ECLI:NL:RBGRO:2005:AS5573

Rechtbank Groningen

Datum uitspraak
8 februari 2005
Publicatiedatum
4 april 2013
Zaaknummer
18/045081-04
Instantie
Rechtbank Groningen
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - meervoudig
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Vrijspraak van valsheid in geschrift en gebruik van echte merken door HempFlax Agro B.V.

In deze zaak heeft de Rechtbank Groningen op 8 februari 2005 uitspraak gedaan in een strafzaak tegen HempFlax Agro B.V. De rechtbank heeft de rechtspersoon vrijgesproken van de tenlastegelegde feiten, die onder andere betrekking hadden op valsheid in geschrift en het gebruik van echte merken voor goederen waarvoor deze merken niet bestemd waren. De feiten vonden plaats in de periode van 1 april 2003 tot en met 25 september 2003, waarbij de rechtbank vaststelde dat de directeur en bedrijfsleider van HempFlax handelingen verrichtten die aan de rechtspersoon konden worden toegerekend. Echter, het oogmerk of opzet, ook in voorwaardelijke vorm, werd niet bewezen geacht. De rechtbank concludeerde dat de bedrijfsvoering van HempFlax Agro B.V. chaotisch was, met een gebrek aan duidelijke communicatie en een actuele voorraadadministratie. Dit leidde tot verwarring over de geleverde zaden, waarbij in enkele gevallen valse of vervalste documenten waren gebruikt. De rechtbank oordeelde dat, hoewel de handelingen niet in overeenstemming waren met de werkelijkheid, er geen bewijs was voor opzet of oogmerk om te frauderen. De rechtbank sprak de verdachte vrij van de tenlastegelegde feiten, omdat niet wettig en overtuigend bewezen was dat de gedragingen aan de rechtspersoon konden worden toegerekend.

Uitspraak

RECHTBANK GRONINGEN
sector strafrecht
parketnummer: [nummer]
datum uitspraak: 8 februari 2005
op tegenspraak
raadsman: mr. G.W. Breuker
VONNIS
van de rechtbank te Groningen, meervoudige kamer voor strafzaken, in de zaak tegen:
HempFlax Agro B.V.,
gevestigd te [adres]
Dit vonnis is gewezen naar aanleiding van het onderzoek op de terechtzittingen van 28 september 2004, 11 januari 2005, 21 januari 2005 en 25 januari 2005.
TENLASTELEGGING
Aan de verdachte is ten laste gelegd: dat
1.
zij in de gemeente Pekela en/of elders in Nederland, op verschillende tijdstippen, althans eenmaal, in of omstreeks de periode van 1 april 2003 tot en met 25 september 2003, althans in 2003, (telkens) tezamen en in vereniging met anderen of een ander, althans alleen, (telkens) een Factuur zaaizaad hennep 2003 van HempFlax Agro B.V., gericht aan of bestemd voor een teler van vezelhennep, en/of een VRACHTNOTA, met als afzender HempFlax Agro B.V., gericht aan een teler van vezelhennep (elk) zijnde (een) geschriften/geschrift, die/dat bestemd waren/was om tot bewijs van enig feit te dienen, valselijk heeft opgemaakt of vervalst, althans valselijk heeft doen of laten opmaken of vervalsen immers hebben/heeft verdachte en/of verdachtes mededader(s) daar toen (telkens) valselijk op die Factuur achter Ras vermeld, althans doen of laten vermelden:
Futura of Felina en/of op die VRACHTNOTA onder inhoud (soort der goederen) vermeld, althans doen of laten vermelden: Futura of Felina, terwijl in werkelijkheid (telkens) ongecertificeerd zaaizaad van het ras USO 31 aan die betreffende teler van vezelhennep werd of was (af)geleverd, zulks (telkens) met het oogmerk om die/dat geschrift(en) als echt en onvervalst te gebruiken of door anderen te doen gebruiken;
art 225 lid 1 Wetboek van Strafrecht
althans, indien terzake van het vorenstaande geen veroordeling mocht volgen, dat
zij in de gemeente Pekela en/of elders in Nederland, op verschillende tijdstippen, althans eenmaal, in of omstreeks de periode van 1 april 2003 tot en met 25 september 2003, althans in 2003, (telkens) tezamen en in vereniging met anderen of een ander, althans alleen, (telkens) (telkens) opzettelijk gebruik heeft gemaakt, althans gebruik heeft doen of laten maken, van
- een valse of vervalste Factuur zaaizaad hennep 2003 van HempFlax Agro B.V., gericht aan of bestemd voor een teler van vezelhennep en/of
