ECLI:NL:RBGEL:2025:8565

Rechtbank Gelderland

Datum uitspraak
12 september 2025
Publicatiedatum
14 oktober 2025
Zaaknummer
05-340003-24
Instantie
Rechtbank Gelderland
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - meervoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Medeplegen van poging tot afdreiging en poging tot dwang met bedreiging

Op 12 september 2025 heeft de Rechtbank Gelderland uitspraak gedaan in een strafzaak tegen een verdachte die beschuldigd werd van medeplegen van poging tot afdreiging en poging tot dwang. De rechtbank heeft vastgesteld dat de verdachte samen met een medeverdachte een jonge vrouw heeft bedreigd en gedwongen tot het betalen van geld en het hebben van seks. De bedreigingen omvatten het verspreiden van naaktfoto's en het leksteken van de autoband van het slachtoffer. De rechtbank oordeelde dat de verdachte en zijn medeverdachte wettig en overtuigend schuldig waren aan de tenlastegelegde feiten. De officier van justitie had een gevangenisstraf van 90 dagen geëist, maar de rechtbank legde uiteindelijk een taakstraf van 80 uur en een gevangenisstraf van 3 dagen op, met aftrek van het voorarrest. De rechtbank hield rekening met de persoonlijke omstandigheden van de verdachte, waaronder een recente hersenoperatie, en de impact van zijn gedrag op het slachtoffer. De rechtbank verklaarde de officier van justitie ontvankelijk in de vervolging, ondanks een verweer van de verdediging dat de klacht te laat was ingediend. De zaak benadrukt de ernst van bedreiging en afdreiging in het strafrecht en de bescherming van kwetsbare slachtoffers.

Uitspraak

RECHTBANK GELDERLAND
Team strafrecht
Zittingsplaats Arnhem
Parketnummers: [nummers]
Datum uitspraak : 12 september 2025
Tegenspraak
vonnis van de meervoudige kamer
in de zaak van
de officier van justitie
tegen
[naam 1],
geboren op [geboortedatum] in [geboorteplaats] , wonende aan [adres]
raadsvrouw: mr. P.K. de Blieck-Willemsen, advocaat in Vaassen.
Dit vonnis is gewezen naar aanleiding van het onderzoek op een openbare terechtzitting.

