkomen dat ex-werknemers klanten van Deli XL benaderen had het naar het voorlopige oordeel van de kantonrechter op haar weg gelegen om naast het concurrentiebeding een afzonderlijk relatiebeding met Q. overeen te komen.
3.10. Op grond van het voorgaande acht de kantonrechter het voorshands aannemelijk dat de bodemrechter zal oordelen dat de in het beding vermelde postcodegebieden enkel betrekking hebben op de vestigingsplaats van de werknemer zelf of van de onderneming waarvoor de werknemer werkzaamheden uitoefent. Voor zover daarom al vast zou komen te staan dat Q. klanten van Deli XL heeft benaderd met het doel deze klant te laten worden bij Actifood, hetgeen overigens gemotiveerd is betwist door Q., wordt daarmee niet het tussen partijen overeengekomen beding overtreden.
3.11. Overigens overweegt de kantonrechter dat vraagtekens te plaatsen zijn bij het belang dat Deli XL heeft bij de voorziening om Q. te verbieden werkzaamheden te verrichten voor zover dit in strijd is met het concurrentiebeding. Tussen partijen is immers in confesso dat dit beding van toepassing is. Reeds op grond van dat van toepassing zijnde beding heeft Q. zich dan ook al aan dit verbod te houden.
3.12. De slotsom moet zijn dat de er geen grond bestaat voor toewijzing van de gevorderde voorzieningen.
3.13. Deli XL zal als de in het ongelijk gestelde partij worden veroordeeld in de proceskosten.
BESLISSING IN KORT GEDING
- wijst de gevorderde voorzieningen af;
- veroordeelt Deli XL in de kosten van het geding, aan de zijde van Q. tot aan deze uitspraak vastgesteld op € 200,00 voor salaris van de gemachtigde.
Dit vonnis is gewezen door mr. B. van den Bosch, kantonrechter, en op 19 juli 2011 uitgesproken ter openbare terechtzitting in aanwezigheid van de griffier.