- een valse of vervalste VRACHTNOTA, met als afzender HempFlax Agro B.V., gericht aan een teler van vezelhennep
(elk) zijnde (een) geschrift(en) die/dat bestemd waren/was om tot bewijs van
enig feit te dienen, als ware(n) die/dat geschrift(en) (telkens) echt en onvervalst en/of (telkens) opzettelijk die/dat geschrift(en) hebben/heeft afgeleverd, althans doen of laten afleveren en/of voorhanden hebben/heeft gehad,
terwijl verdachte en/of verdachtes mededader(s) (telkens) wist(en) of
redelijkerwijze moest(en) vermoeden, dat die/dat geschrift(en) (telkens)
bestemd waren/was voor zodanig gebruik, bestaande die valsheid of vervalsing hierin dat (telkens) valselijk op die Factuur achter was Ras vermeld: Futura of Felina en/of op die VRACHTNOTA onder inhoud (soort der goederen) was vermeld: Futura of Felina, en bestaande dat opzettelijk gebruik maken, althans gebruik doen of laten maken en/of dat opzettelijk afleveren, althans doen of laten afleveren en/of dat opzettelijk voorhanden hebben (voor zodanig gebruik) hierin,
dat verdachte en/of verdachtes mededader(s) (telkens) die valse of vervalste Factuur (zaaizaad hennep 2003) van HempFlax Agro B.V., en/of die valse of vervalste VRACHTNOTA, met als afzender HempFlax Agro B.V., aan een teler van vezelhennep hebben/heeft afgeleverd, althans doen of laten afleveren en/of verstrekken en/of doen toekomen;
art 225 lid 2 Wetboek van Strafrecht
2.
zij in de gemeente Pekela en/of elders in Nederland, op verschillende tijdstippen, althans eenmaal, in of omstreeks de periode van 1 april 2003 tot en met 25 september 2003, althans in 2003, (telkens), tezamen en in vereniging met anderen of een ander, althans alleen, (telkens)(een) echt(e) merk(en), namelijk (telkens) een of meer certificaten, betrekking hebbende op zaaizaad van het vezelhennepras Futura 75, welke oorspronkelijk aan zakken zaaizaad van dat vezelhennepras waren/was gehecht, heeft gebruikt, althans doen of laten gebruiken, voor (een) goed(eren) of hun/zijn verpakking, waarvoor die/dat certifica(a)t(en) (telkens) niet bestemd waren/was, zulks (telkens) met het oogmerk om dat zaaizaad van dat vezelhennperas USO 31 te gebruiken of door anderen of een ander te doen gebruiken, alsof die bedoelde merken -die/dat certifica(a)t(en)- daarvoor bestemd waren/was, immers heeft verdachte en/of haar mededader(s) zakken ongecertificeerd zaaizaad van het vezelhennepras USO 31 aan telers van vezelhennep verstrekt en/of afgegeven en het daarbij doen voorkomen, dat het om zaaizaad van het vezelhennepras Futura 75 ging, en ten bewijze daarvan (tevens) die certificaten, betrekking hebbende op zaaizaad van het ras Futura 75, verstrekt en/of afgegeven, zulks met het oogmerk om dat zaaizaad van dat vezelhennepras USO 31 door die telers te laten uitzaaien in de veronderstelling dat het om zaaizaad van het vezelhennepras Futura 75 ging;
artikel 219 aanhef onder 3 Wetboek van Strafrecht
VRIJSPRAAK
De rechtbank acht niet wettig en overtuigend bewezen hetgeen verdachte in de dagvaarding onder 1 en 2 ten laste is gelegd. Verdachte zal hiervan worden vrijgesproken.
Nadere motivering
1. De rechtbank is van oordeel dat de volgende feiten en omstandigheden zijn komen vast te staan.
In 2003 zijn door ambtenaren van de Algemene Inspectiedienst (AID) van het Ministerie van Landbouw, Natuurbeheer en Visserij (LNV) controles verricht in het kader van de Regeling EG-steunverlening akkerbouwgewassen, onderdeel vezelhennep. Naar aanleiding hiervan is door de getuige-deskundige [deskundige 1], gewasinspecteur Kwekersrechtonderzoek bij het Centrum voor Genetische Bronnen (CGB) te Wageningen vastgesteld dat op een aantal gecontroleerde percelen het vezelhennepras USO 31 werd geteeld. Evenwel was door de betrokken vezelhenneptelers, op bij LASER (Dienst Landelijke service bij regelingen van het Ministerie van LNV) ingediende aanvragen voor de subsidie vezelhennep, vermeld dat op de bewuste percelen het vezelhennepras Futura 75 dan wel Chamaeleon werd geteeld. Bij LASER zijn, in dat verband, door de betrokken henneptelers bij het zaaizaad behorende certificaten overgelegd, die door HempFlax Agro B.V. aan hen waren afgegeven.