1.De inhoud van de tenlastelegging

Aan verdachte is ten laste gelegd dat:
In parketnummer [nummer]
hij op een of meerdere tijdstippen in of omstreeks de periode van 20 april 2024 tot en met 1 juni
2024 te Epe, althans in Nederland, tezamen en in vereniging met een of meer anderen, althans alleen, ter uitvoering van het door verdachte en/of zijn mededader(s) voorgenomen misdrijf om
(telkens) met het oogmerk om zich en/of een ander wederrechtelijk te bevoordelen door bedreiging met smaad, smaadschrift en/of openbaring van een geheim [volledige naam slachtoffer] heeft gedwongen tot afgifte van enig goed, te weten (een) geld(bedrag), dat geheel of ten dele aan die [volledige naam slachtoffer] en/of aan een derde toebehoorde, en/of tot het aangaan van een schuld en/of het teniet doen van een inschuld, te weten het hebben van seks met verdachte(n), die [slachtoffer 1] (een) voicemail(s) heeft gestuurd waarin hij, verdachte, dreigende en/of dwingende uitlatingen en/of eisen heeft gedaan, onder meer inhoudende dat hij naaktfoto’s van die [slachtoffer 1] zou openbaren/verspreiden als zij geen geld zou geven/betalen en/of seks zou hebben met hem, althans woorden van gelijke (dreigende) aard of strekking, terwijl de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet is voltooid;
subsidiair althans, indien het vorenstaande niet tot een veroordeling mocht of zou kunnen leiden:
hij op een of meerdere tijdstippen in of omstreeks de periode van 20 april 2024 tot en met 1 juni
2024 te Epe, althans in Nederland, tezamen en in vereniging met een of meer anderen, althans alleen, ter uitvoering van het door verdachte en/of zijn mededader(s) voorgenomen misdrijf om
een ander, te weten [volledige naam slachtoffer] , door bedreiging met smaad en/of smaadschrift, en/of
door geweld of enige andere feitelijkheid en/of door bedreiging met geweld of enige andere
feitelijkheid gericht tegen die ander, (telkens) wederrechtelijk heeft/hebben gedwongen iets te doen, niet te doen en/of te dulden, te weten de afgifte van (een) geld(bedrag) en/of het hebben van seks met verdachte(n),
- die [slachtoffer 1] (een) voicemail(s) heeft gestuurd waarin hij, verdachte, dreigende en/of
dwingende uitlatingen en/of eisen heeft gedaan, onder meer inhoudende dat hij naaktfoto’s van
die [slachtoffer 1] zou openbaren/verspreiden en/of dat die [slachtoffer 1] het ziekenhuis in gaat
en/of dat die [slachtoffer 1] haar auto anders kwijt zal raken als zij geen geld zou geven/betalen
en/of seks zou hebben met hem, althans woorden van gelijke (dreigende) aard of strekking, en/of
- de banden van de auto van die [slachtoffer 1] lek heeft gestoken,
terwijl de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet is voltooid;
In parketnummer [nummers]
hij op een of meer tijdstippen in of omstreeks de periode van 2 oktober 2024 tot en met 25
november 2024 te Deventer en/of te Vaassen, althans in Nederland [slachtoffer 2] [volledige naam slachtoffer 2] heeft bedreigd met verkrachting en/of met enig misdrijf tegen het leven gericht en/of met zware mishandeling, door die [volledige naam slachtoffer 2] (indirect), namelijk in een telefoongesprek met een medewerker van het bedrijf [bedrijfsnaam 1] , dreigend de woorden toe te voegen
- " ik ben beveiliger van chinezen en als er niks geregeld wordt schiet ik iedereen af" en/of
- " vandaag wil ik geld zien anders pak ik je vandaag nog en mevrouw [volledige naam slachtoffer 2] ook. We weten waar iedereen woont. Ik heb jongens, Italianen, ik heb van die chinezen die komen binnen en "poef" die zijn weg. Mevrouw [volledige naam slachtoffer 2] is gewoon een kuthoer. Kun je beter in de gevangenis kunnen ze haar allemaal neuken. Die negers. Dat vinden ze lekker" en/of
- " [slachtoffer 2] moet maar uitkijken want anders heeft zij ook een operatie nodig" en/of
- vrienden weten waar [slachtoffer 2] "de vieze hond" woont, ze moet niet spelletjes met mij spelen", althans woorden van gelijke dreigende aard of strekking, van welke bedreiging(en)/dreigende woorden voornoemde [voornaam] . [volledige naam slachtoffer 2] kennis heeft genomen.

2.De ontvankelijkheid van de officier van justitie

In parketnummer [nummer]
De raadsvrouw heeft bepleit dat de officier van justitie niet-ontvankelijk moet worden verklaard, omdat het (primair) tenlastegelegde een klachtdelict betreft en de klacht niet binnen drie maanden door aangeefster is gedaan.
Op grond van artikel 318, derde lid, van het Wetboek van Strafrecht (Sr) is voor vervolging van het primair tenlastegelegde misdrijf afdreiging vereist een klacht als bedoeld in artikel 164 van het Wetboek van Strafvordering (Sv) van degene tegen wie het is gepleegd.
Aangeefster heeft op 5 juni 2025 – 4 dagen na afloop van de tenlastegelegde periode – aangifte gedaan. In haar aangifte laat zij weten dat zij wil “dat ze hiermee ophouden”. Zij heeft de nummers van verdachte en zijn medeverdachte [medeverdachte] geblokkeerd en heeft geen nieuwe voicemails binnengekregen. Aangeefster laat daarnaast weten dat zij een voicemail aan haar begeleidster heeft laten horen en dat haar begeleidster in deze haar getuige is. Een andere voicemail heeft zij bij de aangifte aan het proces-verbaal laten voegen. Ook noemt zij een vriendin die eventueel zou kunnen getuigen.
De rechtbank verwerpt het verweer dat een tijdige klacht ontbreekt. Hoewel een formele klacht is gedaan buiten de in artikel 66 Sr genoemde termijn van drie maanden, blijkt uit de aangifte voldoende dat aangeefster vervolging wenste. Juist omdat aangeefster laat weten ten tijde van de aangifte geen voicemails meer te ontvangen, had het doen van aangifte kennelijk tot doel dat zou worden overgegaan tot vervolging. Dat zij deze wens had, volgt ook uit het door haar noemen van getuigen en het laten toevoegen van de voicemail bij het proces-verbaal.
Nu de wens tot vervolging voldoende uit de binnen de geldende termijn gedane aangifte blijkt is de officier van justitie ontvankelijk in de vervolging.

