ECLI:NL:RBGRO:2011:BQ8304
Rechtbank Groningen
- Wraking
- Rechtspraak.nl
Wrakingsverzoek van verzoeker tegen mr. T.F. Bruinenberg wegens misbruik van recht
In deze zaak heeft de Rechtbank Groningen op 27 april 2011 uitspraak gedaan op een wrakingsverzoek van een verzoeker tegen mr. T.F. Bruinenberg, rechter in de bestuurssector. Het verzoek was ingediend op 20 april 2011 en was gebaseerd op dezelfde gronden als een eerder verzoek dat door de rechtbank was afgewezen. De rechtbank had in een eerdere beslissing op 20 april 2011 bepaald dat een volgend wrakingsverzoek, dat gebaseerd is op dezelfde gronden, niet in behandeling zou worden genomen, omdat dit als misbruik van recht zou worden aangemerkt. De rechtbank constateerde dat het huidige verzoek geen nieuwe gronden bevatte en dat de verzoeker derhalve misbruik van recht maakte door opnieuw een verzoek in te dienen. Hierdoor werd de verzoeker niet ontvankelijk verklaard in zijn wrakingsverzoek. De rechtbank besloot dat een mondelinge behandeling van het verzoek niet nodig was en dat de procedure in de hoofdzaak, met zaaknummer AWB 10/498 WWB G, voortgezet zou worden in de stand waarin deze zich bevond ten tijde van het indienen van het wrakingsverzoek. De beslissing werd openbaar uitgesproken door de meervoudige kamer van de rechtbank, bestaande uit de rechters R.B.M. Keurentjes, L.H.A.M. Voncken en M.W. de Jonge, in aanwezigheid van griffier K. Bootsman.