Uitspraak
1.De inhoud van de tenlastelegging
tezamen en in vereniging met een of meer anderen, althans alleen, opzettelijk binnen het grondgebied van Nederland heeft gebracht, een grote hoeveelheid als bedoeld in artikel 11 lid 5 van de Opiumwet, te weten een hoeveelheid hennep, zijnde hennep een middel als bedoeld in de bij die wet behorende lijst II, dan wel aangewezen krachtens het vijfde lid van artikel 3a van die wet;
hij in of omstreeks de periode van 29 mei 2023 tot en met 2 juni 2023 te Zaltbommel en/of Roosendaal en/of Raamsdonkveer en/of Oosterhout, in elk geval in Nederland,
tezamen en in vereniging met een of meer anderen, althans alleen, ter uitvoering van het door verdachte en/of zijn mededader(s) voorgenomen misdrijf om,
opzettelijk binnen het grondgebied van Nederland heeft gebracht, een grote hoeveelheid als bedoeld in artikel 11 lid 5 van de Opiumwet, te weten een hoeveelheid hennep, zijnde hennep een middel als bedoeld in de bij die wet behorende lijst II, dan wel aangewezen krachtens het vijfde lid van artikel 3a van die wet, terwijl de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet is voltooid.
3.De bewezenverklaring
of omstreeksde periode van 2 juni 2022 tot en met 5 juni 2023 te Zaltbommel en
/ofRoosendaal en
/ofRaamsdonkveer en
/ofOosterhout,
in elk geval in Nederland,tezamen en in vereniging met een of meer anderen
, althans alleen,opzettelijk binnen het grondgebied van Nederland heeft gebracht, een grote hoeveelheid als bedoeld in artikel 11 lid 5 van de Opiumwet, te weten een hoeveelheid hennep, zijnde hennep een middel als bedoeld in de bij die wet behorende lijst II, dan wel aangewezen krachtens het vijfde lid van artikel 3a van die wet;
hij in
of omstreeksde periode van 29 mei 2023 tot en met 2 juni 2023 te Zaltbommel en
/ofRoosendaal en
/ofRaamsdonkveer en
/ofOosterhout,
in elk geval in Nederland,tezamen en in vereniging met een of meer anderen
, althans alleen,ter uitvoering van het door verdachte
en/of zijn mededader(s)voorgenomen misdrijf om, opzettelijk binnen het grondgebied van Nederland heeft gebracht, een grote hoeveelheid als bedoeld in artikel 11 lid 5 van de Opiumwet, te weten een hoeveelheid hennep, zijnde hennep een middel als bedoeld in de bij die wet behorende lijst II, dan wel aangewezen krachtens het vijfde lid van artikel 3a van die wet, terwijl de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet is voltooid.
4.De kwalificatie van het bewezenverklaarde
5.De strafbaarheid van de feiten
6.De strafbaarheid van de verdachte
7.De overwegingen ten aanzien van de straf
8.De toegepaste wettelijke bepalingen
9.De beslissing
gevangenisstrafvoor de duur van
12 (twaalf) maanden;
deze gevangenisstraf, niet ten uitvoer zal worden gelegd, tenzij de rechter later anders mocht gelasten omdat verdachte zich voor het einde van de
proeftijd van twee jarenschuldig heeft gemaakt aan een strafbaar feit;
taakstrafvan
200 (tweehonderd) uren, met bevel dat indien deze straf niet naar behoren wordt verricht vervangende hechtenis zal worden toegepast voor de duur van
100 (honderd) dagen;