3.Overwegingen ten aanzien van het bewijs

In parketnummer [nummer] [1]
Het standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie heeft gesteld dat wettig en overtuigend bewezen kan worden dat verdachte zich schuldig heeft gemaakt aan het primair tenlastegelegde.
Het standpunt van de verdediging
De raadsvrouw heeft bepleit dat verdachte moet worden vrijgesproken van het primair en subsidiair tenlastegelegde, omdat de intentie van verdachte was om aangeefster te helpen op het rechte pad te komen.
Beoordeling door de rechtbank
[voornaam slachtoffer] [slachtoffer 1] heeft in haar aangifte verklaard dat zij [naam 1] (de rechtbank begrijpt: verdachte) en [voornaam] (de rechtbank begrijpt: medeverdachte [medeverdachte] ) uit Vaassen kent van de tijd dat zij in het loverboy circuit zat. Haar aangifte ziet op de periode 9 mei 2024 tot en met 5 juni 2024. Op 9 mei 2024 heeft zij haar auto geparkeerd in Epe. Toen zij de volgende dag terugkwam bij haar auto zag zij dat de linker voorband leeg was. Deze bleek lek gestoken te zijn. Die avond dat haar auto aan de weg stond kreeg zij een voicemail van medeverdachte [medeverdachte] . Hierin zei hij dat hij wist waar zij was en welk huis zij binnen was gegaan. Hij zou daar gaan inbreken. Hij had haar auto zien staan en zou naar haar moeder gaan. Hierna zijn er meerdere telefoontjes binnengekomen, deze zijn allemaal naar de voicemail van aangeefster gegaan. In deze voicemails dreigde medeverdachte [medeverdachte] met verkrachting en met het verspreiden van naaktfoto’s. Medeverdachte [medeverdachte] zei dat zij naar hem toe moest komen. Hij ging haar kont kapot neuken, of zij nou wilde of niet. Hij wilde seks met haar, want anders zou hij haar naaktfoto’s gaan verspreiden.
Aangeefster is daarna meerdere keren door verdachte gebeld en hij heeft meerdere voicemails ingesproken, allemaal met dezelfde strekking. Hij dreigde met geweld/verkrachting of met het verspreiden van naaktfoto’s. Zij heeft één van deze voicemails doorgestuurd naar haar begeleidster en zij heeft deze kunnen bewaren. [2]
Getuige [getuige] heeft verklaard dat zij [voornaam slachtoffer] begeleidt. [voornaam slachtoffer] belde haar in paniek op dat zij via voicemail was bedreigd door [voornaam] (de rechtbank begrijpt: medeverdachte [medeverdachte] ). [voornaam slachtoffer] heeft haar deze voicemail laten horen. Getuige hoorde toen een mannenstem die [voornaam slachtoffer] zei dat ze moest komen om te neuken, dat hij geld wilde; dat hij foto’s van [voornaam slachtoffer] had en dat hij die anders aan haar moeder zou laten zien; en dat de ramen van het huis van haar moeder zouden worden ingegooid. [3]
Verbalisant [naam 2] heeft de door aangeefster in haar aangifte genoemde – naar de rechtbank begrijpt, de bewaarde – voicemail afgeluisterd. Voorafgaande hieraan heeft verbalisant het bericht aan wijkagent [naam 3] laten horen. Hij verklaarde dat hij de stem 100% herkende als die van [naam 1] . Verbalisant hoorde [onder meer] de volgende gesproken tekst:
" [slachtoffer 1] Ga vandaag de boel regelen, ze gaan vandaag naar je moeder toe. Alles vertellen hoe het met die hond, enne uh ze gaan affiches aan de boom plakken. Ga naar de politie of regel een betaling.
