Uitspraak
RECHTBANK Gelderland
RPH B.V.,
2.
[gedaagde],
Rechtbank Gelderland
In deze zaak heeft de Rechtbank Gelderland op 25 juni 2025 een verstekvonnis gewezen in een geschil tussen de Luxemburgse vennootschap Electronic-Shop S.À.R.L. en de Nederlandse besloten vennootschap RPH B.V. Electronic-Shop, vertegenwoordigd door advocaat mr. J.K.A. van Loo, heeft een vordering ingesteld op basis van een overeenkomst van (ver)koop en levering van roerende zaken. De rechtbank heeft eerst de rechtsmacht beoordeeld, waarbij werd vastgesteld dat de Nederlandse rechter bevoegd is op basis van Verordening (EU) Nr. 1215/2012, aangezien de eiseres in Luxemburg is gevestigd en het geschil een internationaal karakter heeft. De rechtbank oordeelde dat Nederlands recht van toepassing is, gebaseerd op het Weens Koopverdrag en Verordening (EU) Nr. 593/2008.
De rechtbank heeft de vordering van Electronic-Shop toegewezen, waarbij RPH c.s. in het ongelijk zijn gesteld. De proceskosten zijn begroot op € 4.103,47, en RPH c.s. zijn hoofdelijk veroordeeld tot betaling van een bedrag van € 27.999,25 aan Electronic-Shop, vermeerderd met wettelijke rente. De rechtbank heeft het vonnis uitvoerbaar bij voorraad verklaard, wat betekent dat Electronic-Shop het vonnis kan laten uitvoeren, ook als RPH c.s. in beroep gaan. Dit vonnis is openbaar uitgesproken en ondertekend door de rechters.