RECHTBANK GRONINGEN
Sector kanton
Zaak\rolnummer: 394226 EJ VERZ 09-49
Beschikking d.d. 29 april 2009
A.,
wonende te Haren,
verzoekster, hierna A. te noemen,
gemachtigde mr. S.G. Rissik, advocaat te Roden,
de Vereniging van Eigenaars Complex B. te Haren,
gevestigd te Haren,
verweerster, hierna de VvE te noemen,
gemachtigde mr. M.H. Rozeboom, advocaat te Groningen.
Bij verzoekschrift, ter griffie ingekomen op 3 februari 2009, heeft A. verzocht het besluit van de VvE van 5 januari 2009 om geen vergoeding/bijdrage te leveren voor de te vervangen deurdrangers en daarnaast de (2e) ingediende nota ter grootte van (bijna) € 145,00 in 2008 niet te vergoeden, nietig te verklaren/te vernietigen.
De VvE heeft op 20 april 2009 een verweerschrift ingediend, waarbij zij heeft verzocht het verzoek niet-ontvankelijk te verklaren dan wel af te wijzen, kosten rechtens.
De mondelinge behandeling is gehouden op 23 april 2009. Partijen (de VvE vertegenwoordigd door [de voorzitter] en [een bestuurslid]) en hun gemachtigden zijn ter zitting verschenen. Ook zijn verschenen [een drietal], als belanghebbenden. Van het verhandelde is door de griffier aantekening gehouden.
De beschikking is bepaald op heden.
1. Als gesteld en erkend, dan wel niet (gemotiveerd) weersproken, alsmede op grond van de in zoverre onbetwiste inhoud van de overgelegde producties staat het volgende vast.
1.1 A. is (mede-)eigenaar van het appartementsrecht omvattende het uitsluitend gebruik van de woning (inclusief berging en al hetgeen daartoe overigens behoort) aan de B. te Haren.
1.2 Bij notariële akte van 30 september 1998 heeft de splitsing plaatsgevonden van het registergoed waarvan het appartementsrecht onderdeel uitmaakt in appartementsrechten. In deze akte is integraal opgenomen het reglement van splitsing van eigendom.
1.3 In verband met de handicap van A. zijn in 1999 op verzoek van laatstgenoemde met toestemming van de VvE vier elektronische deurdrangers in de gemeenschappelijke ruimtes van het appartementencomplex geplaatst. De kosten daarvan (+ ƒ 20.000,00) zijn destijds op grond van de toenmalige Wet voorziening gehandicapten (WVG) - thans Wet maatschappelijke ondersteuning (WMO) - voor 75% door de gemeente Haren gedragen. De VvE heeft destijds besloten om maximaal ƒ 4.000,00 bij te dragen. Omdat de kosten meevielen heeft de VvE uiteindelijk ƒ 2.500,00 betaald.
1.4 De gemeente Haren betaalt op grond van de WVG/WMO de kosten van het onderhoudscontract voor de deurdrangers en 75% van de materiaalkosten. De resterende kosten worden bij A. in rekening gebracht. Op 18 april 2008 heeft de VvE besloten dat A. voortaan de nota's van de materiaalkosten bij de VvE mag declareren. Van de nota van de materiaalkosten van 21 juli 2008 heeft de VvE vervolgens € 144,88 aan A. vergoed.
1.5 In de algemene ledenvergadering van 5 januari 2009 van de VvE is aan de orde gekomen het verzoek van A. om een tweede nota aan materiaalkosten ter grootte van ongeveer € 145,00 te vergoeden. De VvE heeft op die vergadering besloten dat deze nota niet wordt vergoed. Op dezelfde ledenvergadering heeft de VvE, naar aanleiding van een verzoek daartoe door A., besloten om geen vergoeding/bijdrage te geven voor de vervanging van twee deurdrangers.
1.6 De kosten van de vervanging van de twee deurdrangers bedragen € 3.244,80 exclusief BTW. Naar aanleiding van een verzoek daartoe door A. heeft de gemeente Haren besloten dat A. op zich recht heeft op een financiële tegemoetkoming (op grond van de WMO); haar eigen bijdrage over 2008 is gezien het inkomen van A. en haar partner voorlopig vastgesteld op € 214,72 per periode van vier weken.
2. A. heeft verzocht het besluit van de VvE van 5 januari 2009 nietig te verklaren/te vernietigen op grond van strijd met de redelijkheid en billijkheid dan wel met een reglement.
Volgens de VvE heeft zij het besluit op goede gronden genomen, zodat het verzoek dient te worden afgewezen.
3. De kantonrechter oordeelt als volgt.
4. De VvE heeft in haar verweerschrift aangegeven dat het besluit op de vergadering van 5 januari 2009 tot weigering om een tweede nota aan materiaalkosten ter grootte van ongeveer € 145,00 te vergoeden, is herzien en dat de nota alsnog zal worden vergoed. A. heeft dit niet betwist, zodat daarvan moet worden uitgegaan. Het verzoek moet daarom worden geacht niet meer tegen dat besluit gericht te zijn. Waar hierna over het besluit wordt gesproken wordt daarmee dan ook bedoeld het besluit van de VvE om geen vergoeding/bijdrage te geven voor de vervanging van twee (elektronische) deurdrangers.