.. dieuhhh [voornaam] (de rechtbank begrijpt: [voornaam] ) is ook in de buurt maar je gaat het ziekenhuis in als die je tegenkomt. Die heb ook schijt overal aan je weet t. Bij mij moet een bedrag betaald worden je hebt mij ook voor de gek gehouden ennuh ga t regelen met je moeder of n uuuhhh, elke maand wat, anders ben je straks je auto kwijt, alles.
[…]
Ja, ik ben banguhh, dat je het ziekenhuis in gaat hoor dus ga gewoon met begeleiding en met je moeder contact want we komen vandaag ook aan de deur en is ze vandaag niet thuis dan komen ze morgen, ze gaan alles betalen. We hebben foto' s van jou, je wil toch niet dat je familie dat ziet. Maar ja, moet het allemaal zelf weten, het maakt mij ook niks uit ik ben voor de eerlijkheid van de mensen en jij bent niet de enige d' r gaan de heel veel en vooral in Vaassen.
[…]
Maar ja, dit is het begin he dus je kunt het beter maar regelen voordat het slimmer wordt en. En de politie werkt nu samen met ons dus dan weet je het wel. Je bent je auto is het niet vandaag, ben je die vanavond al kwijt, komen we zo ophalen, leggen we zo beslag op.
[…]
We willen je nog helpen maar dan moet je vandaag maatregelen nemen en niet morgen en niet volgende week en dan denken ze doen niks. Ben je er vandaag niet in de buurt, je moeder is er niet, en de politie dat wordt allemaal overlegd dan ben je misschien overmorgen aan de beurt of misschien van het weekend maar dit wordt opgelost en zo gauw mogelijk en binnen 24 uur wordt alles maar... mensen te wachten." [4]
Aangeefster heeft aanvullend verklaard dat zij het geluidsfragment ontvangen had op 25 of 29 mei 2024. [5]
Door verbalisant [naam 2] is onderzoek gedaan naar de historische verkeersgegevens van de telefoonnummers [telefoonnummer] op naam van [voornaam] [medeverdachte] , en [telefoonnummer] , op naam van [naam 1] .
De historische gegevens van het telefoonnummer van [medeverdachte] werden bevraagd voor de periode 20 april 2024 tot en met 1 juni 2024. Te zien is dat er in contact met aangeefster zeventien uitgaande gesprekken zijn geweest en 23 uitgaande SMS contacten in de periode van 9 mei 2024 tot en met 26 mei 2024.
De historische gegevens van het telefoonnummer van [verdachte] werden bevraagd voor de periode 20 april 2024 tot en met 1 juni 2024. Te zien is dat er in contact met aangeefster zeven uitgaande gesprekken zijn geweest en drie uitgaande SMS contacten in de periode van 13 mei 2024 tot en met 29 mei 2024.
Uit de analyse van de onderlinge contacten tussen de telefoonnummers van [verdachte] en [medeverdachte] blijkt dat deze in de onderzochte periode meer dan 400 keer onderling contact met elkaar hebben gehad. [6]
Medeverdachte [medeverdachte] heeft verklaard dat hij thuis was op de dag dat de band van [voornaam slachtoffer] was lek gestoken, en hij daar (de rechtbank begrijpt de locatie van de auto) ‘s avonds langskomt als hij gaat wandelen. Hij had de auto van [voornaam slachtoffer] zien staan. [7]
Verdachte heeft verklaard dat het kan kloppen dat hij [voornaam slachtoffer] van 20 april tot en met 1 juni zeven keer heeft gebeld, drie keer een sms heeft gestuurd en een voicemail heeft ingesproken. De voicemail ging over dat als jij dan zo doet, dan betaal je maar terug. Op een gegeven moment heeft verdachte haar wat gegeven, benzinegeld enzo. Verdachte dacht toen als je dan zo de boel bedondert, dan wil ik dat terug hebben. [8]
