ECLI:NL:RBGRO:2010:BL7309
Rechtbank Groningen
- Eerste aanleg - meervoudig
- L.W. Janssen
- P.H.M. Smeets
- M.J. Oostveen
- Rechtspraak.nl
Verdachte in TBS kliniek in bezit van kinderporno
In deze zaak heeft de Rechtbank Groningen op 11 maart 2010 uitspraak gedaan in een strafzaak tegen een verdachte die in een TBS kliniek verbleef. De verdachte, geboren op een onbekende datum en woonachtig op een onbekend adres, werd beschuldigd van het in bezit hebben van kinderporno. De rechtbank oordeelde dat de verdachte in de periode van 1 tot en met 12 januari 2009 in Groningen een CD met kinderpornografisch materiaal in zijn bezit had. Dit materiaal bestond uit zes films met afbeeldingen van minderjarige personen die seksuele gedragingen vertoonden. De rechtbank baseerde haar oordeel op verschillende getuigenverklaringen en het feit dat de verdachte zelf had erkend de CD in zijn bezit te hebben gehad. De officier van justitie eiste een veroordeling voor het in bezit hebben van kinderporno, maar vroeg vrijspraak voor het verspreiden en vervaardigen ervan, wat de rechtbank ook bevestigde. De rechtbank oordeelde dat het enkel in bezit hebben van kinderporno voldoende was voor een veroordeling. De verdediging voerde aan dat de verdachte de CD niet kon afspelen en dat hij dacht dat het om muziek ging. De rechtbank verwierp deze argumenten en oordeelde dat de verdachte opzettelijk in het bezit was van het kinderpornografisch materiaal. De rechtbank legde een geldboete op van € 750,- met vervangende hechtenis van 15 dagen, en oordeelde dat een gevangenisstraf niet wenselijk was gezien de omstandigheden van de TBS behandeling. De rechtbank benadrukte de ernst van het feit en de impact op de slachtoffers, en dat het in bezit hebben van kinderporno bijdraagt aan de instandhouding van netwerken die zich bezighouden met de verspreiding van dergelijk materiaal.