5. A. beroept zich zowel op de nietigheid als op de vernietigbaarheid van het besluit. Zij heeft evenwel niet aangevoerd om welke reden het besluit nietig zou zijn. Wel voert zij aan dat er sprake is van strijd met de redelijkheid en billijkheid dan wel met een reglement. Omdat in artikel 2:15 BW is bepaald dat een besluit als het onderhavige op deze gronden vernietigd kan worden - en dus niet dat dit nietigheid meebrengt -, houdt de kantonrechter het ervoor dat het verzoek enkel ziet op de vernietiging van het besluit.
6. Met betrekking tot de gestelde strijd met een reglement, heeft A. niet gesteld welk reglement zij bedoelt. Aangenomen moet daarom worden dat zij doelt op het in de splitsingsakte opgenomen reglement van splitsing van eigendom (hiervoor genoemd onder 1.2). Op grond van artikel 5:129 lid 2 BW kan onder een reglement als bedoeld in artikel 2:15 lid 1 onder c BW evenwel niet een splitsingsreglement worden verstaan. Ter beoordeling ligt daarom nog slechts voor de vraag of er sprake is van strijd met de redelijkheid en billijkheid.
7. Allereerst is in dit verband van belang dat de elektronische deurdrangers in 1999 zijn geplaatst in verband met de handicap van A. Zonder haar handicap zou de plaatsing achterwege zijn gebleven. Dit wijst dan ook op een individuele voorziening ten behoeve van A. Dat daarvan sprake is, volgt ook uit de omstandigheid dat de WMO - evenals voorheen de WVG - voor een dergelijke voorziening voorziet in een financiële tegemoetkoming. Dat de deurdrangers in de gemeenschappelijke ruimten zijn geplaatst, maakt naar het oordeel van de kantonrechter niet zondermeer dat hier sprake is van een gemeenschappelijke voorziening. Weliswaar maken ook de andere bewoners van het appartementencomplex gebruik van de elektronische deurdrangers, maar ook dat leidt naar het oordeel van de kantonrechter niet tot bedoelde gemeenschappelijkheid. Uit het verhandelde ter zitting is namelijk gebleken dat door de aanwezigheid van deze deurdrangers de deuren slechts met moeite handmatig - dat wil zeggen zonder gebruikmaking van de knop aan de binnenkant en de elektronische sleutel aan de buitenkant - geopend kunnen worden. Onder die omstandigheid kan aan de VvE dan ook niet worden tegengeworpen dat ook de andere bewoners gebruik maken van de elektronische deurdrangers. Feitelijk hebben zij immers geen andere keus.
8. Het voorgaande betekent dat hier naar het oordeel van de kantonrechter sprake is van een individuele voorziening ten behoeve van A., zodat als uitgangspunt geldt dat de VvE niet hoeft bij te dragen in de kosten van de vervanging van de twee elektronische deurdrangers. Ondanks het individuele karakter kan de redelijkheid en billijkheid als bedoeld in artikel 2:8 BW meebrengen dat van de VvE toch redelijkerwijs een bijdrage in de kosten van vervanging kan worden verlangd, maar gezien het navolgende bestaat daarvoor in het onderhavige geval geen aanleiding.
9. Allereerst overweegt de kantonrechter dat de omstandigheid dat de door de gemeente Haren vastgestelde eigen bijdrage van A. zodanig hoog is dat zij feitelijk niet in aanmerking komt voor een tegemoetkoming, voor de beoordeling van dit geschil niet relevant is en dat de gevolgen daarvan niet zondermeer op de VvE kunnen worden afgewenteld. Verder heeft A. weliswaar (onweersproken) aangevoerd dat het onjuiste gebruik van de elektronische deurdrangers door anderen beschadiging van de deurdrangers tot gevolg heeft, maar omdat de VvE op de ledenvergadering van 18 april 2008 heeft besloten dat A. voortaan de kosten van de nota's van de materiaalkosten bij haar mag declareren, komen de gevolgen van het onjuiste gebruik van de deurdrangers al voor rekening van de VvE. Gezien het feit dat de VvE in de procedure heeft verklaard de nota van € 145,00 te vergoeden, gaat de kantonrechter ervan uit dat zij ook in de toekomst haar toezegging van 18 april 2008 gestand zal doen.
10. A. heeft geen andere feiten of omstandigheden aangevoerd die de conclusie rechtvaardigen dat de VvE naast de reparatiekosten - voor zover de gemeente Haren daarin niet bijdraagt - ook nog eens in de vervangingskosten zou moeten bijdragen.
11. Gezien het voorgaande kan het besluit van de VVE naar het oordeel van de kantonrechter dan ook onverkort in stand blijven.
12. A. zal, als de in het ongelijk gestelde partij, in de proceskosten worden veroordeeld.
veroordeelt de A. in de kosten van het geding, aan de zijde van de VvE tot aan deze uitspraak vastgesteld op € 300,00 voor salaris van de gemachtigde.
Deze beschikking is gegeven door mr. G.R. van Baak-Klijnsma, kantonrechter, en uitgesproken ter openbare terechtzitting van 29 april 2009 in aanwezigheid van de griffier.