Medeverdachte [medeverdachte] heeft verklaard dat het zou kunnen dat hij in de periode van 17 april tot en met 1 juni 2024 zeventien keer heeft gebeld en 23 smsjes heeft gestuurd naar [voornaam slachtoffer] . Medeverdachte [medeverdachte] heeft verklaard dat toen hij seks met [voornaam slachtoffer] heeft gehad zij foto’s heeft genomen met zijn telefoon. Medeverdachte [medeverdachte] heeft op 9 mei 2024 [voornaam slachtoffer] gebeld. Hij was boos op haar. [9]
Medeverdachte [medeverdachte] heeft verder verklaard dat [voornaam] (de rechtbank begrijpt: verdachte) [voornaam slachtoffer] een voicemail heeft verstuurd met een soort van dreigbericht waar medeverdachte [medeverdachte] bij was. [10]
De rechtbank stelt vast dat het medeverdachte [medeverdachte] is geweest die de voicemail heeft ingesproken die getuige [getuige] heeft gehoord. Daarin zegt hij volgens de aangifte dat hij de auto van aangeefster had zien staan. Medeverdachte [medeverdachte] heeft ook verklaard dat hij de auto van aangeefster wel zag staan. Gelet op de in de voicemail geuite dreigementen, en dat verdachte die avond de auto ook zag staan, concludeert de rechtbank dat het medeverdachte [medeverdachte] is geweest die de autoband van aangeefster heeft lek gestoken.
De rechtbank stelt verder vast dat verdachte in zijn voicemail laat weten dat [medeverdachte] ook in de buurt is en dat
zijfoto’s hebben, de politie
hunhelpt en
zijaangeefster nog willen helpen. Uit het verhoor van medeverdachte [medeverdachte] blijkt dat hij naaktfoto’s van aangeefster heeft (gehad) en erbij was toen verdachte een voicemail bij [voornaam slachtoffer] insprak. Verdachte en medeverdachte [medeverdachte] hebben allebei in de tenlastegelegde periode meermaals naar aangeefster gebeld en daarnaast ook veelvuldig onderling telefonisch contact gehad. Gelet op deze omstandigheden is de rechtbank van oordeel dat verdachte en medeverdachte [medeverdachte] nauw en bewust hebben samengewerkt.
De rechtbank overweegt dat gelet op het voorgaande wettig en overtuigend bewezen is dat verdachte en medeverdachte [medeverdachte] samen hebben gepoogd aangeefster te dwingen tot het betalen van geld door voicemails naar aangeefster te sturen en te dreigen naaktfoto’s van haar te openbaren. Het primair tenlastegelegde is voor dat deel bewezen. Voor het overige (het dwingen tot het hebben van seks) zal verdachte van het primair tenlastegelegde worden vrijgesproken nu dit niet valt onder “afgifte van enig goed” zoals genoemd in artikel 318 Sv.
Voor wat betreft het overige acht de rechtbank het subsidiair tenlastegelegde bewezen, te weten dat verdachte en medeverdachte [medeverdachte] samen hebben gepoogd aangeefster te dwingen tot het hebben van seks. Dit hebben zij gedaan door voicemails naar aangeefster te sturen en te dreigen met het openbaren van naaktfoto’s, geweld en het kwijtraken van haar auto. Daarnaast hebben zij de band van de auto van aangeefster lek gestoken.
In parketnummer [nummer] [11]
Er is sprake van een bekennende verdachte als bedoeld in artikel 359, derde lid, laatste zin, van het Wetboek van Strafvordering en daarom wordt volstaan met een opgave van de bewijsmiddelen.
Bewijsmiddelen:
- Proces-verbaal aangifte, p. 5-6;
- Bijlage bij proces-verbaal aangifte, p. 9 en 11;
- Proces-verbaal van bevindingen, p. 1 aanvullend proces-verbaal [nummer] ;
- de verklaring van verdachte afgelegd ter terechtzitting van 29 augustus 2025.