Op 18 juli 2003 heeft [deskundige 1] in persoon de aanwezigheid van USO 31 vastgesteld op de percelen van de volgende telers: [teler 1], [teler 2], [teler 3] en [teler 4]. Voorts heeft [deskundige 1] op basis van door verbalisant Terpstra (ambtenaar van de AID, tevens onbezoldigd opsporingsambtenaar) genomen foto's vastgesteld dat eveneens op het perceel van [teler 5] USO 31 werd geteeld.
Gebleken is verder dat, op de vrachtnota's en facturen die betrekking hebben op het door HempFlax Agro B.V. geleverde vezelhennepzaaizaad aan [teler 1], [teler 2], [teler 3], [teler 4] en [teler 5], telkens is vermeld "Futura", en één keer (bij [teler 4]) "Futura/Felina".
2. De rechtbank dient allereerst de vraag te beantwoorden of de tenlastegelegde gedragingen in redelijkheid kunnen worden toegerekend aan HempFlax Agro B.V.
2.1 Door het gehouden onderzoek ter terechtzitting zijn de volgende feiten en omstandigheden voldoende aannemelijk geworden:
Het door HempFlax Agro B.V. opgestelde zaaiplan voor 2003 voorzag voor een groot aantal telers in de levering van gecertificeerd zaaizaad van het ras Futura 75. Bedoelde Futura 75 was overgehouden uit 2002 en lag grotendeels opgeslagen in een container op het bedrijf. Begin 2003 bleek de Futura 75 uit de container gedeeltelijk aangetast door condens. De aangetaste Futura moest als verloren worden beschouwd. Daarop heeft de directeur van HempFlax Agro B.V., medeverdachte [verdachte 1], telefonisch opdracht gegeven de nog bruikbare Futura 75 uit de container opnieuw te laten opzakken en uit te leveren met losse certificaten. Die certificaten werden onder andere losgeknipt van de zakken met aangetast Futura-zaaizaad uit de container.
Daarnaast was in het bedrijf een partij gecertificeerd zaaizaad van het ras USO 31 (eveneens een restant uit 2002) aanwezig, van welke partij zakken beschadigd waren geraakt doordat er met een vorkheftruck tegenaan was gereden. Ten aanzien van de inhoud van deze beschadigde zakken heeft [verdachte 1] telefonisch opdracht gegeven, deze eveneens opnieuw te laten opzakken en uit te leveren met losse certificaten.
Bedoelde Futura 75 en USO 31 zijn opnieuw opgezakt in blanco zakken.
In een later stadium hebben [verdachte 1] enerzijds en de medewerkers [medewerker 1] en [medewerker 2] anderzijds een telefoongesprek gevoerd over het uit te leveren zaaizaad. Uit de ter terechtzitting afgelegde getuigenverklaringen van met name [medewerker 1] en [medewerker 2] heeft de rechtbank afgeleid dat in dat telefoongesprek een misverstand is ontstaan. [verdachte 1] heeft, sprekende over uitlevering van "USO 31", het oog gehad op gecertificeerd zaaizaad van het ras USO 31 dat nog op het bedrijf aanwezig was. Genoemde medewerkers hebben onder [verdachte 1]' woorden "USO 31" evenwel begrepen dat hij daarmee doelde op niet gecertificeerd zaaizaad van het ras USO 31 dat eveneens op het bedrijf aanwezig was.
Uit de ter terechtzitting afgelegde getuigenverklaringen van met name [medewerker 1] en [medewerker 2] - en overigens ook uit de verklaringen van de medeverdachten [verdachte 1] en [verdachte 2] -, heeft de rechtbank verder afgeleid dat op het moment van de uitlevering van het zaaizaad, zich binnen het bedrijf, door elkaar heen, blanco zakken met daarin zaaizaad van verschillende rassen bevonden, al dan niet gecertificeerd, waaronder (gecertificeerde) Futura 75, gecertificeerde USO 31 en ongecertificeerde USO 31. Verder hadden recentelijk twee bedrijfsovernames plaatsgevonden, waardoor het aantal in te zaaien hectares grond aanzienlijk was toegenomen. Daarnaast werden er door de afzonderlijke telers regelmatig wijzigingen aangebracht in het aantal hectares in te zaaien grond. Uit de diverse ter terechtzitting afgelegde getuigenverklaringen blijkt voorts dat, in de tenlastegelegde periode, er binnen HempFlax Agro B.V. in feite niemand meer precies wist, hoeveel (zaai)zaad van welk ras (al of niet gecertificeerd) in het bedrijf aanwezig was. Dit was mede in de hand gewerkt doordat inmiddels een partij voor oliewinning bestemde zaden van het ras USO 31 bij een zaadhandel was geschoond en in blanco zakken opgezakt, welke zakken vervolgens bij HempFlax Agro B.V. waren afgeleverd. Op het moment van de uitlevering van het zaaizaad was de situatie aldus dat er binnen het bedrijf geen zicht meer was op welk ras zaaizaad (al of niet gecertificeerd) aan welke teler werd uitgeleverd.
