ECLI:NL:RBGRO:2008:BD2886
Rechtbank Groningen
- Eerste aanleg - meervoudig
- R.B.M. Keurentjes
- D.A. Flinterman
- G.J.J. Smits
- Rechtspraak.nl
Wraking van een rechter wegens onterecht verleend uitstel van comparitie
Op 28 mei 2008 heeft de Rechtbank Groningen uitspraak gedaan in een wrakingszaak. Verzoekers, vertegenwoordigd door mr. R.J. Skála, hebben mr. W.J.A.M. Dijkers gewraakt omdat zij van mening zijn dat hij onterecht uitstel heeft verleend voor een comparitie die op 31 maart 2008 zou plaatsvinden. Dit uitstel werd verleend op verzoek van Plassania Beheer B.V., vertegenwoordigd door mr. O. Hammerstein, zonder dat verzoekers daarover waren gehoord. De verzoekers stellen dat deze gang van zaken in strijd is met het rolreglement en hen onterecht bevoordeelt, omdat Plassania hierdoor de kans krijgt om een conclusie van antwoord in reconventie in te dienen.
De rechtbank heeft in haar beslissing op het wrakingsverzoek vastgesteld dat mr. Dijkers geen bemoeienis heeft gehad met de beslissing om uitstel te verlenen, welke beslissing door een medewerker van de griffie is genomen. De rechtbank oordeelt dat verzoekers geen feiten of omstandigheden hebben aangedragen die wijzen op vooringenomenheid van mr. Dijkers. De rechtbank benadrukt dat een rechter uit hoofde van zijn aanstelling vermoed wordt onpartijdig te zijn, tenzij er uitzonderlijke omstandigheden zijn die dit tegenspreken. De rechtbank concludeert dat er geen zwaarwegende aanwijzingen zijn voor een vooringenomenheid van mr. Dijkers en wijst het wrakingsverzoek af.
De beslissing houdt in dat het proces in de hoofdzaak wordt voortgezet in de stand waarin het zich bevond ten tijde van het indienen van het wrakingsverzoek. De rechtbank beveelt onverwijlde mededeling van deze beslissing aan de verzoekers, mr. Dijkers en het Openbaar Ministerie.