4.De bewezenverklaring

In parketnummer [nummer]
Naar het oordeel van de rechtbank is wettig en overtuigend bewezen dat verdachte het primair en subsidiair tenlastegelegde heeft begaan, te weten dat:
hij op
een ofmeerdere tijdstippen in
of omstreeksde periode van 20 april 2024 tot en met 1 juni
2024 te Epe, althans in Nederland, tezamen en in vereniging met een
of meerander
en,
althans alleen,ter uitvoering van het door verdachte en
/ofzijn mededader
(s)voorgenomen misdrijf om
(telkens
)met het oogmerk om zich
en/of een anderwederrechtelijk te bevoordelen door bedreiging met
smaad, smaadschrift en/ofopenbaring van een geheim [volledige naam slachtoffer] heeft gedwongen tot afgifte van enig goed, te weten
(een)geld
(bedrag), dat geheel of ten dele aan die [volledige naam slachtoffer]
en/of aan een derdetoebehoorde
, en/of tot het aangaan van een schuld en/of het teniet doen van een inschuld, te weten het hebben van seks met verdachte(n), die [slachtoffer 1]
(een)voicemail
(s
)heeft gestuurd waarin hij, verdachte, dreigende en
/ofdwingende uitlatingen en
/ofeisen heeft gedaan, onder meer inhoudende dat hij naaktfoto’s van die [slachtoffer 1] zou openbaren
/verspreidenals zij geen geld zou geven
/betalen en/of seks zou hebben met hem,
althans woorden van gelijke (dreigende) aard of strekking, terwijl de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet is voltooid;
en
hij op
een ofmeerdere tijdstippen in
of omstreeksde periode van 20 april 2024 tot en met 1 juni
2024 te Epe, althans in Nederland, tezamen en in vereniging met een
of meerander
en, althans alleen, ter uitvoering van het door verdachte en
/ofzijn mededader
(s
)voorgenomen misdrijf om
een ander, te weten [volledige naam slachtoffer] ,
door bedreiging met smaad en/of smaadschrift, en/of
door geweld of enige andere feitelijkheid en/ofdoor bedreiging met geweld of enige andere
feitelijkheid gericht tegen die ander,
(telkens
)wederrechtelijk
heeft/hebben gedwongen iets te doen
, niet te doen en/of te dulden, te weten
de afgifte van (een) geld(bedrag) en/ofhet hebben van seks
met verdachte(n),
- die [slachtoffer 1]
(een)voicemail
(s
)heeft gestuurd waarin hij, verdachte, dreigende en
/of
dwingende uitlatingen en
/ofeisen heeft gedaan, onder meer inhoudende dat hij naaktfoto’s van
die [slachtoffer 1] zou openbaren
/verspreidenen
/ofdat die [slachtoffer 1] het ziekenhuis in gaat
en
/ofdat die [slachtoffer 1] haar auto anders kwijt zal raken als zij geen geld zou geven
/betalen
en/of seks zou hebben
met hem, althans woorden van gelijke (dreigende) aard of strekking,en
/of
- de banden van de auto van die [slachtoffer 1] lek heeft gestoken,
terwijl de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet is voltooid.
Voor zover er in de tenlastelegging kennelijke taal- en/of schrijffouten voorkomen, zijn die fouten in de bewezenverklaring
cursiefverbeterd. Verdachte is daardoor niet in de verdediging geschaad.
Wat meer of anders is ten laste gelegd dan hiervoor bewezen is verklaard, is niet bewezen.
Verdachte zal daarvan worden vrijgesproken.
In parketnummer [nummer]
Naar het oordeel van de rechtbank is wettig en overtuigend bewezen dat verdachte het tenlastegelegde heeft begaan, te weten dat:
hij op
een ofmeer tijdstippen in
of omstreeksde periode van 2 oktober 2024 tot en met 25
november 2024 te Deventer en
/ofte Vaassen, althans in Nederland [voornaam] [volledige naam slachtoffer 2] heeft bedreigd met verkrachting en
/ofmet enig misdrijf tegen het leven gericht en
/ofmet zware mishandeling, door die [volledige naam slachtoffer 2]
(indirect
),
namelijk in een telefoongesprek met een medewerker van het bedrijf [bedrijfsnaam 2], dreigend de woorden toe te voegen
-
"ik ben beveiliger van chinezen en als er niks geregeld wordt schiet ik iedereen af" en/of
- " vandaag wil ik geld zien anders pak ik je vandaag nog en mevrouw [volledige naam slachtoffer 2] ook. We weten waar iedereen woont. Ik heb jongens, Italianen, ik heb van die chinezen die komen binnen en "poef" die zijn weg. Mevrouw [volledige naam slachtoffer 2] is gewoon een kuthoer. Kun je beter in de gevangenis kunnen ze haar allemaal neuken. Die negers. Dat vinden ze lekker" en/of
- " [slachtoffer 2] moet maar uitkijken want anders heeft zij ook een operatie nodig" en/of
- “ vrienden weten waar [slachtoffer 2] "de vieze hond" woont, ze moet niet spelletjes met mij spelen",
althans woorden van gelijke dreigende aard of strekking,van welke bedreiging
(en
)/dreigende woordenvoornoemde [voornaam] [volledige naam slachtoffer 2] kennis heeft genomen.
Voor zover er in de tenlastelegging kennelijke taal- en/of schrijffouten voorkomen, zijn die fouten in de bewezenverklaring
cursiefverbeterd. Verdachte is daardoor niet in de verdediging geschaad.
Wat meer of anders is ten laste gelegd dan hiervoor bewezen is verklaard, is niet bewezen.
Verdachte zal daarvan worden vrijgesproken.

