ECLI:NL:RBGRO:2010:BN8516

Rechtbank Groningen

Datum uitspraak
27 mei 2010
Publicatiedatum
5 april 2013
Zaaknummer
436790 CV EXPL 09-21810
Instantie
Rechtbank Groningen
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Ontbinding huurovereenkomst en ontruiming wegens brandgevaar door omvangrijke boekenverzameling

In deze zaak vordert verhuurder Q. de ontbinding van de huurovereenkomst met huurder R. en de ontruiming van het gehuurde pand. De verhuurder stelt dat de huurder een aanzienlijke bibliotheek van ongeveer 20.000 boeken in het gehuurde houdt, wat een onaanvaardbaar brandrisico met zich meebrengt. De huurder, R., woont sinds 1 maart 1967 in de woning aan de 123straat 1 te Groningen en heeft een huurachterstand van meer dan drie maanden. Q. heeft de vordering tot ontbinding en ontruiming gebaseerd op wanprestatie, waaronder de huurachterstand, het onbevoegd verrekenen van onderhoudskosten en de verwaarlozing van de woning.

Tijdens de procedure heeft R. de achterstallige huur voldaan, maar Q. heeft zijn vordering tot ontbinding en ontruiming gehandhaafd, met de argumentatie dat het brandgevaar door de omvangrijke boekenverzameling en de verwaarlozing van de woning nog steeds aanwezig is. R. betwist de claims van Q. en stelt dat zijn bibliotheek geen brandgevaar oplevert en dat hij deze verzameling gebruikt voor zijn kennisvergroting en publicaties. Hij heeft ook aangegeven dat persoonlijke omstandigheden hem hebben belemmerd om de boeken te saneren.

De kantonrechter heeft in deze zaak besloten dat er een plaatsopneming en bezichtiging in de woning van R. moet plaatsvinden om de situatie ter plaatse te beoordelen. Dit is noodzakelijk om een beter inzicht te krijgen in het gestelde brandgevaar en de verwaarlozing. De comparitie zal ook worden gebruikt om te onderzoeken of een minnelijke schikking mogelijk is. De zaak is verwezen naar de rol voor verdere uitlating van partijen, waarbij de rechter elke verdere beslissing aanhoudt tot na de plaatsopneming.

Uitspraak

RECHTBANK GRONINGEN
Sector kanton
Locatie Groningen
Zaak\rolnummer: 436790 \ CV EXPL 09-21810
Vonnis d.d. 27 mei 2010
inzake
Q.,
wonende te [adres],
eiseres, hierna Q. te noemen,
gemachtigde mr. Y.G.C. Brummelhuis, advocaat postbus 1105, 9701 BC Groningen,
tegen
R.,
wonende te Groningen, 123straat 1,
gedaagde, hierna R. te noemen,
procederend in persoon.
PROCESGANG
De procesgang blijkt uit het volgende:
- dagvaarding
- conclusie van antwoord
- conclusie van repliek
- conclusie van dupliek
Partijen hebben producties in het geding gebracht.
Vonnis is nader bepaald op heden.
OVERWEGINGEN
1. Het geschil
In essentie gaat het in deze zaak om het volgende.
1.1 R. huurt van Q. de woning aan de 123straat 1 te Groningen. De huurprijs bedroeg laatstelijk € 567,87 per maand. Hij woont daar sinds 1 maart 1967. Per 1 juli 2003 is Q. verhuurder.
1.2 Bij inleidende dagvaarding heeft Q. zich op het standpunt gesteld dat R. zodanig toerekenbaar te kort is geschoten in de nakoming van zijn verplichtingen als huurder dat ontbinding van de huurovereenkomst en ontruiming van het gehuurde onvermijdelijk moeten worden geacht. Daarnaast heeft hij gevorderd dat R. zal worden veroordeeld tot betaling van de huurachterstand en een schadevergoeding ter zake van door de huurder te verrichten klein onderhoud, vermeerderd met proceskosten en nakosten, een en ander kosten rechtens.
1.3 De wanprestatie bestond volgens Q. uit een huurachterstand van ruim drie maanden, het onbevoegd verrekenen van onderhoudskosten aan de cv en het houden van een omvangrijke, brandgevaar veroorzakende bibliotheek van pakweg 20.000 boeken in het gehuurde en het verwaarlozen van de woning.
1.4 Na dagvaarding heeft R. de achterstallige huur, inclusief het aanvankelijk door hem ingehouden bedrag voor het onderhoud aan de cv voldaan, waarna Q. zijn vordering ter zake heeft beperkt tot de wettelijke rente.
1.5 Niettemin heeft Q. gepersisteerd in zijn vordering tot ontbinding en ontruiming op grond van voornoemd brandgevaar, de verwaarlozing en de omstandigheid dat R. de huur stelselmatig te laat betaalt. Bij conclusie van repliek heeft hij subsidiair gevorderd dat R. op straffe van een dwangsom zal worden veroordeeld om nagenoeg alle boeken - behalve een hoeveelheid die enkelrijs twee wanden beslaat - uit de woning te verwijderen.
1.6 R. heeft de stellingen van Q. betwist. Hij is van mening dat hij de kosten voor onderhoud mocht inhouden op basis van het beleid dat de rechtsvoorganger van Q. jegens hem hanteerde. Bovendien heeft hij geponeerd dat zijn uitgebreide bibliotheek geen brandgevaar oplevert en dat hij de verzameling aanwendt om zijn honger naar kennis te stillen en om te kunnen publiceren. Ook heeft hij aangevoerd dat hij voornemens was om een fikse sanering door te voeren maar dat persoonlijke omstandigheden - gezondheidsklachten en het overlijden van een vriend met een grote boekenvoorraad - daaraan in de weg hebben gestaan. Ten slotte heeft hij er op gewezen dat hij vergroeid is geraakt met de buurt en erg hecht aan continuering van de huurovereenkomst.
2. De beoordeling
2.1 Op grond van de gedingstukken is de kantonrechter niet in staat nu reeds inhoudelijk te oordelen in dit geschil. Hij acht het geboden om ter plaatse, in de woning van R. aan de 123straat 1 te Groningen, polshoogte te nemen.
2.2 Om meer zicht te krijgen op de zaak - met name ten aanzien van het gestelde brandgevaar en de verwaarlozing - zal de kantonrechter dan ook een plaatsopneming en bezichtiging annex (inlichtingen)comparitie van partijen gelasten. Partijen dienen daarbij in persoon aanwezig te zijn.
2.3 De comparitie zal tevens worden aangewend om een minnelijke schikking tussen partijen te beproeven. Ook kan tijdens de comparitie de vraag aan de orde komen of inschakeling van een deskundige, die het gestelde brandgevaar tegen het licht kan houden, gewenst is.
2.4 De zaak zal naar de rol worden verwezen, opdat partijen schriftelijk opgave kunnen doen van hun verhinderdata gedurende de eerste drie maanden na dit vonnis. Daarna zal de griffier dag en uur bepalen.
2.5 In afwachting van de komende ontwikkelingen zal iedere verdere beslissing worden aangehouden.
BESLISSING
De kantonrechter:
gelast een gerechtelijke plaatsopneming en bezichtiging annex comparitie van partijen in de woning van R. aan de 123straat 1 te Groningen;
verwijst de zaak naar de rol van donderdag 17 juni 2010 om 11.00 uur voor uitlating partijen als bedoeld in overweging 2.4;
houdt iedere verdere beslissing aan.
Dit vonnis is gewezen door mr. A. Fokkema, kantonrechter, en uitgesproken ter openbare terechtzitting van 27 mei 2010 in tegenwoordigheid van de griffier.