De vermelding op de vrachtbonnen en facturen van het ras van het geleverde zaaizaad, alsmede de afgifte van de certificaten had goeddeels plaats aan de hand van het oorspronkelijke zaaiplan, dat ten tijde van die uitlevering niet meer actueel was.
In het geval van de hierboven onder 1 genoemde telers is vast komen te staan dat de vrachtbonnen en facturen niet overeenkwamen met het feitelijk geleverde ras zaaizaad. Bovendien is in deze gevallen komen vast te staan dat de certificaten, die los waren bijgeleverd, niet behoorden bij dat geleverde ras zaaizaad.
2.2 De rechtbank overweegt voorts het volgende.
De diverse ter terechtzitting afgelegde getuigenverklaringen (met name die van [medewerker 1] en [medewerker 2]), maar ook de verklaringen van de medeverdachten [verdachte 1] en [verdachte 2] geven een beeld van het ontbreken van een accurate bedrijfsvoering, in het bijzonder de afwezigheid van een duidelijke overlegstructuur en een goede onderlinge communicatie, terwijl verder een actuele, betrouwbare (voorraad)administratie ontbrak.
2.3 Op grond van al hetgeen hierboven onder 2.1 en 2.2 is overwogen, is de rechtbank van oordeel dat zowel de handelingen die hebben geleid tot het opstellen van de vrachtbonnen en facturen en de afgifte van de certificaten - van welke geschriften de inhoud niet overeenstemde met het geleverde ras zaaizaad -, alsook het nalaten van het nemen van maatregelen die hadden kunnen voorkomen dat een situatie zoals bovenomschreven kon ontstaan, aan HempFlax Agro B.V. kunnen worden toegerekend.
Immers, die handelingen zijn, gelet op de diverse ter terechtzitting afgelegde getuigenverklaringen, alsmede op de verklaringen van de medeverdachten [verdachte 1] en [verdachte 2], verricht door personen die al dan niet in loondienst van HempFlax Agro B.V. waren, terwijl [verdachte 1] en [verdachte 2] - als directeur respectievelijk feitelijk leidinggevende - tevens hebben nagelaten passende maatregelen te nemen.
3. Los van de vaststelling dat de tenlastegelegde gedragingen aan HempFlax Agro B.V. kunnen worden toegerekend, dient vervolgens de vraag te worden beantwoord of aan die tenlastegelegde gedragingen het "oogmerk" dan wel de "opzet" ten grondslag heeft gelegen.
Bij de beantwoording van die vraag heeft de rechtbank allereerst acht geslagen op de volstrekt onoverzichtelijke bedrijfsvoering van HempFlax Agro B.V. en de hectiek rondom de uitlevering van het zaaizaad in de tenlastegelegde periode.
Voorts heeft de rechtbank vastgesteld dat HempFlax Agro B.V. zich reeds tien jaar bezighoudt met de productie en verwerking van vezels uit hennep en vlas en dat in die tien jaar nimmer onregelmatigheden zijn geconstateerd.
Uit het verhandelde ter terechtzitting is verder gebleken dat er in de tenlastegelegde periode aan circa 70 telers zaaizaad is uitgeleverd, terwijl in slechts vijf gevallen door de rechtbank is vastgesteld dat vrachtbon, factuur en certificaat niet overeenkwamen met het geleverde ras zaaizaad.
De rechtbank betrekt bij haar oordeel ook nog het feit dat niet aannemelijk is geworden dat HempFlax Agro B.V. aantoonbaar financieel voordeel heeft gehad van de uitlevering van USO 31 in plaats van, zoals vermeld op vrachtbon, factuur en certificaat, Futura 75 (dan wel Felina).
Gelet op al het vorenstaande, acht de rechtbank oogmerk noch opzet - ook niet in voorwaardelijke vorm - wettig en overtuigend bewezen.
BESLISSING
De rechtbank:
Verklaart het onder 1 en 2 tenlastegelegde niet wettig en overtuigend bewezen en spreekt de verdachte daarvan vrij.
Dit vonnis is aldus gewezen door mrs. L.C. Bosch, voorzitter, P.H.M. Smeets en R. Depping, in tegenwoordigheid van D. van der Ploeg als griffier en uitgesproken ter openbare terechtzitting van dinsdag 8 februari 2005.