5.De kwalificatie van het bewezenverklaarde

Het bewezenverklaarde levert op:
feit 1:
medeplegen van poging tot afdreiging
en
medeplegen van poging tot dwang
feit 2:
Gelet op de ten tijde van het bewezenverklaarde geldende wettekst van artikel 285 beschouwt de rechtbank ‘verkrachting’ zoals vermeld onder de bewezenverklaring als verkrachting zoals bedoeld in artikel 243 Sr.
bedreiging met enig misdrijf tegen het leven gericht, zware mishandeling en het misdrijf omschreven in artikel 243

6.De strafbaarheid van de feiten

De feiten zijn strafbaar.

7.De strafbaarheid van de verdachte

De raadsvrouw heeft bepleit dat verdachte moet worden ontslagen van alle rechtsvervolging, omdat verdachte niet beseft wat de impact is van wat hij heeft gezegd. Verdachte heeft een operatie gehad en glijdt sindsdien af en doet verwarrende uitspraken. Er worden gesprekken gevoerd over extra zorg.
De rechtbank is van oordeel dat verdachte strafbaar is, nu – ook in het pleidooi van de raadsvrouw – geen omstandigheid is gebleken of aannemelijk is geworden die de strafbaarheid van verdachte uitsluit.

8.De overwegingen ten aanzien van straf en/of maatregel

Het standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie heeft gevorderd dat verdachte zal worden veroordeeld tot een gevangenisstraf van 90 dagen, waarvan 45 dagen voorwaardelijk met een proeftijd van 2 jaar en met aftrek van het voorarrest.
Het standpunt van de verdediging
De raadsvrouw heeft bepleit dat aan verdachte geen straf moet worden opgelegd, omdat een straf in het geval van verdachte geen meerwaarde heeft. Verdachte zal niet stoppen met het doen van uitlatingen, omdat dit gelet op zijn persoonlijke omstandigheden is hoe hij praat.
De beoordeling door de rechtbank
De rechtbank heeft bij de bepaling van de op te leggen straf rekening gehouden met de aard en de ernst van hetgeen bewezen is verklaard en de omstandigheden waaronder dit is begaan. De rechtbank heeft verder rekening gehouden met de persoon en de omstandigheden van verdachte.
Verdachte heeft samen met zijn medeverdachte gepoogd een jonge vrouw die recent uit het loverboycircuit was gestapt af te dreigen en te dwingen tot het betalen van geld en het hebben van seks. Ze dreigden naaktfoto’s van haar aan haar familie te sturen en dreigden dat zij in het ziekenhuis zou belanden. Ze hebben haar voicemails gestuurd en haar autoband lek gestoken.
De rechtbank neemt het verdachte kwalijk dat hij een kwetsbare jonge vrouw op deze manier angst heeft aangejaagd.
Daarnaast heeft verdachte zijn curator ernstig bedreigd.
De reclassering beschrijft in het advies van 31 juli 2025 dat zij een hervatting van een delictpatroon van vooral vermogens- en verkeersdelicten ziet. Mogelijke risicofactoren zijn het psychosociaal functioneren, het sociaal netwerk en de houding van verdachte. Verdachte heeft in 2022 een hersenoperatie ondergaan. Sindsdien laat hij – hoewel dit volgens de arts geen gevolg kan zijn van de operatie – verward en verbaal agressief gedrag zien. Op dit moment is er, afgezien van de curator, geen hulpverlening betrokken. Verdachte stoot dit af. De aanvraag voor een zorgmachtiging is een paar maanden geleden afgewezen en aan een reclasseringstraject wil verdachte niet meewerken. De reclassering ziet geen beschermende factoren en schat de kans op recidive hoog in. Zij acht een reclasseringstoezicht gezien de geestelijke toestand van verdachte en zijn responsiviteit niet uitvoerbaar en denkt dat verdachte meer gebaat zou zijn bij hulpverlening vanuit een zorgkader.
De rechtbank is van oordeel dat een gevangenisstraf langer dan de duur van het voorarrest van drie dagen, zoals door de officier van justitie gevorderd, gelet op voornoemde omstandigheden geen passende straf is.
Alles overwegende legt de rechtbank aan verdachte op een taakstraf voor de duur van 80 uur en een gevangenisstraf voor de duur van 3 dagen, met aftrek van de dagen dat hij in voorarrest heeft gezeten.

