ECLI:NL:RBGRO:2006:AY5103
Rechtbank Groningen
- Eerste aanleg - meervoudig
- R.P. van Eerde
- M.M. Beije
- C.L.B. Kocken
- Rechtspraak.nl
Voortzetting van de ISD-maatregel ondanks gebreken bij de tenuitvoerlegging
In deze zaak heeft de Rechtbank Groningen op 13 juli 2006 uitspraak gedaan over de voortzetting van de ISD-maatregel voor een veroordeelde, geboren in 1962 en thans gedetineerd in PI Noord, PI de Grittenborgh. De veroordeelde had eerder een gevangenisstraf van vier maanden opgelegd gekregen, samen met de ISD-maatregel, bij vonnis van 2 december 2004. Hij had op 14 december 2004 hoger beroep ingesteld, maar dit beroep op 22 maart 2005 ingetrokken. Tijdens de zitting zijn de officier van justitie en de raadsman van de veroordeelde, mr. M.C. van Linde, gehoord.
De rechtbank constateert dat er gebreken zijn geweest in de tenuitvoerlegging van de ISD-maatregel, zoals het laat opstellen van een verblijfsplan en het aanbieden van programma's. Desondanks heeft de veroordeelde ervoor gekozen om geen bezwaar of beklag te doen tegen deze gebreken. Uit informatie van de inrichting blijkt dat er wel degelijk pogingen zijn gedaan om de veroordeelde te laten deelnemen aan de programma's, maar hij heeft herhaaldelijk zijn deelname gestaakt of in onvoldoende mate deelgenomen. De rechtbank oordeelt dat de veroordeelde weigerachtig is tot deelname aan de programma's, en dat de gebreken in de tenuitvoerlegging niet afdoen aan de noodzaak van voortzetting van de ISD-maatregel.
De raadsman heeft aangevoerd dat de voortzetting van de maatregel in strijd is met verschillende artikelen van de Penitentiaire Beginselenwet en het Europees Verdrag van de Rechten van de Mens. De officier van justitie heeft echter geconcludeerd tot voortzetting van de maatregel, omdat de houding van de veroordeelde heeft geleid tot een gebrek aan behandeling van zijn problematiek. De rechtbank is van oordeel dat, gezien de omstandigheden, de voortzetting van de ISD-maatregel noodzakelijk is voor de beveiliging van de maatschappij. De rechtbank beslist dan ook dat de tenuitvoerlegging van de ISD-maatregel moet worden voortgezet.