ECLI:NL:RBGRO:2008:BC4337
Rechtbank Groningen
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Beroep tegen besluit UWV inzake WIA-uitkering en medische beoordeling
In deze zaak heeft eiseres beroep ingesteld tegen een besluit van het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen (UWV) van 28 september 2006, waarin haar bezwaar tegen een eerder besluit van 17 maart 2006 werd afgewezen. Dit eerdere besluit weigerde eiseres een uitkering op grond van de Wet werk en inkomen naar arbeidsvermogen (WIA) toe te kennen, omdat zij vanaf 20 februari 2006 in staat werd geacht meer dan 65% van haar maatmaninkomen te verdienen. Eiseres, die als medewerkster in een callcenter werkte, had zich op 23 februari 2004 ziek gemeld met vermoeidheidsklachten en stelde dat de medische beoordeling door de verzekeringsarts onvoldoende was. Tijdens de zitting op 24 januari 2008 heeft eiseres haar standpunt toegelicht, waarbij zij werd bijgestaan door haar gemachtigde, mr. M.M. Mok. De rechtbank heeft vastgesteld dat er een aanzienlijk verschil was in de aanname van beperkingen tussen de bedrijfsarts en de verzekeringsarts. De rechtbank oordeelde dat de bezwaarverzekeringsarts onvoldoende zorgvuldig had gehandeld door geen contact op te nemen met de bedrijfsarts, wat leidde tot een onzorgvuldig onderzoek. De rechtbank verklaarde het beroep gegrond, vernietigde het bestreden besluit en droeg het UWV op om een nieuw besluit te nemen met inachtneming van de overwegingen in deze uitspraak. Tevens werd het UWV veroordeeld tot betaling van de proceskosten van eiseres, vastgesteld op € 650,88.