Uitspraak
- de heer [naam 1](hierna te noemen: de pleegvader),
- mevrouw [naam 2](hierna te noemen: de pleegmoeder),
1.Het verloop van de procedure
- het verzoekschrift, ingekomen op 19 april 2024;
- het exploot van betekening van 23 april 2024;
- het verweerschrift met zelfstandig verzoek, ingekomen op 1 juli 2024;
- het verweerschrift tegen zelfstandig verzoek, ingekomen op 20 augustus 2024;
- het F9-formulier van de man van 4 december 2024;
- het F9-formulier van de vrouw van 6 december 2024;
- het F9-formulier van de man van 6 december 2024.
- de man, bijgestaan door zijn advocaat;
- de vrouw, bijgestaan door haar advocaat;
- een zittingvertegenwoordigster van de Raad voor de Kinderbescherming (hierna te noemen: de Raad);
- de pleegouders.
2.De feiten
[het kind], geboren op [geboortedatum] in de gemeente [woonplaats] .
3.De beoordeling
- Welke hoofdverblijfplaats is het meest in het belang van [het kind] ?
- Hoe zou een zorgregeling (vorm en frequentie) er in het belang van [het kind] uit moeten zien?
- Zijn er omstandigheden die een zorgregeling belemmeren? Zo ja, welke komen vanuit het kind en welke vanuit de (pleeg)ouder(s)? Hoe en op welke termijn zijn deze omstandigheden op te heffen?
- In hoeverre komen er uit het onderzoek bevindingen naar voren die niet aan de orde zijn gekomen in voornoemde vragen, maar wel van belang zijn met betrekking tot de te nemen beslissingen?
uiterlijk 15 juli 2025de rechtbank schriftelijk te berichten over de uitkomsten van het raadsonderzoek. De rechtbank verzoekt de advocaten om binnen twee weken na ontvangst van het raadsrapport schriftelijk te reageren op de inhoud ervan en een standpunt in te nemen over het verdere verloop van de procedure, (zo nodig) onder vermelding van de verhinderdata.
4.De beslissing
uiterlijk 15 juli 2025beschikbaar te stellen;
voorlopige zorgregelingvast dat de minderjarige [het kind] , geboren op [geboortedatum] in de gemeente [woonplaats] , iedere week:
- van maandagochtend tot dinsdagavond bij de man verblijft;
- en van vrijdagochtend tot zaterdagochtend bij de vrouw verblijft;
- de overige tijd verblijft [het kind] bij de pleegouders;