9.De vordering tot tenuitvoerlegging (parketnummer [nummer] )

De politierechter heeft verdachte op 7 april 2023 veroordeeld tot een voorwaardelijke taakstraf van 20 uren, subsidiair 10 dagen hechtenis met een proeftijd van drie jaren.
De officier van justitie vordert de tenuitvoerlegging van die straf.
De raadsvrouw heeft bepleit dat de vordering tot tenuitvoerlegging moet worden afgewezen.
Bewezen is dat verdachte zich binnen de proeftijd opnieuw schuldig heeft gemaakt aan een strafbaar feit. De rechtbank is van oordeel dat de voorwaardelijk opgelegde straf daarom ten uitvoer moet worden gelegd.

10.De toegepaste wettelijke bepalingen

De oplegging van de straf en/of maatregel is gegrond op de artikelen 9, 22c, 22d, 45, 47, 284, 285 en 318 van het Wetboek van Strafrecht.

11.De beslissing

De rechtbank:
 verklaart bewezen dat verdachte het tenlastegelegde, zoals vermeld onder ‘De bewezenverklaring’, heeft begaan;
 verklaart niet bewezen hetgeen verdachte meer of anders is ten laste gelegd dan hierboven bewezen is verklaard en spreekt verdachte daarvan vrij;
 verstaat dat het aldus bewezenverklaarde oplevert de strafbare feiten zoals vermeld onder ‘De kwalificatie van het bewezenverklaarde’;
 verklaart verdachte hiervoor strafbaar;
 veroordeelt verdachte tot een gevangenisstraf voor de duur van 3 dagen;
 beveelt dat de tijd, door verdachte vóór de tenuitvoerlegging van deze uitspraak in verzekering doorgebracht, bij de uitvoering van de opgelegde gevangenisstraf in mindering zal worden gebracht;
 legt op een taakstraf van 80 uren, met bevel dat indien deze straf niet naar behoren wordt verricht vervangende hechtenis zal worden toegepast voor de duur van 40 dagen;
 beveelt de tenuitvoerlegging van de op 7 april 2023 door de politierechter voorwaardelijk opgelegde straf, te weten 20 uren, te vervangen door 10 dagen hechtenis (parketnummer [nummer] .
Dit vonnis is gewezen door mr. R.D. Leen (voorzitter), mr. F.J.H. Hovens en mr. I. de Bruin, rechters, in tegenwoordigheid van mr. M.I. Tuk, griffier, en uitgesproken ter openbare terechtzitting van deze rechtbank op 12 september 2025.
De oudste rechter en de griffier zijn buiten staat dit vonnis mede te ondertekenen.

Voetnoten

1.Het bewijs is terug te vinden in het in de wettelijke vorm door verbalisant [naam 2] van de politie Oost-Nederland, opgemaakte proces-verbaal, dossiernummer [nummer] , gesloten op 1 november 2024 en in de bijbehorende in wettelijke vorm opgemaakte processen-verbaal en overige schriftelijke bescheiden, tenzij anders vermeld. De vindplaatsvermeldingen verwijzen naar de pagina’s van het doorgenummerde dossier, tenzij anders vermeld.
2.Proces-verbaal aangifte, p. 49-50.
3.Proces-verbaal van verhoor getuige, p. 88.
4.Proces-verbaal van bevindingen, p. 55-56.
5.Proces-verbaal van bevindingen, p. 84.
6.Proces-verbaal van bevindingen, p. 70-72.
7.Proces-verbaal van verhoor medeverdachte [medeverdachte] , p. 110.
8.Proces-verbaal van verhoor verdachte, p. 99.
9.Proces-verbaal van verhoor verdachte, p. 104.
10.Proces-verbaal van verhoor medeverdachte [medeverdachte] , p. 117.
11.Het bewijs is terug te vinden in het in de wettelijke vorm door verbalisant [naam 2] van de politie Oost-Nederland, opgemaakte proces-verbaal, dossiernummer [nummer] , gesloten op 24 januari 2025 en in de bijbehorende in wettelijke vorm opgemaakte processen-verbaal en overige schriftelijke bescheiden, tenzij anders vermeld. De vindplaatsvermeldingen verwijzen naar de pagina’s van het doorgenummerde dossier, tenzij anders vermeld.